Generale Synode der Geref. Kerken te Arnbem.

Avondzitting

Met samenzang van Psalm 65 : 1 werd de avondzitting geopend.

Aan de orde was hierop de behandeling van het verslag van deputaten voor de correspondentie met de buitenlandsche kerken. Allereerst werd besloten, onder dankzegging, de handelingen van deputaten goed te keuren en hen te dechargeeren voor hun financieel beheer.

Na breede bespreking m.n. over de Belgische Zendingskerk, werd de door Deputaten te dezen aanzien voorgestelde conclusie teruggenomen en werden aangenomen de volgende voorstellen van Dr Dijk:

1e. De Synode, gehoord het rapport van de Deputaten, besluit, de correspondentie met de Belgische Zendingskerk voorloopig voort te zetten;

2e. aan de nieuw te benoemen Deputaten op te dragen, dat zij de eerstvolgende Synode van advies dienen over de vraag, of en in hoeverre de correspondentie mag worden voortgezet met die kerken, die in leer en kerkregeering niet meer, of niet ten volle meer met de Gereformeerde belijdenis overeenstemmen.

Nog werden de volgende conclusies aanvaard:

3e. Dank te betuigen aan Prof. Dr V. Hepp, die onze Kerken heeft vertegenwoordigd op de jongste Synode (1930) van de Christian Reformed Church in Amerika;

4e. Drie Deputaten te benoemen voor de behartiging van de Canadeesche zaak;

5e. Wederom zeven Deputaten te benoemen voor de correspondentie met buitenlandsche kerken, en humie opdracht in dezer voege te verruimen, dat hun ook wordt opgedragen, zooveel mogelijk contact te zoeken en te onderhouden met vertegenwoordigers van het Gereformeerd kerkelijk leven in het buitenland, voor zoover nog geen „correspondentie" met bepaalde kerken kan worden aangegaan;

6e. Aan de nieuw te benoemen Deputaten een crediet van f 4000.— toe te staan.

De praeses deed mededeeling van een ingekomen telegram van H. M. de Koningin, met dank voor den Haar gezonden gelukwensch.

Na dankgebed door Ds Douma werd de zitting om ongeveer half elf gesloten.

11e zitting.

De zitting van Donderdag 4 Sept. werd geopend met samenzang van Psalm 43 : 3 en 4, waarna de praeses voorging in gebed.

Bij appèl-nominaal bleek Prof. Dr A. G. Honig voor het eerst aanwezig te zijn. Na betuiging van instemming met de belijdenisschriften nam hij zitting.

Van Prof. Waterink kwam bericht, dat hij verhinderd is, de verdere zittingen der Synode bij te wonen.

Dr K. Dijk rapporteerde namens Commissie II over het verkenen van promotierecht aan de Theologische School.

Dr Dijk liet aan zijn rapport voorafgaan de voorlezing van een brief van Dr G Keizer, Curator der Theol. School, die mededeelde, dat hij zijn handteekening onder het rapport van Curatoren, terugnam.

De commissie kwam in haar rapport niet tot eenige conclusie, maar stelde voor, dat de Synode zou uitspreken, welke van deze wegen de kerken moeten inslaan.

Over dit voorstel ontstond een breede discussie, welke in de middagvergadering werd voortgezet.

Achtereenvolgens voerden het woord Prof. Dr S. Greydanus, Ds K. Fernhout, Dr W. A. van Es, Ds W. W. Meynen, Ds W. Breukelaar en de heer M. A. D. H. Schalekamp.

Dr K. Dijk beantwoordde de over het rapport gemaakte opmerkingen, waarna Prof. Dr J. Ridderbos het standpunt van de meerderheid van Curatoren der Theologische School verdedigde.

Bij den aanvang der middagzitting deed de praeses mededeeling van een ingekomen telegram uit Delft, bevattende heilbede voor de besprekingen over het promotierecht.

Na dankgebed door Ds. Douma werd om ruim half 5 de zitting gesloten.

12 e zitting.

Met samenzang van Psalm 100 : 1 en 2 en gebed werd de zitting geopend.

Appèl nominaal werd gehouden, de acta vastgesteld.

Van een Darbistenkring te 's-Gravenhage kwam een schrijven in, waarin dankbaarhfeid werd uitgesproken over het besluit der Generale Synode inzake den Darbistendoop, doch waarin tevens bezwaar werd gemaakt tegen de aanduiding van dezen krnig met den naam van een mensch.

Besloten werd, dit schrijven voor kennisgeving aan te nemen.

De besprekingen over het „Promotierecht" worden hierop voortgezet.

Achtereenvolgens werd het woord gevoerd door Ds J. Douma, Ds C. B. Bavinck, Prof. Dr T. Hoekstra, Prof. Dr H. Bouwman, Ds H. H. Schoemakers, Prof. L. Lindeboom, Ir G. de Rooy, de heer J. v. d. Meulen Pz., Ds H. Meijerink, Ds N. Duursema, de heer J. Olthoff, Dr H. Kaajan en Ds J. L. Schouten. : -K : ir..; "^

Bij den aanvang der middagvergadering, geopend met het zingen van Psalm 103 : 7, nam Ds A. Doorn, die dezen middag Dr G. Keizer verving, zitting, na zijn instemming betuigd te hebben met de belijdenisschriften.

Na dankgebed door Ds Douma werd tegen 4 uur de zitting gesloten en de Synode verdaagd tot Dinsdag.

13e zitting.

De zitting van Dinsdag 9 September werd geopend met samenzang van Psalm 119 : S en 9, waarn'-t de nraeses voorging in gebed.

Bij het appèl nominaal bleken de heeren H. Luring van Onstwedde en Th. J. Douma van Wolvega aanwezig te zijn voor de afgevaardigden van Groningen en Friesland-Zuid, de heeren P. A. Koster en Joh. Cnossen. Na instemming te hebben betuigd met de belijdenisschriften, namen zij zitting.

De praeses deelde mede, dat een 4-tal brieven ingekomen is, verband houdende met het promotierecht der Theol. School.

Op voorstel van den praeses worden ze voor kennisgeving aangenomen.

Het woord werd gevoerd door Prof. Dr S. Greydanus en Prof. Dr J. Ridderbos.

In de middagvergadering, geopend met samenzang van Psalm 147 : 6, was telegrafisch bericht van Ds A. Pos te Djocjacarta ingekomen, dat hij zijn benoeming tot docent aan de opleidingsschool aanneemt.

De praeses sprak hierover zijn vreugde uit. Besloten werd. Ds Pos per telegram de blijdschap der Synode over zijn besluit te melden.

Prof. Dr J. Ridderbos zette hierop zijn rede voort. Na beëindiging dezer rede stelde de praeses voor, de discussie te sluiten. Dit voorstel werd z.h.st. aanvaard.

Dr K. Dijk deed, mede namens Ds K. Fernhout en Ds W. Breukelaar een voorstel, waarover een breede discussie ontstond.

Achtereenvolgens voerden het woord: Prof. L. Lindeboom, Prof. Dr T. Hoekstra, Prof. Dr H. Bouwman, Prof. Dr S. Greydanus, Ds J. Douma, Dr W. A. van Es, Ds N. Duursema, en — na beantwoording door Dr K. Dijk — in tweede instantie Prof. Dr T. Hoekstra, Ds T. Gerber, Prof. Dr A. Honig, Ds H. Meyering en Prof. Dr J. Ridderbos.

Om ruim half vijf werd de zitting hierop geschorst tot 8 uur.

Avondvergadering.

In de avondzitting, geopend met samenzang van Psalm

3 : 2, bracht Dr K. Dijk namens Commissie II rapport uit over de tusschentijds gevoerde besprekingen met betrekking tot het tusschenvoorstel Dr K. Dijk c.s.

Dr Dijk deelde mee, dat een groot deel der Commissie meende, dat een principieele uitspraak vóór of tegen moet vallen. Ook een voorstel van Prof. Hoekstra werd niet in behandeling genomen. Onder deze omstandigheden trokken Dr Dijk c.s. hun voorstel in.

De praeses nam met leedwezen hiervan kennis.

Ds W. Breukelaar sprak eveneens zijn diep leedwezen over deze zaak uit.

Een breede bespreking volgde, waarin Dr Dijk, Prof. Lindeboom, Prof. Ridderbos en Prof. Hoekstra voorstellen indienden, resp. tot het doen van voorstellen adviseerden. De voorstellen der adviseerende leden werden overgenomen door verschillende leden der Synode.

Tenslotte werd bij zitten en opstaan aangenomen een voorstel van den praeses, om deze voorstellen te stellen in handen van een commissie, met opdracht de Synode in deze zaak van advies te dienen en een voorstel te formuleeren, dat ter tafel zal komen in de vergadering van Donderdagmorgen.

In deze commissie werden benoemd: de prae-adviseerende leden Prof. Dr J. Ridderbos en Prof. Dr T. Hoekstra, de leden Ds W. Breukelaar, Ds K. Fernhout (samenroeper). Ds H. Meijering, Ds J. Douma, J. Olthoff, G. de Rooy, H. Scheffer en J. Weerstra. Bovendien werden de voorstellers als praeadviseerende leden aan de commissie toegevoegd, eveneens de leden van het moderamen.

Ds K. Fernhout werd in verband met deze taak ontheven van zijn functie als voorzitter van Commissie I.

Ds Joh. Jansen rapporteerde nader over de conclusies inzake het Vrouwenkiesrecht.

Nadat een amendement van Dr Dijk om het woord „schrijven" te doen vervallen, was verworpen, werden de conclusies als volgt vastgesteld:

de Synode, van oordeel, dat de verkiezing tot het ambt door de leden der gemeente niet het karakter draagt van advies, maar een daad van algemeene regeermacht, en toch te onderscheiden van de bijzondere regeermacht, welke door Christus aan het bijzondere ambt der opzieners is opgedragen;

dat weliswaar ook de approbatie, waarvan de vrouwen niet zijn uitgesloten, tot deze algemeene regeermacht der geloovifjen behoort, maar dan met dit onderling verschil en karakter, dat de gemeente bij de verkiezing uitspreekt, wie zij als ambtsdragers begeert, terwijl de approbatie bestaat in het al of niet goedkeuren der gekozen personen;

dat daarom uit het feit, dat het ambt der geloovigen aan de vrouw in de Kerk evenzeer toekomt als aan den man, niet volgt, dat zij ook aan de verkiezing tot het ambt mag deelnemen ;

dat voorts het overtuigend bewijs, dat de Schrift het Vrouwenkiesrecht eischt, niet is geleverd, maar de gegevens, welke zij ons biedt veeleer tegen dan daarvoor schijnen te pleiten, besluit;

a. aan de vrouwelijke lidmaten der gemeente het Kiesrecht in de Kerk niet toé te kennen;

b. Deputaten dank te zeggen voor hun uitnemende toelichting van het vraagstuk van het Vrouwenkiesrecht uit de Schrift en de historie.

Prof. Lindeboom kreeg aanteekening tegengestemd te hebben.

Prof. Dr G. Ch. Aalders bracht verslag uit over het rapport van Deputaten inzake het overgaan tot een anderen staat des levens.

a. deputaten dank te zeggen voor hun duidelijk en overtuigend rapport en hen te dechargeeren;

h. het voorstel der kerk van 's-Gravenhage-West (n.l. om met theologische hoogleeraren inzake emeritaat gelijk te stellen die Dienaren des Woords, welke aan de Theologische School of aan de Vrije Universiteit worden benoemd om niet-theologische colleges te geven, wier bijwoning verplicht is om de aan deze inrichtingen studeerende aanstaande dienaren des Woords) niet aan te nemen, maar het besluit der Generale Synode van Leeuwarden (art. 105) onverzwakt te handhaven;

c. bij de kerken er op aan te dringen, dat ze geen voormalige Dienaren des Woords, welke tot een anderen staat des levens zijn overgegaan, uitnoodigen om voor te gaan in den kerkedienst.

Na dankgebed door Ds Douma werd de zitting om half elf gesloten.

14 e zitting.

De zitting van Woensdag 10 September v/erd aangevangen met het zingen van Psalm 111 : 3 en 5, waarna de praeses voorging in g: bed.

Appèl nominaal werd gehouden, de acta van de vorige zittingen vastgesteld.

Ds J. Jansen rapporteerde hierop nader over het verzoek van de Particuliere Synode van Utrecht, om te bevorderen, dat in alle Geref. Kerken van Nederland een uniforme regeling komt ten aanzien van de bevestiging van gemengde huwelijken.

De conclusie werd thans als volgt vastgesteld:

De Synode besluit, aan het verzoek der iParticuliere Synode niet te voldoen, omdat de gevallen te zeer onderscheiden zijn.

Prof. Dr G. Ch. Aalders rapporteerde namens Commissie III over de vragen van een verzoek van de Particuliere Synode van Friesland (Z.G.) en een vraag van den Kerkeraad van Velsen over de Krankencommunie.

Aangenomen werd de volgende conclusie:

„De Generale Synode, overwegende dat de kerken zich blijkbaar nog niet genoegzaam beraden hebben omtrent het vraagstuk van de bediening van het H. Avondmaal ten huize van een kranke of oude van dagen, acht daarom ook thans de tijd voor een uitspraak in deze belangrijke zaak nog niet gekomen, en besluit in dezen zin te antwoorden aan de Particuliere Synode van Friesland (Z. G.) en aan de Kerk van Velsen.

Prof. Dr G. Ch. Aalders rapporteerde vervolgens over het schrijven van de Geref. Kerk van Zuid-Afrika betreffende de bijeenroeping van een internationale Synode.

Het volgende werd op voorstel van Commissie III uitgesproken :

„De Generale Synode van de Geref. Kerken in Nederland, vergaderd te Arnhem 1930, kennis genomen hebbend van het schrijven der commissie namens de Geref. Kerk van Zuid-Afrika d.d. 30 Juni 1930 aan deputaten voor de correspondentie met de buitenlandsche kerken, spreekt uit, dat zij in beginsel bereid is, aan eene Synode van Geref. Kerken uit onderscheidene landen, die één zijn in de Geref. belijdenis, deel te nemen, en deze in Nederland saam te roepen en te ontvangen.

II. Zij besluit aan de te benoemen deputaten voor correspondentie met de buitenlandsche kerken op te dragen, een grondig onderzoek in te stellen naar de mogelijkheid, wijze en samenstelling van zulk een Synode; daarover met de buitenlandsche kerken, met welke onze kerken in correspondentie staan, overleg te plegen; en van een en ander op de e.k. Generale Synode te rapporteeren, welk rapport zoo mogelijk een jaar te voren aan de kerken hier te lande, alsmede aan de buitenlandsche kerken worde toegezonden.

III. Zij besluit deze conclusies ter kennis te brengen van de Geref. kerk van Zuid-Afrika.

Prof. Aalders las het rapport van de Deputaten der Generale Synode van Groningen voor advies aan de Classis Drachten in de zaak Dr N. D. van Leeuwen.

Ds. J. de Vries bracht hiervan namens Commissie I advies uit. Besloten werd, de handelingen van deputaten, onder dankzegging voor den door hen verrichten arbeid goed te keuren en hen te dechargeeren.

Ds H. Meyerink rapporteerde over een schrijven van den heer A. G., te Ch., waarin hij voorstelde, een toevoeging te geven aan art. 84 K. O.

De Synode besloot, op het voorstel van Br. A. G. te Ch. niet in te gaan, aangezien hij in gebreke is gebleven, de gronden aan te geven, ontleend aan de H. Schrift, de Geref. Belijdenis of kerkenordening, waaruit de juistheid van zijn gevoelen blijkt.

Ds A. Scheele rapporteerde namens Commissie III over een bezwaarschrift van den heer M. de B. Wz. te H. tegen het ontraden van het bijwonen van Geref. predikaties buiten de Geref. Kerk en tegen het voorstaan van het assurantiewezen.

Besloten werd, dit schrijven niet ontvankelijk te verklaren.

Ds D. P. Koopmans rapporteerde namens Commissie III over eenige bezwaarschriften van den heer v. d. W. te K.

Allereerst maalrte deze bezwaar tegen de wijze waarop in zijn kerk het zitplaatsenvraagstuk is geregeld.

De Synode sprak uit, Ie. om inzake het zitplaatsenvraagstuk geen algemeene uitspraak te doen; 2e. den betrokken broeder er op te wijzen, dat hij, zoo hij zich bezwaard gevoelt, door de wijze, waarop in zijn kerk het zitplaatsenvraagstuk is geregeld, zich kan wenden tot zijn kerkeraad, en zoo noodig tot de meerdere vergaderingen.

Voorts maakte deze bezwaar tegen de vergoeding aan predikanten voor het waarnemen van vacaturediensten.

Besloten werd, te handhaven de in Groningen in deze zelfde : zaak gestelde conclusie, „dat niet de Synode over deze zaak een regeling kan maken, maar dat zij dit moet overlaten aan de kerk, die haar Dienaar afstaat voor vervulling van vacaturebeurten en aan het onderling goedvinden van de kerken der classis."

Ds A. Schweitzer rapporteerde namens Commissie III over een bezwaarschrift van Ds H. v. D. te N. en W.

Besloten werd diens bezwaar tegen deze passage in de acta der Synode van Leeuwarden 1920 niet in behandeling te nemen en hem er op te wijzen, dat nog altijd voor hem de weg openstaat, om een afschrift van een memorie van zijn hand in de memorie van de classis Woerden en van den kerkeraad van Zwammerdam te plaatsen en om daarvan zoo noodig uit het archief der Synode afschrift te nemen.

Prof. Dr V. Hepp rapporteerde over de punten betreffende de orde voor den eeredienst.

De Synode besloot na instemming bij zitten en opstaan overeenkomstig het voorstel van Commissie I aan de te benoemen deputaten voor de Liturgie tevens op te dragen een orde voor •den eeredienst te ontwerpen en dit concept een jaar vóór het samenkomen der volgende Synode ter kennis van de kerken te brengen.

Prof. Hepp rapporteerde nog over een bezwaarschrift van •den heer J. L. te A. tegen de z.i. niet afdoende behandeling van zijn bezwaarschrift tegen de belijdenisvragen op de Synode van Groningen (1927). Uitgesproken werd, dat deze zaak wè! afdoende is behandeld, waarom er geen redenen bestaan, er thans weder op in te gaan.

Ds J. A. C. Rullmann rapporteerde namens Commissie IV •over het Zendingsconsulaat.

De Synode besloot, aan de Deputaten voor de Zending op te dragen, • de aansluiting van de Zending der Geref. Kerken •aan het Zendingsconsulaat te bestendigen, met dien verstande, dat de door de Generale Synode van Groningen vastgestelde voorwaarden blijven gehandhaafd, n.I. ö. dat deze aansluiting naar het oordeel van Deputaten geen al te zware eischen zal mogen stellen; b. dat zij geen gevaar zal opleveren voor behoud van eigen zelfstandigheid der Geref. Zending.

Ds N. Y. van Goor rapporteerde namens Commissie IV over de bemoeienissen van de Zendingsdeputaten met de Zendende kerken.

De bemoeiingen van deputaten terzake werden goedgekeurd.

Prof. Dr A. G..Honig rapporteerde namens Commissie IV over het Zendingsblad, dat een oplaag bereikte van 75.600 ex. «n een winst opleverde van ƒ 55.825.

Besloten werd, de deputaten en m. n. Ds W. Breukelaar en de mede-redacteurs hartelijk dank te zeggen voor al hetgeen zij met betrekking tot het geleidelijk aan belangrijk winnende Zendingsblad hebben gedaan.

Prof. Honig rapporteerde verder over den Zendingskalender (welke een oplaag bereikte van 85.000 ex. en een bate bracht van ƒ 7579.)

Besloten werd, de warme erkentelijkheid der Synode te betuigen aan Ds D. Pol voor de toewijding, waarmede hij de uitgave van den Zendingskalender verzorgt.

Ds W. Breukelaar rapporteerde namens Commissie IV over een schrijven van den Raad van Toezicht op het Zendingshospitaal te Poerworedjo inzake een generale regeling van het toezicht op de zendingshospitalen:

o. dat elke Raad van Toezicht behoort te zijn samengesteld, zoowel op Java als op Soemba, uit de leden van de algemeene vergadering in Art. XV der Zendingsorde genoemd, behoudens de leden, die rechtstreeks zijn verbonden aan het hospitaal, waarover het toezicht gaat;

è. dat aan den Raad van Toezicht moet zijn opgedragen toezicht te houden over de behoorlijke naleving der instructie door het Europeesch personeel, dat aan het hospitaal is verbonden ;

De Generale Synode besloot:

1. Uit te spreken, dat alle zendende kerken, die voor den medischen dienst op haar zendingsterrein een hospitaal onderhouden, tot het oefenen van het noodige toezicht over haar zendingshospitaal een Raad van Toezicht behooren aan te stellen;

2. te bepalen:

c. dat de Raad van Toezicht gerechtigd en gehouden moet zijn om, wanneer tusschen het Europeesch personeel van het hospitaal eene wanverhouding ontstaat, die behoorlijke samenwerking onmogelijk maakt, daarnaar een onderzoek in te stellen, te trachten eene bevredigende oplossing te verkrijgen en, indien dit niet gelukt, zich met een gemotiveerd advies te wenden tot de zendende kerk, terwijl in geval van zeer dringende noodzakelijkheid de Raad van Toezicht een voorloopige beslissing moet kunnen nemen onder verantwoordelijkheid aan de zendende kerk;

d. dat in de instructie van het Europeesche personeel der zendingshospitalen moet zijn opgenomen, dat men aan het toezicht van den Raad van Toezicht is onderworpen;

3. de nader.e regeling van het toezicht op de zendingshospitalen met inachtneming van het sub 2 bepaalde over te laten aan de Zendende Kerken.

4. aan de te benoemen deputaten voor de zending op te dragen geen instructie naar Art. XII der Zendingsorde goed te keuren, waarin ontbreekt wat sub 2d is bepaald.

Dr H. A. van Andel rapporteerde over Medans zendingsplan op Sumatra.

Overeenkomstig het voorstel van Commissie IV werd besloten:

1e. goed te keuren, dat de kerk van Medan de geestelijke bearbeiding van de Javanen op Sumatra ter hand neemt,

2e. aan de te benoemen deputaten voor de Zending op te dragen, op daartoe strekkend gemotiveerd jaarlijksch verzoek van de Kerk van Medan, deze ten behoeve van haar zendingsarbeid onder de Javanen op Sumatra te steunen met een bedrag van ten hoogste ƒ 3.500 per jaar.

Van de Centrale Diaconale Conferentie kwam een telegrafische heilwensch in.

De zitting werd te half een geschorst tot 2 uur.

Middagzitting.

De Middagzitting werd geopend met samenzang van Psalm 86 : 5.

Dr H. Kaajan rapporteerde nader over de zaak van het leerboek, waaromtrent nog een vierde conclusie moet vastgesteld worden (men zie het verslag der zitting van 2 Sept.)

Over een voorgestelde conclusie kan geen beslissing genomen, daar, toen het gelijk met een voorstel van Dr Dijk in stemming werd gebracht, de stemmen tusschen beide voorstellen gelijk verdeeld waren.

De vijf adviseerende leden waren voor het voorstel der commissie. In een volgende zitting zal opnieuw gestemd worden.

Dr H. A. van Andel rapporteerde over de toetreding tot den Nederlandschen Zendingsraad.

Aangenomen werden de volgende conclusies:

1e. de handelingen Uwer Deputaten voor de Zending inzake den Nederlandschen Zendingsraad goed te keuren;

den Nederlandschen Zendingsraad goed te keuren; 2e. uit te spreken:

a. dat de Gereformeerde Kerken prijs stellen op contact en een zeker verband in zendingszaken met die zendingscorporaties, die op rechtgeloovig standpunt staan; en zich zouden kunnen aansluiten bij den Nederlandschen Zendingsraad, indien deze een geheel eigen, zelfstandig instituut vormde;

b. dat zij zich echter niet kunnen aansluiten bij den Nederlandschen Zendingsraad, omdat deze lid is van den Internationalen Zendingsraad, die zonder nadere keur alle zendingscorporaties wil vereenigen en onjuiste opvattingen heeft inzake de taak der Zending op sociaal en politiek gebied;

ge. aan de te benoemen Deputaten voor de Zending op te dragen, den Nederlandschen Zendingsraad met het sub 2e. genoemde in kennis te stellen en met dezen Raad, indien dit door hem gewenscht mocht worden, nader te overleggen, op welke wijze de bezwaren tegen die aansluiting zouden kunnen worden weggenomen;

4e. goed te keuren, dat de te benoemen Deputaten voor de Zending:

a. ingeval de Nederlandsche Zendingsraad hen daartoe uitnoodigen mocht en zij zelven dit wenschelijk mochten achten, enkelen hunner aanwijzen om als buitengewone leden zitting te nemen in den Nederlandschen Zendingsraad en aan diens arbeid deel te nemen zonder dat daardoor de Gereformeerde Kerken in eenig opzicht door de besluiten van den Raad worden gebonden of daarvoor verantwoordelijk zijn;

b. zoolang de medewerking sub a genoemd duurt, een evenredig deel van de kosten van den Raad te betalen uit de Generale Kas.

Bij zitten en opstaan werd verworpen een voorstel van den praeses, om het tweede gedeelte van conclusie 2a te doen vervallen.

Prof. Lindeboom verkreeg aanteekening, dat hij tegen deze conclusie was.

Na dankgebed door Ds Douma, werd om 5 uur de zitting gesloten.

GEREFORMEERDE KERKEN.

Drietal te: Grijpskerk (Gr.): H. J. Jager te Jutrijp—Hommerts, L. van Urk te Sexbierum en D. J. Velsink te Musselkanaal.

Tweetal te: Oudega (Small.): J. C. J. Kuiper, cand. te Haarlem en M. Norg, cand. te Zwolle.

Beroepen te: Oudega (Small): J. C. J. Kuiper, cand. te Haarlem. Sprang (N.Br.): Joh. C. Hagen, cand. te Delft. Urk: S. Wlouters te Dronröp.

Bedankt voor: Haarlemmermeer (O.Z.) en lerseke: P. v. Strien te Veere.

Intrede te: de (als-hidppr.): , Kremer, cand, , Tekst Jes. 40:6—8. Lutjegast: . A. Scheeres, cand.. Tekst Psalm 51:20. Schildwolde: . van Dijk, Tekst 1 Cor. 3:5—9. .Wiyckel en Balk: . J. de Boer, cand., Tekst 1 Cor. 1:21—24.

Afscheid van: alten: . Schouten, Tekst Matth. 13:7—9. Appelscha: . M. Ploeger, Tekst Jes. 54:10.

Jubilea:24 September: . van Anken te Delft 25 jaar.

Ds H. A. Wl i e r s i n g a. Ds H. A. Wjersinga, predikaat bij de Geref. Kerk te Vlissingen, , zal van 29 Sept. tot 10 Oct. arbeiden ouder de Gereformeerden te Davos (Zwitserland).

Caudidaten tot den H. dienst.

Door de Classis Alkmaar is peremptoir geëxamineerd en met algemeene stemmea toegelaten tot den dienst des 'W[Oords en der Sacramenten cand. R.^ 'Bakker, van Enschedé, beroepen predikant bjj de Geref. Kerk van St. Pancras. Op Zondag 28 Sept. a.s. hoopt hij aldaar bevestigd te worden door Prof. Dr A. G. Honig, van Kampen, en des namiddags daarna z(jn intrede te doen.

— De Classis Zutphen der Geref. Kerken heeft den heer J. V. d. Horst praeparatoir geëxamineerd en toegelaten tot den Dienst des Woords. Hfl wenscht evenwel nog geen beroep in overwegmg te nemen, maar wel gaarne des Zondags in de Kerken voor te gaan. Zijn adres is: Beukenstraat 34, Zutphen. Telef 284..

Geen beroep in overweging.

Wegens voortzetting van zijn studie, kan de heer F. L, Bos, beroepbaar theol. candidaat, Geref. Pastorie Uithuizen, voorloopig geen beroept meer in overweging nemen.

Ds 9. Bosma.

Naar wj vernemen, heeft de classis Zutphen der Geref. Kerken in haar Donderdag 4 dezer te 'Doetinchem gehouden vergadering op zijn verzoek eervol emeritaat verleend jan Ds S. Bosma, Geref predikant te Lochem. I)B S. Biosma werd 12 Dec. 1858 geboren, werd in 1890 candidaat en verbond zich den SOsten Nov. van dat jaar aan de Geref. Kerk van Wiommels. In 1898 vertrok hij naar Buitenpost, welke gemeente hij 23 jaar diende. Sedert 5 Jimi 1921 staat Ds Bosma te Lochem. Ds Bosma was ook kerfcvisitator in de classis Zutphen.

Kerkgebouwen. Te Beverwijk zal de Geref. Kerk, wijl de bestaande te klein werd, een nieuwe kerk doen bouwen. Deze |kerk, die volgens de teekening een waardig monument en tegelijk een ïriendelijk gebouw zal zjjn, krijgt ©en stijl, die in de omgeving een aangeuamen indruk zal wekken. Zij zal ruim 400 zitplaatsen bevatten. Architect is de heer Meijeran te •Wflk en Duin, aannemer de heer H. Oudshoorn te .«Velsen.

— Te IJmuiden heeft de Kerkeraad der Geref. Kerk, na een gehouden vergadering met de lidmaten, die met de plannen in groote meerderheid sympathiseerde, besloten tot den bouw van een nieuwe kerk in het nieuwe gedeelte bezuiden de spoorlijn. Architect is de heer H. J. van der Veen te Amsterdam.

CHR. GEREFORMEERDE KERK.

Beroepen te: Apeldoorn: L.' H. v. d. Meiden te Den Haag.

Bedankt voor: Zutphen: J. B. G. Croes te Gouda.

GEREF. GEMEENTEN.

Bedankt voor: Middelhamis: M. Hofman te Krabbendijke.

NEDERLANDSCHE HERVORMDE KERK.

Drietal te: Breda (vac.-J. H. H. v. Beem): C, D. Israël te Hattem, J. F. L. A. de Jagher te Delden en G. de Vries te Heerde. Soest (vac.-J. C. W; . Kruishoop): A. v. Willigen te 'sGrevelduin—Capelle, N. v. d. Snoek te Veenendaal en J. C. Klomp te Westbroek.

Beroepen te: Abbenbroek: J. Wi. Roobol te Winterswijk. De Bat (nieuwe pred.pl.): C. J. v. d. Graaf te Nijkerk. Garijp: Th. Hettiuga te Dantumawoude. HoUandscheveld: J. F. Th. v. d. Linde te Heeg. Hoornaar en Kockengen: J. E. Uitman, cand. te Zeist, lerseke (toez.): H. S. v. Rijs te Hooge Zwaluwe. Linschoten: J. E. Uitman, cand. te Zeist. Marken: Jac. Treffers, cand. te Eemnes-Bniten. Mastenbroek: A. M. den Oudsten te Elburg. Midlum: J. H. F. Engel, cand. te Groningen. Musselkanaal: Wl. H. Kelder Jr., te Ellewoutsdijk. Nes en Wliermn: J. H. F. Engel, cand. te Groningen. Oldenbroek: Wi. L. Mulder te Voorthuizen. Sluipwijk en Zegveld bjj Wjoerden (toez.): J. E. Uitman, cand. te Zeist.

Aangenomen naar: Den Oever en Breezand: K. O. Fiukensieper, cand. te Alkmaar. Dordrecht (vac. Dr J. Severijn): G. Alers te Nieuw-Lekkerland. Monnikendam: J. W-v. d. Does te Viauen . Hoedekeuskerke, S. J. M. Hulsbergen te Vrouwepolder—Gapinge. Koekauge (Dr.): G. H. Mooi, cand. te Hallum. Noordwijk—Binnen (toez.): Wi. W.. Siddré te Zevenbergen. Oosthuizen: E. B. Meijer te Gasselte (Dr.)

Bedankt voor: Colijnsplaat: J. F. L. A. de Jagher te Delden. Groenloo: Mr C. J. Bartels te Lathum (vroeger te Groenloo). Oostkapelle: J. Kuijlman te Vreeland. Scherpenisse: G. C. Severijn te Waarder (Z.H.) Steenwijkerwold: J. H. Wiessel te Burum. Vinkeveen: V. J. Japchen te Maartensdijk (ütr.) IJlst: C. D. Israël te Hattem.

Intrede te: msterdam: . D. Poot, Tekst Marcus 10:45. Biunnik: . F. Pasma G.Azn., Tekst Jes. 61:1. Oldenzaal: . van Dijk D.Jz. Tekst Matth. 17:8. Utrecht: . van Meer, Tekst Matth. 11:28-80.

Afscheid pan: haam: . Bloem, Tekst Psalm 84:13.

Overleden:2 September: . Okken, Em. pred. te Emst. 79 jaar.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen