GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT DE BUITENLANDSCHE KERKEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE BUITENLANDSCHE KERKEN

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Eene Amerikaansche Synode in Zitting.

IV.

In onze vorige bijdrage spraken we reeds over de Heiden zending der Amerikaanscdie Christian Reformed Kerk. Terwijl we bezig waren dat te schrijven — we zitten aan de tafel van den Stated Clerk — werd er gediscussieei^d over oen nieuw zendingsveld. Een nieuw veld, en dat in een tijd van depressie? Want we zijn daar nog lang niet overheen ook, en vreezen dat het nog wel wat zal duren eer de toestanden beter worden... Doch hoe het zij — daar ging het over ter Synode te Grand Rapids op 23 Juni. Een nieuw veld, al of niet. En welk was dat veld? Het staat bekend als de Soedan. Het is eigenlijk het noordelijk deel van Nigeria, Brilsch West-Afrika. Derwaarts ging, in het jaar 1920, een jonge dame uit ons midden, geboren in Paterson, N.J., genaamd J o h a n n a V e e n s t r a. Zij gevoelde zich krachtig geroepen tot zendingswerk. De Soedan werd op haar hart gedrukt. En haar werk, dat zich concentreerde op een plaatsje genaamd Lupwe ^— werd zeer gezegend. Zij was een echte pioniei-ster. Een school, of liever schooltje, werd geopend, 'om heilbegeerigen wat elementair onderwijs te geven. Om dan later onder de menschen te „getuigen".

Een ziekenhuisje werd geopend. Mej. Veenstra had heel wat kennis opgedaan van medische behandeling. Trouwens, ze was een recht „bij dehandje", als we dat woord recht verstaan als beschrijving van iemand die voor alle markten klaar is. '

En dan hield ze geregeld „toespraken" tot de menschen op Lupwe, gedurende het „natte" seizoen. En gedurende het „drooge" seizoen was de dappere jonge vrouw geregeld „trekkend". Evangelisatietochten. Naar oost en west, noord en zuid, van een veld vele honderden mijlen in omtrek.

Zij hield nog andere „tochten". Door de Kerkengroep waartoe zij behoorde sinds hare geboorte — de Christian Reformed. DaL deed zij als ze haar verloftijd in ons land doorbracht — na elk 21/2jarig verblijf in Nigeria, een half jaar verlof.

Als vrucht van hare gevoelvolle toespraken kwam er heel wat geld in de handen van het Amerikaansche comité, dat achter haar stond. Daardoor werd het mogelijk om nog anderen naar den Soedan te zenden, als hulpkrachten.

Er kwamen bemoedigende berichten omtrent resultaten — de vruchten. Doch, ai mij, daar brak op eenmaal dat kostelijk leven aï — op Palmzondag 1932. In een hospitaal te Vom in Nigeria. Als resultaat eener operatie voor blindendarmontsleking. We hebben dat, en heel haar leven en arbeid, beschreven in de Engelsche taal. In 5, J 0- hanna of Nigeria". Bestelbaar voor $ 1, franco per post, bij de Grand Rapids Printing Co, te Grand Rapids, Michigan. We nemen de vrijheid om dit hier even te noemen, omdat alle baten ten voórdecle der Soedanzending zijn.

Die zending nu was het bovengemeld onderwerp der synodale bespreking op 23 Juni. Onze zendingsdeputaten bevalen het aan om dit zendingsveld over te nemen. Op de volgende gronden:

1. Het veld heeft een ruime plaats in de harten onzes volks en erlangt er veel steun van.

2. Een groot deel van het geld voor dit werk komt uit onze kringen, wat ook in de toekomst wel het geval zal blijven.

3. Het veld heeft behoefte aan arbeid.

4. Het is een vruchtbaar veld.

5. Wij hebben alreeds van onze menschen op dit veld'. *

6. Het veld is in de „peace zone" — vredig — onder de Britsche protectie.

7. Het werk kost vergelijkenderwijze wemig geld.

8. Het is mogelijk voor onze Kerk, om, wat leer en kerkregeering betreft, ons veld te controleeren.

De Synode aanvaardde idit voorstel met algemeene stemmen. Het budget zal voor het tegenwoordige niet meer eischen dan $ 6000 per jaar. Men autoriseerde den „Board", zooals wij onze zendingsdeputaten noemen, om de noodige „werkers" voor dit veld te roepen en aan te stellen.

Dat des Heeren zegen hierop ruste!

De pasgenoemde deputaten voor de Heidenzending krijgen nu een nieuw, of liever vernieuwd. Reglement. Schrik niet lezer, 't Zijn slechts „bepalingen" omtrent den gang van het regelen en controleeren van den arbeid der deputaten en zendelingen. Heel geen „bundel" van reglementen — zooi berucht reeds in de dagen van onzen Van Raalte in 1834.

We zullen de artikelen niet vertalen. Niet noodig. Ook drooge literatuur. En alléén voor Amerika — tenminste wat de meeste artUcelen betreft.

Doch we willen op iets wijzen, dat als aanhangsel werd gedrukt. Het was een voorstel der Commissie die de nieuwe Zendingsorde opistelde, om den Zendiugsboard los te maken van twee „inter-denominaLionale" hchamen. Deze hee'ten: 'Home Missions Council, dat is Zendingsraad betreffende de Inwendige Zending — en do Foreign Missions Conference — een dergelijke raad betreffende de missie in heidenlanden en onder de Mohammedanen. Deze lichamen zijn veelszins gelijk aan den Zendingsstudieraad der Nederlandsche groepen.

Er rezen bezwaren op omdat er soms zendingsdeputaten het woord voerden en als leden optraden, die het Modemisme min of meer voorstonden. Evenals dit het geval is en was betreffende de z.g.n. Federal Council, een lichaam dat dient als Raad van vele Protestantsche Kerken in ons land. Zulk een situaüe is schier onvermijldelijk als men bedenkt, dat er in de Vereenigde Staten helaas een heele „Umschwung" is geweest naar het Modemisme, vooral in de grootere groe^ pen 'die het hoogste woord hebben op de Jaarvergaderingen dezer onderlinge gfoepen — gelijk zo trouwens ook het moeste betalen voor den arbeid van de „interdenominationale" lichamen. Waar men reeds in 1924 de Federal Council verliet, omdat men heel wat bezwaar had tegen die modernistische uitspraken, was het geen wonder dat men voorstelde om zich óók los te maken van de andere pas genoemde groepen. Doch de Synode besloot, met zoo goed als algemeene stemmen, om dit niet te doen op de volgende gronden :

1. Deelneming heeft tot hiertoe ons veel geholpen in ons werk onder de Indianen en helpt onze Kerk in het uitvoeren van hare verantwoordelijkheid betreffende het Indianen werk in ons land.

2. De functies van deze Raden zijn niet wetgevend maar slechts adriseerend; wij zijn niet gebonden aan hare uitspraken.

3) Er is een groot verschil tusschen deelneming aan den Federalen Raad der Kerken, en lidmaatschap in de Home Missions Council en Foreign Missions Conference. Het eerste maakt ons deelnemer aan en brengt ons onder den invloed van het Modemisme, doch het laatste lidmaatschap betreft slechts onzen Board door middel van onzen vertegenwoordiger en houdt den Board op d'e hoogte van belangrijke zendingsbewegingen hi ons land en in geheel de wereld, maar brengt onze kerken niet onder den invloed van modemistische leer.

En zoo is dat zaakje weer van de baan. Persoonlijk, zoo mogen we hier aan toevoegen, kunnen we op grond van contact met de laatstgenoemde lichamen gedurende een kwart eeuw getuigen, dat Velen, die men hier soms „modern" noemt, in Nederlandsche leringen „ethisch" zouden worden genoemd. Verder, dat de tegenwoordige president van de Home Missions Council een beslist ortho^ dox man is — leider der Zuidelijke Presb. Kerk — een man, die ons telkens s ten n de in ons getuigen op de vergaderingen, en in ons pogen om zaken te leiden in conservatieve richtmg, een geliefde broeder hl Christus: Dr MacMillan. Samenwerking met hem en gelijkgezinden hoeft menigmaal vrucht afgeworpen ten bate der leiding in oude sporen. Daarenboven zou onttrekking, aan de Home Missions Council ten minste, niets anders dan verstorend werken op den gang van bot werk onder de Indianen, terwijl het ons ook zou schaden in ons contact met de Hiooge Regeering in Washington, 'die den genoemden Raad beschouwt als het representatief orgaan van het Protestantisme op zendingsgebied, wat de Indianen betreft.

En hiermede stappen wij van deze zaak af.

'Nog zij gemeld dat de president onzer Synode in zijn slotwoord bijzonderen dank bracht aan Prof. Aalders voor zijn tegenwoordigheid in ons midden en voor zijn hulpi bij het besproken van allerlei vraagstukken die voor de Vergadering waren geweest. Dat slotwoord we'rd uilgesproken in den, namiddag van 23 Juni, toen de Synode uiteenging. De volgende samenkomst, D.V. Juni 1940, zal worden gehouden in Grand Rapids, Mich.

We mogen hier nog aan toevoegen, dat de Synode werd gekenmerkt door een broederlijken geest. Wat veelszins te danken is aan de leiding van den president, die, zooals we mochten opmerken aan het einde, bleek den geest te bezitten van wijlen zijn vader — Ds Johannes Groen — die, zooals we in ons eerste artikel opmerkten, een der meest talentvolle voorgangers is geweest in ons kerkelijk leven en streven.

Ten slotte merken we nog op, dat gedurende 'den tijd, dat onze Synode in zitting was — er ïn één onzer kerken een lezing over Colijn en bet Joodsche vraagstuk werd geleverd door „Rudolf van Reest" — destijds in onze gO'ede stad — waar 'Oen, 'door ons een „uitgelezen" publiek genoemd, aanwezig was om dezen broeder te hoo'ren.

Grand Rapids, Mich., 26 Juni 1939.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 augustus 1939

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT DE BUITENLANDSCHE KERKEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 augustus 1939

De Reformatie | 8 Pagina's