GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1909-1910 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 46

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

38 Vereinigungen erbaulichen GeprJiges ausgehenden Bemühungen, die Entwickehmgslehro im Volke zu diskreditieren". Het is moeihjk om een objectief oordeel te geven in eene zaak, waarin men zelf partij is. Ook Plate geeft hiervan het bewijs, als hij als voorstander van het meer en meer verlaten selectiebegrip, het heeft over de beteekenis van het werk van de Vries. Zou hij onpartijdig zijn, als hij beweert, dat „die Mutationstheorie" veel meer opzien heeft verwekt, dan ze verdiende? „Die de FW es.>5c/i e Mutationstheorie bietet nichts prinzipiell Neucs, sondern ist nur eine eingeengte Selektionstheorie." 1) De waarde van het dikke werk van de Vries ligt volgens hem niet op theoretisch gebied, maar in het aanwijzen van vele interessante. „Vorerbungserscheinungen von normalen und vielen pathologischen Variationen''. Hiibrecht schrijft daarentegen, dat met de mutatieleer een nieuw hoofdstuk in de evolutieleer opgeslagen wordt. Zelfs verschil in nationaliteit'kan infiuenceeren op iemands oordeel over het wetenschappelijk werk van een ander. Als bewijs hiervan zou ik knnnen wijzen op een boekje van Trouessart. ~) Dit boekje is verschenen naar aanleiding van een door Siieda uitgegeven manuscript van K. E. von Baer, dat door den laatste in 1869 geschreven was. Het is eene biographie van Cuvier, saamgesteld door V. Baer. In 1908 is deze biographie in het Fransch vertaald. V. Baer verheft in deze biographie Cuvier tegenover St. Hilaire en dit is volgens Trouessart niet een gevolg van de werkelijke beteekenis van beide geleerden, zooals die was in de oogen van v. Baer, maar het is te danken aan het feit, dat het manuscript in 1869 (dus vóór den Fransch-Duitschen oorlog) opgesteld werd en aan de omstandigheid, dat v. Baer meende, dat Cuvier van origine een Duitscher was. Trouessart vindt, dat v. Baer door de omstandig heden nog eenigszins te verontschuldigen is, maar zeker Stieda niet, als hij in onzen tijd van entente cordiale tjn internationalisme het manuscript publiceerde. 1) Plate, 1. c. p. 57. 2) E. L. Trouessart, Cuvier et Geofïroy St. Hilaire d' après les Naturalists AUemands. 1909.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 204 Pagina's

1909-1910 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 46

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 204 Pagina's