KERKNIEUWS

EXAMEN.

Voor het pTopaedeaüsch examen van der Theologische Hoogeschool der (naar art. 31 van zondige besluiten der Synodes van '42 en '45 Vrijgemaakte) Geret: Kerken, zijn geslaagd de H.H. W. Boessenkool en K. Deddens. Voor het candidaats-examen de H.H. P. Wulffraat en P, Lok.

OENKERK CA.

OENKERK CA. Door den Raad der Synodocratische GereJ. Kerk in combinatie met de naastbij gelegen - kerk van Suawoude is voor den tijd van zes maanden geschorst ouderling D. B. Elzinga wegens hel drijven van een valsche leer en wegens openbare schemmaking. Een tweetal gezinnen van deze gemeente hadden zich reeds eerder vrijgemaakt.

AMSTERDAM.

Zaterdag 4 Augustus werden door de gecombineerde kerkeraden van Nieuwendam en Amsterdam-N (Buiksloot) een ouderling en een diaken van de kerk van NIEUWENDAM, die de uitnoodiging voor een voorlichtingsvergadering inzake de kerkelijke kwesties mede hadden onderteekend, voor den tijd van 3 maanden geschorst.

Deze ambtsdragers besloten met nog een diaken deze schorsing niet te erkennen en hun arbeid voort te zetten als de wettige raad van de Geref. Kerk van Nieuwendam. Met het oog op broeders en zusters van Amsterdam-N (Buiksloot), die zich onder hun toezicht willen plaatsen, treden zij thans op als „de Raad der Geref. Kerk van Amsterdam-N" (vrijgemaakt naar art. 31 DKO).

Vrijdag 10 Augustus is er een gemeentevergadering voor Nieuwendam en Amsterdam-N, waarin prop. J. Faber zal spreken over „Trouw". Zondag 12 Augustus werden de eerste diensten gehouden in de Chr. Geref. Kerk te Amsterdam-Ni voor­

ganger Ds J. Rijneveld van Spakenburg.

ATTENTIE. Op initiatief van de Parlic. Synode van het Noorden van de Geref. Kerken (vrijgemaakt naar Art. 31 K.O.) zal D.V. op 3 punten in ons land, t.w. Groningen Enschede Rotterdam-Delfshaven een Kerkelijk Congres gehouden worden.

De Raad der Geref. Kerk te Rotterdam-Delfshaven (vrijgemaakt) heeft de uitnoodiging aangenomen om als gastheer op te treden en heeft ons medegedeeld, dat de leden der vrijgemaakte Kerken in de prov. Utrecht, die voor deze gelegenheid tot haar ressort behooren, aan dit

congres kunnen deelnemen. Het congres staat gehouden te worden op Woensdag 29 en Donderdag 30 Aug. a.s. en het programma daarvan is als volgt: Dinsdag 28 Aag. av. te 7.30 uur: Begroetingssamenkomst voor dje afgevaardigden der Kerken^-met hun gastheeren-

vrouwen. Woensdag 29 Aug. Morgenvergadering van 9.45 uur

tot 12.30 uur, 1. Openingsrede v. d. Voorzitter van het Congres. 2. Referaat van Ds D. K. Wielenga J.Dzn. van Rotterdam-C. over de Zending. 3. Bespreking van het Referaat. Middagvergadering van 2 uur tot 4.30 uur. 1. Referaat van Prof. Dr K. Schilder te Kampen over Opleiding tot den Dienst des Woords. 2. Bespreking van

het Referaat. Donderdag 30 Aug. Morgenvergadering van 10 uur

tot 12.30 uur, 1. Referaat van Ds C. Vonk van Schiedam over: Vereeniging van alle Christ-geloovigen op grondslag van Gods Woord en Confessie. 2. Bespreking van het Referaat.

Middagvergadering van 2 uur tot 4.30 uur. 1. Referaat van Ds P. Deddens te Groningen over Voortgaande Reformatie van het Kerkelijk leven. 2. Bespreking van het Referaat. 3. Slotwoord door Ds A. Veldman te Leiden. < De leiding van het congres berust bij Ds Herm. Knoop. Het congres zal gehouden worden in de Nieuwe Kerk van de Ned. Herv. Gem. te Delfshaven, 's-Gravendijkwal 134, de begroetingssamenkomst in het wijkgebouw,

achter de Nieuwe Kerk, aan de Achterveldstraat. De Kerken worden verzocht 2 afgevaardigden te willen

zenden.

ROTTERDAM. STELLINGEN voor het referaat op het Kerkelijk Congres te Rotterdam 29 Augustus 1945. „ONZE ZENDINGSROEPING". 1. In opdracht van den Heere der zending vergadert de Zone Gods, onze Heere Jezus Christus, Zich een gemeente uit het gansche menschelijke geslacht door Zijn Woord en Geest. Joh. 10 : 16; H.C. 21, 54; N.G.B. art. 27). 2. Bij de vervulling van deze opdracht bedient Hij Zich van de medewerking van Zijn gemeente door haar de belofte des Evangelies allen volkeren en menschen zonder onderscheid te laten verkondigen met bevel van geloof en bekeering.

(Mt. 28:29; Mc 16:15; Lc 24:47; Joh. 20:21-23; D.L. II. 5; III/IV 6. 7. 8.). 3. Tot de bediening der verzoening of des Evangelies (D.L: III/IV 6. 9. 10.) onder de volkeren heeft de Heere Christus aan Zijn gemeente het Zendingswerk gegeven (de Evangelisten; of Efeze 4:11). 4. Om de goede uitoefening van zijn ambt geve Christus' gemeente den evangelist wat noodig is tot de verkondiging, vermenigvuldiging en verbreiding van het Woord Gods.

5. Voor de bereiking van dit doel stelle de gemeente zich in contact met anderen, die het Evangelie in Oost en West verbreiden. 6. Tot bemoediging in dezen dienst der gehoorzaamheid heeft de Heiland Zijn belofte geschonken met Zijn Gemeente te zijn tot aan de voleinding der wereld. (Mt. 24 : 24; 28 : 19, 20).

HARDENBERG.

De „classis Hardenberg" (intusschen vreemd handelende) sprak als volgt: Getuigenis van de Classis Hardenberg in vergadering bijeen op 5 Juni 1945.

in vergadering bijeen op 5 Juni 1945. De blijdschap en dankbaarheid, die ons vervult, nu God de vrijheid hergeven heeft niet alleen aan ons land en volk maar ook aan de kerk, wordt verdonkerd door de moeilijkheden, die de laatste jaren ons kerkelijk leven beroerd hebben en nu nog bedreigen.

Uit brandende liefde voor het welzijn der Geref. Kerken, levend in de overtuiging dat de broeders en zusters die momenteel niet meer in hetzelfde Kerkverband leven, toch bij elkaar behooren, gevoelend de hoogst ernstigeroeping, die wij hebben in dezen tijd als Kerk in de wereld, wenden wij ons eenerzijds tot de Generale Synode van de Geref. Kerken en de Kerken afzonderlijk, anderzijds tot de „vrijgemaakte Geref. Kerken" en ev. haar meerdere vergaderingen met de dringende bede, om nu de oorlog voorbij is en de vijandelijke druk is opgehouden, in een rustiger sfeer de onderhavige kwestie te bespreken.

Daartoe zal noodig zijn:

1. dat van weerszijde getracht wordt alles te voorkomen wat tot verdere scheuring leiden kan.

2. dat het contact gezocht wordt in den geest der liefde en hét interkerkelijk gesprek geopend wordt.

3. dat evenals in de jaren 1886—1892 geschied is, gezocht wordt niet naar wat scheidt, maar wat ons samenbindt.

4. dat wij doordrongen zijn van den ernst van den toestand in heel de wereld, waar de geestelijke strijd tegen de anti-christelijke machten roept om éénheid op de basis der belijdenis zonder zich te begeven in uitersten, die in een eenzijdige accentueering de veelkleurige rijkdom der Godsopenbaring (de lijn der verkiezing- en de lijn der menschel. verantwoordelijkheid) te kort doen.

5. dat de kerk inplaafs van zich te verteren in ouderlingen strijd, zich in biddende eendracht geve aan haar roeping.

Dit getuigenis is geboren uit den ernstigen wil, om een finale breuk in ons Geref. Kerkelijk leven te voorkomen. Wij zijn namelijk overtuigd, dat een doorgaan op den ingeslagen weg een verwijdering en breuk zal brengen, die ons Geref. Kerkelijk leven onnoemelijke schade zal toebrengen, vooral ook in haar actie en roeping t.o.v. de wereld en haar nooden (Zending, Evangelisatie, alle vraagstukken van sociale maatschappelijke, staatkundige ordening; de stem der kerk in de wederopbouw enz.).

Daarom, het niet bij woorden latend, stellen wij U voor praktische uitvoering te geven aan het bovengenoemde en roepen wij U op te willen medewerken aan een oplossing der gerezen moeilijkheden. I. Uitgaande van het feit, dat er twee kerkgroepen zijn ontstaan, spreke onafhankelijk van elkander elke kerkgroep zich openlijk uit bereid te zijn tot samenspreking en te zoeken naar hereeniging. II. Elke kerk wijze vervolgens een commissie uit haar midden aan, die in een sfeer van vertrouwen en liefde samenspreekt en de hereeniging zoekt voor te bereiden. Wij zijn overtuigd, dat niets nagelaten mag worden om de eenheid te bewaren en te herstellen in erkenning van en buigen voor Gods Woord. Een scheuring, die wordt doorgetrokken, zou in dezen tijd, nu de kerk krachtig naar buiten moet optreden, onmetelijk nadeel berokkenen. Waar de gevolgen van een doorgaande scheuring ook in ons Cl. ressort zich zouden openbaren spreken wij in groote meerderheid uit, dat in ons leeft de biddende begeerte een weg te zoeken, die leiden kan tot bewaring en herstel der éénheid.

Namens de classis voornoemd, J. BAVINCK, h.t. praeses. J. KLEINE, h.t. assessor. J. VAN DER HAAGEN, h.t. scriba. Motiveering van de bovenstaande conclusie, waaroe de classicale commissie is gekomen.

I. Na breede bespreking van verschillende vragen is ns gebleken, dat de stof (dogmat. en kerkrechtelijk) e uitgebreid is dan dat wij een formuleering zouden unnen opstellen, die het bevrijdende woord spreekt en e moeilijkheden ondervangt.

II. Wanneer wij na veel wikken en wegen een foruleering zouden gevonden hebben die o.i. een basis 1 an vereeniging vormt, zou dit hoogstwaarschijnlijk toch anleiding geven tot een nieuw debat op de vergadeing der Classis c.q. Partic. Synode, waar de gekozen' ermen in verschillende zin worden geïnterpreteerd (c.f. voorstel Zwolle). In den weg van een nieuwe foruleering lijkt ons geen oplossing gelegen.

III. In de commissie bleek bij rustig gesprek de mogelijkheid te bestaan wederzijdsch misverstand op te effen. Nu de vrijheid en de vrede in ons land wederkeert, doet zich de gelegenheid voor de aanhangige moeilijkheden rustig te bespreken. Wanneer van weerskanten de goede wil getoond wordt, zal een finale en definitieve verscheuring van het kerkelijk leven voorkomen kunnen worden, een verscheuring, die ook in ons ressort (Classis, resp. Provincie) zou doorwerken en onnoemelijke schade aanrichten.

IV. De commissie meent dan ook, in diep besef van den ernst van den toestand, dat wij een van liefde brandend getuigenis voor het welzijn van heel onze Geref. Kerk moeten laten uitgaan tot de kerken in oud en nieuw verband om het kerkelijk gesprek te openen en te komen tot een Godverheerlijkerude oplossing, die de éénheid bewaart en herstelt.

Op dit „getuigenis" liet de Raad der vrijgemaakte kerk van Schouwerzijl dit antwoord volgen:

Schouwerzijl, 26 Juni 1945. Aan de Classis HARDENBERG van de „Geref. Kerken

in Nederland", Weleerw. en Eerw. Broeders, De Kerkeraad der Geref. Kerk te Schouwerzijl ca. (vrijgemaakt naar Art. 31 K.O.) brengt het volgende

onder Uw aandacht; 't Getuigenis uitgaand van Uw vergadering van 5 Juni j.l. werd door den Kerkeraad voornoemd in zijn vergadering van 21 Juni j.l. met groote belangstelling gelezen. Dankbaar-waardeerende de goede bedoeling waardoor dit getuigenis wordt gedragen en de christelijke toon waarin dit schrijven werd gesteld, kunnen en mogen wij niet nalaten 't volgende daarover op te merken in antwoord daarop:

a) Dat, zooals U zegt, „de broeders en zusters • die momenteel niet meer in hetzelfde Kerkverband leven, toch bij elkaar behooren", is ook onze overtuiging. U moet zich echter hiermede wenden niel ooJc tot ons, maar alleen tot Uw „Generale Synode" waarin ook Uw kerken vertegenwoordigd zijn, en dus tot U zeil. Want die Gen. Synode der „Geref. Kerken" heeft door haar besluiten en de binding daaraan, 'n wig gedreven tusschen broeders en zusters, en samenleving onmogelijk gemaakt, en door haar schorsingen en afzettingen metterdaad uitgesproken dat ze niet bij elkaar behooren. Zoodra Uw Synode de besluiten waardoor de beroering ontstaan is intrekt, en 't gepleegde onrecht ten volle herstelt, zal o.i. de weg open zijn om over hereeniging te kunnen spreken. Wij' hebben de scheur niet gewild, wij' hebben steeds getracht deze besluiten te doen intrekken, helaas alles tevergeefs, wij hebben U niet van ons afgestooten, maar U hebt, door U achter de Synodebesluiten te stellen, althans door U daarvan niet los te maken ons van U verwijderd en U van ons.

b) „In een rustiger sfeer de onderhavige kwestie te bespreken", zooals U begeert is altijd onze wensch geweest, lang voordo i het van den kant der Synode kwam tot onschriftuurlijke besluiten en daden. Maar Uw Synode heeft dat niet gewild, 't Kan U toch niet onbekend zijn dat in 1942 de Classes Almelo, Almkerk, Apeldoorn, Assen, Axel, Bellen, Breukelen, Drachten, Franeker, Gorinchem, Grootegast, Groningen, Haarlem, Klundert, Kollum, Middelburg, Rotterdam, Utrecht, Zutfen, Zwolle, en de kerkeraden der Geref. Kerken te Baarn, Eibergen- ' Rekken, 's-Gravendeel, den Helder, 's-Hertogenbosch, Honselersdijk, Leiden, de Lier, Oosterland, Oud-Loosdrecht, Roosendaal, Woerden, ook de classis Warffum (waaronder de kerk van Schouwerzijl ressorteert) de Synode dringend verzocht hebben om vanwege de onrustige tijden (en andere redenen) de z.g. leergeschillen niet te behandelen. Ter Synode was althans voorzoover ons bekend, toentertijd geen verzoek in dien geest van de classis Hardenberg of een der kerken dier classis. Ook Prof. Dr K. Schilder zinspeelt op de moeilijkheid der tijden in zijn bekende Praeadvies. De Synode is evenwel juist in die onrustige tijden voortgevaren met de behandeling. Had als toen de Gen. Synode aan deze veelvuldige verzoeken gehoor verleend dan was er veel onheil te voorkomen geweest. Dit niet te hebben gedaan, rekenen wij der Gen. Synode toe als 'n zeer ernstige zonde. Wij moeten de verantwoordelijkheid voor den kerkelijken strijd onzer dageri met al de gevolgen daarvan laten waar ze behoort, nl. bij de Gen. Synode en de kerken, die haar volgen. Gelijk ook reeds in '36 de toenmalige Synode zonder eenige begeerte levend in, of aandrang komend uit de kerken, begonnen is op dezen heilloozen weg zelve te gaan en de kerken te leiden door 'n commissie voor de bestudeering der „leergeschillen" in te stellen.

3) Als U voorts zegt „dat daartoe noodig zal zijn":

1) dat van weerszijde getracht wordt alles te voorkomen wat tot verdere scheuring leiden kan,

2) dat het contact gezocht wordt in den geest der liefde en het interkerkelijk gesprek geopend wordt,

3) dat, evenals in de jaren 1886—1892 geschied is, gezocht wordt niet naar wat scheidt, maar wat ons samenbindt,

4) dat wij doordrongen zijn van den ernst van den toestand in heel de wereld, waar de geestelijke strijd tegen de antichristelijke machten roept om eenheid op de basis der belijdenis zonder zich te begeven in uitersten die in een eenzijdige accentueering de veelkleurige rijkdom der Godsopenbaring (de lijn der verkiezing en de lijn der menschelijke verantwoordelijkheid) te kort doen,

5) dat de Kerk inplaats van zich te verteren in onderlingen strijd zich in biddende eendracht geve aan aar roeping"

dan antwoorden wij U: ad 1: dat zoolang de geïncrimineerde Synodebesluiten er liggen en rechtskracht hebben in de kerken, de Synode en de kerken en de kerkleden die achter de Synode staan, permanent en als automatisch met schsuring bezig zijn, gelijk naar ons oordeel zij ophouden zich aan de zonde van scheuring schuldig te maken die weigeren om deze besluiten voor vast en bondig te houden, en dezulken worden juist van Synodale zijde bemoeilijkt. ad 2: dat de geest der liefde alleen dan met vrucht kan werkzaam zijn als de geest des onrechts, openbaar geworden in verkrachting der K.O. en 't onschriftuurlijk gebruik van de sleutelen des hemelsrijks, en de geest der onwaarheid, openbaar geworden in 't pressen der belijdenisgeschriften, uit Uw kerken zijn uitgebannen, ad 3: dat daartoe 'n radicale verandering in denk- en handelwijze Uwer Synode noodig is.

ad 4: dat wij niet minder dan U „doordrongen zijn van den ernst van den toestand in heel de wereld, waar de geestelijke strijd tegen de antichristelijke machten roept om eenheid enz." en daarom zoo groote smart hebben over de uit-sluitende, scheurmakende, ambtseerroovende besluiten en daden Uwer Synode.

ad 5: dat de onderlinge strijd ons tegen onzen wil opgedrongen is, waar Uw Synode door haar leer- en kerkrechtbesluiten ons in den hoek der haeretici en schismatic! plaatste, ,

d) Als U voorts zegt overtuigd te zijn „dat een doorgaan op den ingeslagen weg een verwijdering en breuk zal brengen, die ons Geref. Kerkelijk leven onnoemelijk schade zal toebrengen, vooral ook in haar actie en roeping t.o.v. de wereld en haar nooden", dan willen wij daartegen opmerken dat onze verwachting ook in deze dingen van den HÈERE is en dat Hij machtig en getrouw is om ook door 't afbraakwerk Uwer Synode heen Zijn opbouwend werk te verrichten. Ook zijn wij overtuigd dat in den weg der geloofsgehoorzaamheid aan den Koning der Kerk nooif wezenlijke schade te verwachten is, noch voor de Kerk, noch voor de wereld. Want in 't onderhouden van Gods geboden, ook door de kerken, is groote loon, ook voor de kerken. .

e) Daarom hebben wij, „het niet bij woorden latend", in de mogendheid des HEEREN gehandeld, en hebben wij, in 't besef van eigen zwakheid, zondigheid en ontrouw, worstelend en biddend, de eenheid der Kerk, de ware eenheid der kerk, die is de eenigheid des Geestes, gezocht door terugkeer tot den aiouden grondslag (Gods Woord, de 3 formulieren van eenigheid en de K.O. en die alleen) en door verwerping van de onschriftuurlijke besluiten der Synode.

En wij v/illen in den geest der liefde ook U opwekken: broeders, komt, gaat met ons en doet als wijr maakt U Vlij van de onschriftuurlijke bindingen en van de hiërarchische 'banden, en — 't Woord des HEEEREN is er ons waarborg voor —• de eenheid der kerk zal heerlijk opbloeien, het welzijn der Geref. Kerken, waarvoor ook Uw liefde brandend is, zal er door gediend zijn en de „oplossing der gerezen moeilijkheden", die ook Gij begeert, zal in waarheid , , Godverheerlijkend" zijn.

Wij willen dit schrijven niet eindigen zonder te betuigen, dat ons broederhart naar 't Uwe trekt, en dat ook wij niets liever zouden dan weer met U te kunnen leven in één kerkverband, maar 't is ons alleen mogelijk in den weg der gehoorzaamheid aan Gods Woord. Ook zij 't verre van ons in Farizeeuwsche eigengerechigheid te zeggen: Wij zijn in deze zaak zonder zonde; onze strijd is helaas menigmaal vol van zonde, 't was niet immer heilig vuur dat op ons altaar brandde, maar de zaak waarvoor wij strijden is naar ons oordeel uit God. Broeders, de Geest des HEEREN leide U, in al Uw bespreking en beslissingen aangaande de kerkelijke beroeringen, in alle wijsheid en waarheid en klaarheid door en naar 't Woord van God, Gods Naam tot eer, den Koning der Kerk tot roem en lof, den kerken die Gij 't voorrecht hebt te dienen in 't ambt en die aan Uw zorgen zijn toevertrouwd, tot rijken zegen.

Namens den Kerkeraad der Geref. Kerk te Schouwerzijl (vrijgemaakt naar Art. 31 K.O.). w.g. Ds M. Janssens, praeses w.g. E. Nienhuis, scriba

Tot zoover de kerkeraad. Intusschen werd bekend, dat zich ook in de classis Hardenberg reeds kerken hebben vrijgemaakt. Ook. ds J. v. d. Haagen, die nog ex officio bovenstaand „getuigenis" moest teekenen, heeft inmiddels het pad der gehoorzaamheid betreden; dat is het beste „getuigenis". Ook het eenige effectieve.

MAARTENSDIJK — Ds H. Dijkstra te Maartensdijk bericht ons: Na een verklaring bij mijn kerkeraad te hebben ingediend en een voorstel tot vrijmaking te hebben gedaan van de aan de Kerken opgelegde leer der veronderstelde wedergeboorte en de daarmee verband houdende schorsingen, welk voorstel werd verworpen met 4 stemmen tegen en 3 stemmen voor, heb ik mij losgemaakt van degenen, die de gemeente willen voorgaan op het naar mijn overtuiging zondige pad. Een diaken maakte zich met mij los.

CLASSIS ZIERIKZEE — Ds Meester van Brouwershaven bericht ons: Inzake het bericht omtrent een handeling van de Classis Zierikzee, opgenomen in het no. van 20' Juli van de Reformatie, zou ik gaarne een kleine rectificatie zien aangebracht. Er staat in, dat de Classis mét „algemeene stemmen" besloot Ds Venema „niet toe te laten in haar vergadering".

Daar zit tweeërlei onjuistheid in dit korte bericht. De juiste toedracht is aldus geweest.

Ie Er is gestemd over zijn al of niet toetreden tot de vergadering als algevaardigde van Nleuwerkerk-Oosterland. Hij was door zijn kerkeraden niet afgevaardigd. Met één stem tegen heeft de classis besloten hem als algevaardigde niet toe te laten.

2e Kwam de vraag of hij na deze beslissing de vergadering mocht bijwonen. De meerderheid meende van niet; een minderheid was van oordeel, dat hij wel ter vergadering aanwezig mocht blijven.

ZEELAND — De kerkeraad van Hoek heeft zich met een schrijven dd. 31 Mei tot de classis Axel gewend, waarin hij verklaart, dat hij evenmin anderen kan opleggen als voor zichzelf aanvaarden, dus niet voor vast en bondig kan houden: Ie de binding aan de „leeruitspraken", 2e de schorsingen en afzettingen, en wekt de kerken binnen haar classicaal ressort en voorts alle Geref. Kerken in Nederland op, voorzoover zij zich van de desbetreffende liazidelingen en besluiten der Gen. Syn. nog niet losgemaakt hebben, dit te doen. De kerken van Axel en Spui staan achter dit voorstel. Op 31 Juli zQU classisvergadering gehouden worden. Prof. Schilder vervulde spreekbeurten in Middelburg, Vrouwenpolder, Terneuzen en Axel.

CLASSIS AXEL — Op de vergadering van de classis Axel (synodocratisch verband) was de mededeeling van de kerk van Hoek, dat zij het leerbesluit 1942 inzake het zaad des Verbonds en de daaruit voortvloeiende schorsingen en afzettingen niet voor vast en bondig kan houden, benevens het voorstel van dezelfde kerk, dat de classis datzelfde zou uitspreken. Reeds bij de constitueering van de classisvergadering werd bezwaar gemaakt tegen de toelating van de afgevaardigden van Hoek. Daar echter de ingediende credentiebrief gelijk was aan dien van de andere kerken van de classis, kon die niet-toelating niet doorgaan. Toen daarna punt één van Hoek's voorstel, het niet voor vast en bondig houden van het leerbesluit voornoemd, in behandeling kwam, volgde een breed debat. Punt één werd verworpen met 10 tegen 6 stemmen (voor stemden de afgevaardigden van Axel, Hoek en Zoutespui).

Nadat die 6 afgevaardigden, benevens Ds Post, verklaard hadden, zich niet te conformeeren, dieiide de praeses. Ds Tiemens van Aardenburg, het voorstel in, dat de classis zou uitspreken, dat d& basis voor verdere samenwerking was verbroken en daarom den afgevaardigden werd verzocht heen te. gaan. Dit werd met 10 stemmen aangenomen (de 6 niet-zich-conformeerenden onthielden zich van stemming). Toen Ds Francke van Hoek na de aanneming van dit besluit het woord vroeg, zeide de praeses: „Ik kan U het woord niet meer geven; U kunt alleen maar heengaan. Vóór de aanneming is van de zijde der zich-niet-conformeerenden gezegd, dat de wegsturing inhoudt, dat deze 3 kerken buiten het verband worden geplaatst, waaruit blijkt, dat voor kerken, die staan op den grondslag van de 3 Form, van Eenigheid geen plaats meer is in het oude verband." Daarop gingen de afgevaardigden van Axel (Ds Zemel en br. Goossen), van Hoek (Ds Francke enbr. Joh. J. Dieleman) en van Zoutespui (Ds Sollie en br. Boeye), benevens Ds Post van Axel (adviseerend lid der classis) heen. Dat beteekent dus, dat die 3 kerken uit het verband zijn gezet.'

LOENEN A/D VECHT — Ds A. Hordijk heeft verklaard zich niet te kunnen vereenigen met de synodale besluiten en is tengevolge daarvan geschorst in zijn ambtelijke bediening.

WIERUM — Reeds maakten wij melding van de vrijmaking in deze plaats. Een nader bericht meldt, dat Ds J. V, d. Wielen is geschorst tengevolge van het aanvaarden van een preekverzoek van de Vrijgem. Geref. Kerk te IJsselmuiden. Van vrijmaking te Wierum wordt nogi niet gerept, terwijl van vrijmaking van Ds v. d. W. ook nog niets naders bekend is.

VALTHERMOND — Nadat zich in Jan. van dit jaar 3 belijd.-leden met 4 doopleden hadden vrijgemaakt van de onschriftuurlijke lëerbeslissingen, heeft de kerkeraad op 2 Mei jl. met 5 tegen 3 stemmen en 1 onthouding besloten, zich niet te onderwerpen aan de besluiten der beide laatstgehouden. Synodes, en hiervan mededeeüng te doen aan de Classis en de Gen. Synode.

De bekendmaking van dit besluit werd echter uitgesteld in verband met een voorstel van onzen kerkeraad aan de Classis, om de medewerking van de Partic. Synode van Groningen te vragen, opdat zoo spoedig mogelijk de Gen. Synode zou bijeenkomen met de bedoeling, „dat deze Gen. Synode zoodanige besluiten zal nemen, waardoor niet alleen een: verdergaande scheuring in onze kerken v/ordt vermeden, maar ook de terugkeer der vrijgemaakte kerken wordt mogelijk gemaakt".

De classis nam dit voorstel over met eenige aanvulling, maar op de vergadering der Partic-Synode werd het verworpen en door een ander vervangen.

Toen is van een besluit van 2 Mei mededeeling gedaan op de classicale vergadering van 18 Juli jl., terwijl de credentiebrief naar dit besluit was gewijzigd.

Op deze vergadering, waar in verband met een, peremptoir examen ook 3 deputaten der Part. Syn. aanv/ezig waren, ontstond een vrij langdurig debat. Tenslotte ging men zoover, dat een onzer afgevaardigden werd voorgesteld de restrictie op den credentiebrief terug te nemen en dan zonder meer zitting te nemen!

Toen wij dit als onwaardig en oneerlijk van de hand wezen, moesten wij de vergadering verlaten. Wij deden dat na te hebben verklaard, dat de classis door deze daad van wegzending, het verband met onze kerk had verbroken.

Ds H. Drost van Nw.- Buinen en Ds C. Stam van Tweede Exloërmond, die zich met. duidelijke woorden aan onzen kant schaarden, mochten echter blijven, omdat de credentiebrieven van hun kerken ongewijzigd waren!

Er werd zelfs bij hen aangedrongen om toch mee te werken, zonder dat zij hun verklaring behoefden terue te nemen. De Classis wees daarna een commissie aan. om met ons te handelen, welke comm. een samenspreking vroeg. Wij hebben met meerderheid van stemmen besloten deze samenspreking te weigeren', tenzij men ons vooraf wilde verklaren, dat ons besluit, genomen op grond van art. 31 K.O., niet beteekende een verbreken van het kerkverband. Dit laatste is natuurlijk niet gebeurd.

Op 25 Juli hebben wij op een gemeentevergadering het besluit van den kerkeraad, dat Zondags tevoren was bekend gemaakt, toegelicht. Er gingen toen stem; men op die vroegen om meerdere voorlichting, nl. zoowel van bezwaarde als van Synodale zijde.

Doch op de kerkeraadsvergadering van 2 Aug. verklaarden die broeders, die zich achter de Synode stellen (2 ouderlingen en 2 diakenen) dat zij apart wilden vergaderen en zij stelden voor een gemeenschappelijk gebruik van het kerkgebouw.

Dit werd goedgevonden. Zoo zijn dan op 5 Augustus voor het eerst dubbele diensten gehouden. Naar het zich laat aanzien, heeft de vrijgemaakte kerk een flinke meerderheid.

UTRECHT — Ter synodevergadering van de synodale kerken in Nederland kwam Dinsdagmorgen, 14 Augustus in behandeling de bekende verklaring van den Kerkeraad van Utrecht. Voor de bespreking hierover begon vroeg Ds C. Veenhof het woord om een persoonlijke verklaring; af te leggen. Daarin sprak hij uit, tot de overtuiging gekomen te zijn, dat hij de binding van de bekende leeruitspraak niet kon aanvaarden en zich derhalve niet conformeerde aan die uitspraak noch aan de uit die binding voortvloeiende schorsingen en afzettingen.

Na deze verklaring werd ds Veenhof niet meer als adviseerend lid der Synode toegelaten en verliet hij de vergadering.

In dezelfde zitting kwam een schriftelijke verklaring in van Ds De Goede, waarin deze verklaarde zich - geheel aan de zijde van Ds Veenhof te plaatsen! en dus zijn reeds vroeger ingenomen afwijzend standpunt ten aanzier, van de handelingen der Synode volkomen te handheld en.

Men weet, dat Ds De Goede reeds eer om dezelfde reden niet meer als adviseerend lid der synode was toegelaten.

HILVERSUM

Scriba, S. Kok, Fabritiuslaan 45; Penningmeester, P, J. Huisman, Achterom 12b, Postrekening no. 391462.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen