1923 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 44

ió zal ik kunnen meespreken, misschien ook een gereserveerd eigen oordeel mogen hebben. Maar ook zullen hier vraagstukken van algemeen biologischen oard ter sprake komen, zooals U uit de opgegeven punten zal zijn gebleken. Mij dunkt, daarover mogen wij allen als medici en natuurkundigen in dsn ruimeren zin, wel in meerdere of mindere mate ons een oordcel vormen. En waar we hier als Christel-jke natuur- en geneeskundigen bijeen zijn op een basis van onvoorwaarlijke erkenning van de geopenbaarde Waarheid Gods, daar is het in deze verceniging bedoeling en plicht de beoordeeling der wetenschappelijke feiten te toetsen aan die Waarheid. Wij nemen dat standpunt in tegenover onze vakgenooten, die deze zienswijze niet deelen, die meenen aan die geopenbaarde Waarheid geen critische plaats te mogen of te moeten inruimen op het terrein der wetenschap en die ons dikwijls nog, hoewel sinds Bavinck e.a. op veel mildere wijze dan vroeger jaren, verwijten, dat zóó de wetenschap geen wetenschap blijft en wij dus in wetenschappelijke kwesties geen recht van meespreken hebben om ons vooroordeel. Dit discrediet, dat wij in wetenschappelijke kringen op dif punt wel eens moeten ondervinden, is ons niet te veel en ik geloof i'iet, dat wij in dezen tijd op dit terrein als martelaars zouden willen poseeren. Een dergelijke bespotting zouden wij den martelaars voor Gods koninkrijk niet mogen en willen aandoen, al is daarmede niet gezegd, dat zulk een martelaarschap nu bij de huidige verlichting uit den tijd zou zijn. In een geheel andere verhouding dan tegenover de natuurv/etenschappelijke wereld komen we wel eens te staan in gesprek met bevriende theologen. In andere verhouding, want we staan üan op dezelfde basis en het verschil loopt dan ook over geheel andere kwesties. Het verschil gaat dan niet over wetenschappelijke normen, door de H. S. te stellen, maar hoogstens, als het gesprek goed objectief wordt gehouden, over de exegese van schriftwoorden of schriftgedeelten, waarin ook de resultaten van natuurwetenschap naast de resultaten van theologische wetenschap licht kunnen en mogen ontsteken. Zoo brengen ons de eerste 3 punten van het resumé al aanstonds in laatstgenoemde positie. Nog steeds worden oudere wetenschapsvoorstellingen, die men om nieuw feitenmateriaal in natuurwetenschappelijken kring heeft moeten verlaten, gebruikt bij de exegese van b.v. de eerste hoofdstukken van Genesis in menigen theologischen studeerkamer en kring, bovendien vooral in veel theologiseerende kringen. Het komt niet in mij op de theologen hiervan een ernstig ver-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen