GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het Kruis van den Heiland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Kruis van den Heiland.

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

V.

B. De Middeleeuwen.

We zijn met ons overzicht genaderd tot de Middeleeuwen.

Al hooger stijgt en al breeder ontplooit zich in deze eeuwen de vereering van het kruis.

De kerk verheft het tot haar banier, waarmee ze de wereld intrekt om die voor het Christendom te veroveren.

Reeds bij de zendelingen der Iro-Schotsche kerk, die in de zesde eeuw het Evangelie begonnen te prediken in het midden en westen van Europa's vasteland, bestond het gebruik, eerst een kruis op te richten, rondom het kruis het volk te verzamelen en dan bij dat kruis het Woord des levens te verkondigen. De predikers, die op hen volgden en in den dienst der kerk van Rome stonden, zooals Bonifacius, voerden bij hun prediking van de verlossing eveneens het teeken der verlossing met zich en zij hadden de gewoonte, over de scharen, die zich aanmeldden om onderricht voor den doop te ontvangen, het teeken des kruises te maken, als om ze voor Christus en voor Zijn kerk in bezit te nemen. En als de leuze „God wil het!" de Christenen aangrijpt en zij naar het Heilige Land trekken om dat aan de ongeloovigen te ontrukken, hebben zij het roode wollen kruis op den rechterschouder gehecht; hun tochten worden „kruistochten" genoemd en als iemand zicb bij zulk een kruistocht aansluit, wordt van hem gezegd, dat hij , , het kruis heeft aangenomen".

Het kruis wordt het teeken der kerlc. Karel de Gr00te bepaalde, zooals reeds andere keizers vóór hem gedaan hadden, dat niemand een kerk mocht bouwen of eerst moest de bisschop gekomen zijn en daar het kruis openlijk opgericht hebben. Als men dan ook wilde zeggen, dat ergens de grond gelegd was voor een kerk, drukte men dit zóó uit: dat er het kruis was gezet. En als de kerk gereed was, moest ze weer door het kruisteeken gewijd worden. Op de wanden der kerk moest de bisschop op twaalf plaatsen met de heilige zalf het teeken des kruises teekenen.

Ook werden er kruisen in de kerken geplaatst. Op het altaar b.v. werd een kruis gezet van zilver of goud en soms met paarlen en edelsteenen versierd. Daarom sprak men wel van „offeren bij het kruis" of , , vóór het kruis", als men het offeren van het mis-offer op het altaar bedoelde. Tevens werd op de liturgische gewaden en op de voorwerpen, die in den eeredienst een plaats innamen, het kruis afgebeeld. Alles wat de kerk behoorde, werd met het kruis gemerkt; het werd het symbool van het bezitsrecht der kerk.

Het zette ook zijn stempel op de bouwkunst. kerkelijke

Reeds ten tijde van Constantijn zijn er wel kerken gebouwd, waarvan de inwendige inrichting min of meer een kruisvorm vertoonde, terwijl soms ook uitwendig de kruisvorm was te j^ien. Zoodat ook in den bouw van de kerk tot uitdrukking kwam het woord: „het kruis is de grondslag der kerk". En als zich later de Romaansche en Gothische bouworde ontwikkelen, is het kruis het motief in die grootsche kunstscheppingen ©n wordt tot in de details der kerk de kruisvorm gebruikt.

In de godsdienstoefeningen wordt telkens een kruis geslagen. Bij ieder gebed. Bij de lezing van het Evangelie; dan moet de geheele gemeente opstaan en het teeken des kruises maken. Vóór de preek; de prediker begint niet of hij zegent zich eerst met het kruisteeken. Bij het „Driemaal-heihg" en telkens wanneer een heilige naam wordt uitgesproken. Ook bij den doop; vóór de onderdompeling of besprenging wordt op voorhoofd en borst van den doopeling het kruisteeken gemaakt, in het Oosten driemaal, in het Westen éénmaal. Maar het menigvuldigst wordt dit teeken gemaakt bij de bediening van de mis.

!• ruisen worden evenzeer buiten de kerken opgericht.

Niet alleen op de kerkhoven; bij de wijding van een kerkhof wordt er plechtig een groot kruis geplant en spoedig blijft geen graf meer zonder een kruis O'f kruisteeken. Maar ook aan den ingang van steden en dorpen, aan landwegen en op pleinen. Ouder zulke openbare kruisen nemen misdadigers de toevlucht en vinden ze veiligheid. Daar moeten weerspannige monniken en nonnen boete doen; ze moeten „bij het kruis staan". Daar vindt de „kruisproef" plaats, d.w.z. dat als b.v. een man zijn vrouw van echtbreuk beschuldigde, beide partijen bij het kruis moesten staan met uitgestrekte armen en wie dat het langst kon volhouden werd in het gelijk gesteld.

Ook in de woningen vindt men kruisen en afbeeldingen van het kruis. Kruisjes van goud en zilver, dikwijls met reliquieën, worden als amuletten, als beveiligingsmiddelen gedragen. Monnikorden, ridderorden en wereldlijke co^rporaties nomen het kruis in hun banieren; heeren, steden en landen zetten het in hun wapens ©n vlaggen on zoowel wereldlijke als geestelijke heeren voegen bij hun naam een kruisteeken.

Voorts kwamen er plechtigheden in gebruik, waarbij aan het kruis ©er© werd gebracht.

Er werden processies met het kruis gehouden, waarvan w© 'teerst vernemen ten tijde van Chrysostomus in Constantinopel ongeveer het jaar 400. Ze werden gewoon „kruisen" genoemd en de hemelvaartsweek, waarin ze regelmatig en talrijker dan anders plaats vonden, kreeg daarvan zelfs den naam „kruisweek". Op den Goeden Vrijdag werd het kruis op "het altaar met kussen en kniebuig'ngen vereerd; terwijl ook het gebruik bestond, op dien dag het kruis in den grond te verbergen' en het op den Paaschmorgen ©r weer uit te voorschijn te brengen.

De feesten van kruisvinding en kruisverhooging werden reeds in het vorige artikel genoemd; hier is nog te vermelden, dat in de Oostersche kerk ook op den middelsten Zondag van den vastentijd een feest der kruisaanbidding werd gevierd. Het werd als ©en dag van rust en verademing te midden van de oefeningen en ontberingen der vastendagen beschouwd. De beteekenis ©r van werd met de volgende woorden aangegeven: „Gelijk de reizigers, die een ruwen en langen weg moeten afleggen en van de inspanning uitgeput zijn, als ze ergens een boom met schaduwrijk loof aantreffen, een kleinen tijd zich neerleggen en uitrusten en dan als verjongd het overige deel van den weg afleggen: zoo is ook midden in den vastentijd, in het moeilijke pad, in de loopbaan door de heilige vaderen het levenbrengende Icruis geplant, dat ons lafenis en verkwikking biedt on de moeden verlicht en sterkt tot den verderen arbeid, want het kruis heet hout des levens en dat is het. Gelijk het hout des levens midden in dea hof van Eden geplant was, zoo hebben onze vaderen in God het kruis midden in den heiligen vastentijd geplant."

Van bet kruis moet onderscheiden worden het crucifix: een kruis met het beeld van Christus er aan,

Hierover slechts enkele opmerkingen.

Het oudste ons bekende voorbeeld van een voorstelling van den Heiland aan het kruis is een relief op een deur der kerk van de heilige S a-b i n a te Rome.

Dit relief is uit de vijfde eeuw. Niet alleen Christus, maar ook de beide moordenaars zijn er op weergegeven en de muren van Jeruzalem vormen den achtergrond. De kruisen slaan dicht bij elkaar, zoodat de hoofden der moordenaars bijna de handen van Christus raken en een arm van elk der moordenaars zich onder de armen van den Heiland uitstrekt. De gestalte van .Jezus is aanmerkelijk grooter dan die der mede-kruiselingen. De opperarmen staan slechts weinig van het lichaam af, alleen de onderste helft der armen is uitgestrekt. Christus is levend voorgesteld en met geopende oogen en niet zoozeer hangend aan het kruis als wel staande op een voethout.

Crucifixen van hout, steen, ivoor of metaal komen pas later voor.

In een kerk te Monza in Italië wordt nog een crucifix bewaard, waarvan gezegd wordt, dat het door paus Gregorius den Groote, die van 690 tot 604 den pauselijken stoel bekleedde, aan Theodolinde, de koningin der Longobarden, ten geschenke werd gegeven.

Het is ingevoegd in het raam van een grooter kruis van goud en stelt Christus voor met een tunica zonder armen bekleed en met een nimbus om het hoofd; de voeten naast elkaar op een voethout, elke voet afzonderlijk vastgenageld. Het opschrift boven het hoofd van den Heiland bestaat uit een drietal letters, die den naam Jezus Christus aanduiden. Onder den dwarsbalk van het kruis staan in de Grieksche taal de woorden: „Zie, dat is uw zoon" en „Zie, dat is uw moeder"; terwijl aan de beide einden van den dwarsbalk in het klein de figuren van Maria en van Johannes zijn afgebeeld. Boeven Christus' hoofd staan aan den raiid van den bovensten kruisarm de zon en de maan, als getuigen van het lijden des Heeren.

Terwijl dit crucifix door velen beschouwd wordt als het oudste, waarvan wij weten, zijn anderen van meening, dat het geen geschenk van Gregorius den Groote aan Theodolinde zijn kan, maar uit later tijd moet dagteekenen.

Er zijn tusschen het eenvoudige kruis en het crucifix verschillende overgangsvormen geweest.

Allereerst versierde kruisen, die reeds in de vierde eeuw voorkomen. Bij processies werden bij voorkeur zulke versierde kruisen gedragen. P a u-linus van Nola, die in 431 overleed, liet er verscheidene aanbrengen in de kerken van zijn bisdom en zingt in een van zijn liederen den lof van het verhevene kruis, dat omgeven is van kransen en bloemen, dat rood is van het bloed onzes Heeren en waarboven duiven zweven, die getuigen, dat onschuld en zachtmoedigheid den weg vinden naar het hemelsch koninkrijk.

Verder een verbinding van het kruis met het lam, dat het symbool is van Christus b.v. op deze wijze, dat het lam onder het kruis staat of het kruis door het lam gedragen wordt.

Voorts een verbinding van het kruis met een voorstelling van Christus b.v. in dezen vorm, dat Christus wordt afgebeeld als een jongeling van ideale schoonheid, die een kruis in de hand houdt.

Eindelijk een kruis met het borstbeeld van den Heiland. Dit borstbeeld staat óf aan de spits van het kruis óf waar de dwarsbalk den kruispaal snijdt. Van dit laatste kruis tot het crucifix is slechts één stap.

Op een concilie in 692 gehouden werd aan de afbeelding van den gekruisigden Heiland in menschelijke gestalte boven de vooröt.lling van Christus als een lam de voorkeur gegeven.

Ten slotte zij omtrent het crucifix nog opgemerkt, dat er in de afbeelding van den gekruisigden Christus onderscheid bestond.

Reeds is gebleken, dat Hij wel afgebeeld werd met een tunica. Later werd echter de afbeelding met een lendendoek algemeen. Ook dat aanvankelijk de armen van Jezus niet uitgestrekt waxen langs den dwarsbalk. Verder, dat Zijn voeten dikwerf op een voethout stonden.

'Tevens is reeds gebleken, dat in den eersten tijd Jezus' voeten werden afgebeeld als afzonderlijk vastgeklonken aan het kruis. Dat is lang zoo gebleven. De Katharen of Albigenzen stelden den Heiland voor met de beide voeten over elkaar gelegd en dus als met drie nagelen vastgehecht. Nog in 1230 bestreed een bisschop in een strijdschrift tegen de Albigenzen deze afbeelding en hij beriep z'ch op de algemeene traditie, volgens welke Jezus met vier nagelen was vastgeklonktjn geweest en ook hierop, dat de vier echte nagelen nog bewaard waren gebleven, n.l. in Conslantinopel, Tarsus, Nazareth en St. Denis en dat hij zelf op zijn reizen ze gezien en vereerd had.

Er zij hier nog op gewezen, "dat in de Oostersche kerk Christus aan het kruis als stervend, in de Westersche kerk als levend werd voorgesteld. De Grieken verweten daarom de Latijnsche kerk wel, dat zij den Heiland niet natuurlijk, maar „tegen alle natuur" afbeeldde; terwijl de Latijnen de Grieken beschuldigden, dat zij niet een beeld hadden van den waren Christus, di© wel is gedood in het vleesch, maar levend gemaakt door den Geest, doch veeleer een beeld van een Antichrist.

De vereering van kruis en crucifix is echter in d© Middeleeuwen niet zonder tegenstand gebleven.

Niet alleen kwam er tegenstand van de zijde van verschillende groepen als de Paulicianen, de Petrobrusianen, de Waldenzen en de Lollarden, maar ook van een man als bisschop Claudius van T u r ij n. Deze bisschop, die in 839 over leed, heeft uit alle kerken van zijn bisdom de kruisen laten verwijderen en hij zegt tot de vereerders van het kruis: „als het kruis vereerd moet worden, omdat Christus daaraan heeft gehangen, dan moeten er nog vel© dingen worden vereerd, waarmee Christus in aanraking is geweest: kribben, omdat Hij als kind in een kribbe gelegen heeft; steenen, omdat het graf, waarin Hij gerust heeft, in een steenrots was u'itgehouwen; maagden, omdat Hij uit een maagd is geboren, ja, ezels, want op een ezelveulen heeft Hij Zijn intocht in Jeruzalem gehouden. Maar de Heere heeft geboden Zijn kruis te dragen, niet het te vereeren en zij, die het vereeren, doen dat juist omdat zij er voor terugdeinzen het kruis op t© nemen en te dragen."

Hij werd echter in meer dan één geschrift bestreden. In betrekking tot hetgeen hij van het ezelveulen van Christus zeide werd doar een dier bestrijders opgemerkt, dat er wel door kruisen talrijke wonderen waren gewerkt, maar dat er geen wonderen van Christus' ezel bekend zijn. En door een ander, dat Paulus niet in den ezel, maar wel in bet kruis van Christus roemt.

Eindelijk verdient het nog opmerking, dat in den beeldenslrijd de tegenstanders der beelden zich wel tegen het crucifix, maar niet tegen het eenvoudige kruisbeeld verzet hebben.

De felle tegenstander der beelden, keizer Leo de Isauriër liet in 730 het Christusbeeld boven de poort van het paleis te Constantinopel verbrijzelen, maar er een kruis voor in de plaats zetten.

J. THIJS.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 februari 1932

De Reformatie | 8 Pagina's

Het Kruis van den Heiland.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 februari 1932

De Reformatie | 8 Pagina's