GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1951 - pagina 6

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1951 - pagina 6

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

evolutie niet of niet meer zo bloedig verloopt als de Nazi's dachten. Zij menen, dat Engels 'fatsoen' (decency) een hogere trap van ontwikkeling vertegenwoordigt dan Duitse bruutheid. Maar als de 'natuurlijke ontwikkeling' nu eens niet steeds in opgaande lijn verloopt, maar juist een degeneratie tot steeds grotere beestachtigheid meebrengt, dan is déze toch juist het 'goede', want de Engelse bioloog Waddington zegt toch zelf; dat de evolutie goed is 'omdat zij het goede is'. Alle geweld, ontrouw, list en bedrog zijn door deze 'wetenschap' 'goed'-gepraat, als zij maar tot succes leiden. Ook in het 'christelijke' Nederland is deze geest reeds verder doorgedrongen dan velen vermoeden. Van bepaalde zijde, waar men zelfs beweert het met het christendom goed te menen, is de laatste jaren in pers en Kamerdebat herhaaldelijk gesproken van 'de onvermijdelijke gang der gebeurtenissen'. 'De Loop der Gebeurtenissen' is een der nieuwe afgoden van een pseudoreligie, die steunt op een pseudowetenschap. Onder de takken van wetenschap, die sedert de opkomst van het darwinisme een snelle ontwikkeling doormaakten, behoort de anthropologic (leer van de mens), een wetenschap, die zich o.a. ook met de vóór-geschiedenis (praehistorie) en het ontstaan van de mensenrassen bezig houdt. Natuurlijk bestaat zulk een wetenschap voor een groot deel uit meer of minder waarschijnlijke hypothesen: er zijn geen geschriften van de oudste mensen overgeleverd en er zijn geen proefnemingen mogelijk om de ontwikkeling der mensheid te herhalen en de onderstellingen te toetsen. E r is dus meer gelegenheid om in het wilde weg gewaagde hypothesen op te stellen, dan b.v. in de scheikunde en van die mogelijkheid hebben de anthropologen ruimschoots gebruik gemaakt zonder zich te bekommeren om de noodlottige conclusies, die door gewetenloze politici en filosofen daaruit getrokken zouden worden. De anthropologic is een voorbeeld van een wetenschap, waarvan de beoefenaars zich hun verantwoordelijkheid tegenover de samenleving te weinig bewust zijn geweest. De voorzitter van het Amerikaanse Anthropologische Genootschap heeft in zijn jaarrede te Toronto (Dec. 1948) gesproken over 'De verantwoordelijkheid van de anthropoloog' en wat deze onverdachte getuige zegt, bevestigt hetgeen van de zijde der 'ongeletterde secten' aangevoerd is. 'In de grond speelden wij met gegevens en ontbrak ons elk inzicht, dat ideeën als zodanig sterke krachten in de wereld kunnen zijn, beiden ten goede en ten kwade. We hadden noch het verantwoordelijkheidsbesef dat ontstaat door het handelen met de toepassing dei denkbeelden, noch de voorzichtigheid die ontstaat door proefondervindelijke werkwijzen. Ofschoon wij het toen nauwelijks beseften, hadden we niettemin met dynamiet gespeeld. Als ik terug denk aan sommige lezingen en geschriften over hun vak van anthropologen uit dien tijd, dan word ik met ontzetting bevangen. De meeste

2182

anthropologen, die toen en voordien zich met rassenproblemen bezig hielden, beschouwden hun werkzaamheid als interessant, maar niet als van beslissende betekenis voor den gang der volkeren of voor het welzijn van rnillioenen mensen. Ik beschuldig da anthropologen niet van het directe vaderschap van de Nazi-leer, maar er kan niettemin geen twijfel bestaan aan het feit, dat anthropologische veralgemeningen ten grondslag liggen aan de rassistische begrippen, die na 1930 als paddestoelen opschoten.... Nadat de schade aangericht was en het monster van Frankenstein losgelaten was op de wereld, hebben anthropologen hun best gedaan iets goed te maken, maar het ^vat te laat'. En hij gaat voort te spreken over de 'afgrijselijke gevolgen van de aanvaarding door het volk van deze rassenspeculaties, die onschuldig (?) zijn in de collegezaal, maar moorddadig in het openbare leven' en hij constateert, dat men tekort schoot in het begrijpen van de mogelijke gevolgen der gangbare wetenschappelijke ideeën op het sociale en politieke handelen. In Nederland is dit tekort ook wel aanwezig. Een paar jaar geleden verscheen een populair boekje over de afstamming van de mens, waarin een bekend anthropoloog, vrijwel zonder gronden aan te voeren, het denkbeeld opwerpt, dat negers van andere oorsprong zijn dan blanken. Deze opvatting kan de rassenwaan nieuw voedsel geven en tot zeer ongewenste consequenties leiden. Zo zien we, hoe denkbeelden op het gebied van de natuurwetenschap, zogenaamd 'onschuldig' in de collegezaal, tot vernietigende robots worden als ze gebruikt worden om de roofzucht, wreedheid en slechtheid van den mens (die nu eenmaal, volgens de enig betrouwbare anthropologic, geneigd is tot alle kwaad en onbekwaam tot enig goed) met een wetenschappelijk masker te bedekken. Fatalisme, defaitisme aan de ene kant, geweld en 'recht van den sterksten' aan den anderen kant, worden gedekt door pseudonatuurwetenschappelijke argumenten, ook in het leven van allen dag, waarbij ieder van ons onmiddellijk betrokken is. Als de geleerden reeds lang tot een andere theorie overgegaan zijn, komen de drakentanden, die zij onder het volk gezaaid hebben, op en 'het is te laat . . . het monster van Frankenstein is los'. We hebben hier geen ïfteorie over christelijke wetenschapsbeoefening willen opstellen en ook niet willen ingaan op de al of niet wenselijkheid van de term 'christelijke natuurwetenschap (zie daarover het artikel van prof. Waterink in 'Bezinning'); we hebben slechts op feiten gewezen, die meer dan enige wijsgerige bespiegeling overtuigen, dat ook beoefening van de natuurwetenschap ten nauwste samenhangt met religieus of antireligieus voor-oordeel en dat ook de wijze van beoefening der natuurwetenschap, even goed als de opleiding van dominees-, leraars en advocaten, een zaak is, die ons allen, ook onze arbeiders, boeren en zakenlieden raakt!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

VU-Blad | 92 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1951 - pagina 6

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

VU-Blad | 92 Pagina's