Huis en School.

Het deed mij genoegen te lezen, dat een van de vele redevoeringen, die omstreeks Kerstmis en Nieuwjaar in Engeland gehouden werden, ook in betrekking tol onderwijskundige en opivoedkundige kwesties, tot onderwerp had: „Home and bohool", Huis en School.

Ook aan de andere zijde van de Noordzee is men overtuigd van de hooge waarde van het gezinsleven in hel algemeen en voor den schoolarheid in 't bijzonder. Men brengt daar de klachten over de resultaten van het onderwijs ook in verband met den achteruitgang van het gezinsleven.

Als eerste oorzaak van de yerslecht: 'ring werd aangegeven, dat er minder groote gezinnen - zijn. Het effect van een goede gezinsopvoeding is beter waarneembaar bij een groot dan bij een klein gezin. En waar nu de vrees voor het gioote gezin in breede kringen van 'de samenleving is doorgedrongen, meent men den invloi; d daarvan ook in de school te kunnen cionstateeren.

Door den woning-nood, die een tijdlang heerschte, is aan menig gezin het rustig leven, noodig VOO)-de opvoeding van de 'kinderen, ook niet beschoren geweest. Daar k-wam nog bij, dat de dienstbod ennood in vele gezinnen, vooral in de hoogere standen, niet hevorderlijk is geweest aan het rustig saamleven. Men meende te kunnen oonstateeren, dat daardoor mede heel wat ouders minder goed in staat waren geweest, aan de kinderen de nocdige zorg te besteden. Deze verwaarlooKing zou er dan weer toe geleid hebben, dat de kinderen in vele gevallen veel minder respect voor de ouders gevoelden.

Het karakter van het huiselijk leven is in vele gevallen ook aanmerkelijk veranderd door de be-

weging in de vrouwen-wereld. Het streven naar een zelfstandige posjtie heeft vele vrouwen gebracht tot het beoefenen van een arbeid buiten haar beslemming eh die noodzakelijk moest leiden to't een verwaarloozing van haar eigen sfeer. Eenmaal, wanneer we deze koorts weer te boven zijn, zullen we wel tot de overtuiging komen, dat een moeder in hel verzorgen van haar kinderen wel een volle levenstaalv heeft en dat het een onmogelijke zaa.k is, dat zij nog een volle dagtaak leert waarnemen buiten haar huis.

Voor vele vaders werd de strijd om het bestaan moeilijk. En een natuurlijk gevolg is geweest, dat de kinderen, die in huis wel eenigermate verwaarlo; ; sd waren, nu werden opgevoed in de gedachte, er loch vooral voior te zorgen, dat ze geld konden verdienen, schaden op de aarde konden vergadeien, terwijl de huiselijke opivoading juist de aandaclit had moeten vestigen op de Hemelsche Kfliatten.

Ook wordt er op gewezen, dat in vele kringen de verhouding tot de Kerk heel wat gewijzigd is. la plaats van met de kinderen naar de godsdienstoefening te gaan, zooals vroieger, ging menig vader met zijn jongen in de auto — de jongen aan het stuurrad — naar een golf-veld. Zulke jongens waren te gauw groot.

't Is duidelijk, dat voor dergelijke knapen de SC 1)ooi een moeilijke taak kreeg. Het gemis aan respect voor de ouders verzwaarde zeer het werk van den onderwijzer.. Te meer nog, wanneer de ouders gevoelden, dat dé kinderen V'an hen verwijderd raakten en dan trachtten door allerlei gunsten en gaven het respieot van de kinderen terug te winnen. In menigen kring is het verontrustend geweest, zoo weinig respect de kinderen voor hun. o-iders toonden. En juist dan worden er nog veel dingen doior de vaders gedaan, die ze nooit moesten doen en - veel dingen gelaten, die ze juist wel moesten doen.

Het indenken van deze dingen en van den invloed, dien ze kunnen hebben, is wel ontstellend. Maar daar staat als troost tegenover, dat er ook nog duizenden en duizenden gezinnen zijh, waar de zaken nog op een gezonden bodem staan; daar is enkel gezondheid, kracht en standvastigheid en uit deze gezinnen wordt ook de school bevolkt met kinderen van het fijnste type.

In bovenstaande aanhalingen staat heel wat, dat betrekking heeft op Engelsche toestanden, maar we gevoelen allen, dat ook ons land en dat ook onze kringen aangegrepen zijn door denzfelfden geest, dat ook wij niet hebben gestaan buiten het leven der wereld. En tot ons gaat daarom ook uit de oproep, om te zorgen, dat ons gezinsleven gezond blijft. De bekende, spreekwoordelijke Hollandsche huiselijkheid zal het in de toekomst zwaar te verantwoorden hebben. Of kreeg ze niet reeds menige deuk? Welnu, laten we ons voor gewaarschuwd houden.. En vooral bedenken, dat nog juist als vroeger twee steunpilaren vooral dat huiselijke gebouw schragen: het vaderlijke gezag en de viering van den Zondag. Wanneer die eerst zijn weggeduwd, blijft er van het Christelijke Hollandsche gezin niet veel over.

Zij het ons gegeven, in dezen getrouw te zijn.

G. MEIMA.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen