1909-1910 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 96

88 en het zelfde kan vaak gezegd worden van het „memorial recall" van woorden in het gehoorscentrum, dat onmiddellijk aan het spreken voorafgaat. „Verlies van herinnering" impliceert niet, mag evenmin voor synoniem gehouden worden met „verlies van geheugen". Bijv., een patiënt kan niet in staat zijn zich woorden te herinneren — d. i. ze spontaan op te wekken, — voor het gewone spreken, terwijl zijn geheugen voor zulke woorden toch onbeschadigd blijft bestaan. Uit kan daardoor aangetoond worden, dat de patiënt in eens in staat is de woorden te herhalen, wanneer hij ze hoort uitspreken of geschreven voor zich ziet. Zijn defekt kan dan bestaan alleen in een verminderde activiteit van het gehoorscentrum voor woorden, waai-in woorden primair worden opgewekt gedurende de gedachte. Verlies van herinnering kan van een of twee oorzaken afhankelijk zijn, of van een verminderde functioneele activiteit — d. i. verminderde geschiktheid om opgewekt te worden — in de centrale zenuwmechanismen, waarin het retentum om het zoo te noemen opgestapeld ligt, anders uitgedrukt, waar het opgewekt kan worden, of wel de oorzaak bestaat in een of ander defekt in deze of gene reeks coinmissurenvezels (associatie-kanalen). Verlies van geheugen in de stricte beteekenis van het woord impliceert ziekte of ernstige schade van de centrale zenuwbestanddeelen, waarin het bijzondere retentum opgestapeld ligt. De term amnesie wordt gebruikt zoowel voor het verlies van herinnering als voor het verlies van geheugen. Alle gevallen van amnesie (in de uitgebreide beteekenis van het woord) moeten uit anatomisch of localisatorisch oogpunt verdeeld worden in twee groepen. a)gevallen, waarin een centraal defect is (of van structuur- of van functioneel type), waarbij er vaak zal zijn verlies van woorden, zoowel als verlies van herinnering; )gevallen, waarin alleen commissuren-defect is (meest structuur-defect) waarbij kan zijn verlies van herinnering van woorden, maar niet noodzakelijk verlies van woordgeheugen. Bij defecten is het vaak moeielijk, zoo niet onmogelijk, klinisch alleen te beslissen, of de laesie of het defect, waaruit een bijzondere soort van anomalie volgde, centraal of commissuraal was. Uit localisatorisch oogpunt kan zulk een be-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen