GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 291

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 291

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

magazine

treffende methode om problemen van welke aard ook op te lossen. Deze nadruk op de rol van de massa leidt enerzijds tot het centraal stellen van de deugd van zelfopoffering en anderzijds tot het devalueren van het belang van specialistische kennis en bekwaamheid. Een ander belangrijk thema in de Grote Sprong Voorwaarts is dat van het primaat van de politiek: Een correct politiek bewustzijn is het beste en het enig juiste uitgangspunt voor sociale actie. Economisch gezien loopt deze periode op een mislukking uit. De Grote Sprong Voorwaarts vooral gepropageerd door Mao, tegen de wil van meer conservatieve stromingen in de communistische partij in - veroorzaakt namelijk de economische crisis van 1959-1961, die mede door natuurrampen en de terugtrekking van duizenden Sowjettechnici in 1960 zeer ernstige vormen aannam. Is de tweede periode er een van mobilisatie van de massa en economische en politieke decentralisatie, alsook van aanvallen op bureaucratisme en specialisme, de derde periode (1959-1965) wordt er een van matiging, van vooral herstel van de economische schade aangericht door de Grote Sprong Voorwaarts. In 1965 is in de meeste sectoren van de economie het productieniveau van 1957 weer bereikt of enigszins overschreden. De centrale ministeries krijgen, evenals de specialisten in de bedrijven, weer grotere zeggenschap. In tegenstelling tot de tweede periode benadrukt de partijleiding minder het belang van de ideologie en van de rol van de massa. Van een pri-

maat van de politiek is niet langer sprake. Mao verdwijnt tijdelijk naar de achtergrond en wordt als president vervangen door Lioe Shao-ch'i. Maar nog tijdens deze derde periode is - vanaf 1962 - een aanloop zichtbaar tot een nieuw politiek offensief. Enkele nieuwe campagnes starten, gericht op stimulering van de klassestrijd en ideologische opvoeding.

verzwakt sterk door een omvangrijke zuivering, waarvan onder meer president Lioe Shao-ch'i het slachtoffer wordt. Na enige tijd wordt echter duidelijk dat Mao de door hemzelf opgewekte krachten niet meer in de hand kan houden. Na 1967 treedt het leger steeds meer op tegen anarchistische tendenties, die de eenheid van het land bedreigen. In 1969 loopt de Culturele Revolutie ten einde.

Culturele revolutie

Consolidatie

De vierde periode (1965-1969), die van de Culturele revolutie, is de radicaalste en belangrijkste uit de periode van n 1949. Deze campagne onderscheidt zich van voorgaande door haar lange duur, haar diepgaande invloed en de verdeeldheid die ze binnen de Chinese leiding oproept. Enerzijds is de Culturele Revolutie een rectificatiecampagne zoals er na 1949 verschillende, zij het op veel kleinere schaal, plaatsvonden. Anderzijds is ze een grootscheepse poging de Chinese cultuur nog verder te politiseren. Als zodanig richt de Culturele Revolutie zich tegen zelfzuchtig gedrag op het gebied van consumptie en materieel bezit, tegen bureaucratisch en elitair gedrag, tegen scheiding van theorie en praktijk, en pleit ze voor idealen als zelfopoffering, collectivisme en politiek activisme. De Culturele Revolutie loopt uit op een aanval op die politieke leiders die, vanuit maoïstisch gezichtspunt, gerectificeerd moeten worden teneinde de voortzetting van de revolutie te waarborgen. Mao mobiliseert de jeugd - georganiseerd in de Rode Garde - tegen het gezag en de organisatie van de partij, waarvan hij zich openlijk distantieert. De in 1967-1968 opgerichte Revolutionaire Comité's nemen meer en meer de plaats van de partij-organisatie in. De partij

De vijfde en tot nu toe laatste periode (1969-heden) is er een van consolidatie en wederopbouw. Duidelijk blijkt dat de Culturele Revolutie geen volledige overwinning voor Mao is geworden. Hoewel het leiderschap dat na 1969 aan de macht is, in naam maoïstisch is en gezuiverd van Mao's belangrijkste vijanden, blijft het niettemin een coalitie van zeer uiteenlopende groeperingen. Mao's gedeeltelijke overwinning blijkt vooral in de economie (nadruk op de landbouw als grondslag) en in het onderwijs (kortere studie, sterke aandacht voor de praktijk). Miljoenen studenten trekken, daartoe door Mao aangespoord, naar het platteland om er te gaan werken in de gezondheidszorg, het onderwijs of gewoon de landbouw. Na 1971, het jaar van de val van Lin Piao, wordt een gematigde 'nieuwe koers' meer en meer zichtbaar. Zo gaat China over tot een heroriëntatie van zijn buitenlands beleid, die resulteert in onder meer toetreding tot de Verlengde Naties en toenadering tot de Verenigde Staten, Japan en tientallen andere landen.

overal staan spreuken van voorzitter Mao, die liet volk opwekken harder te werken.

Zig-zag-koers Beziet men de gang van de Chinese revolutie na 1949, dan blijkt dat perioden van matiging en radicalisme elkaar steeds afwisselen. Hoe kan men deze opmerkelijke zig-zagkoers nu verklaren? Te dien aanzien zijn verschillende hypothesen geformuleerd. Hij zou, volgens sommigen, het gevolg zijn van de pragmatische aard van het maoïsme. Anderen verklaren hem wel uit factoren van buitenlands-politieke aard, zoals het conflict met de Sowjetunie en de oorlog in Indo-China. Een derde hypothese gaat uit van onderlinge verdeeldheid der Chinese leiders, van het bestaan van tweede conflicterende versies van het communisme, als verklaringsgrond. Zonder te willen beweren dat de twee eerstgenoemde hypothesen van geen betekenis zijn, biedt de derde hypothese toch waarschijnlijk het meeste uitzicht op een adequate verklaring van de gesignaleerde zig-zag-koers. Sinds de stichting van de Chinese Volksrepubliek in 1949 namelijk is steeds een belangrijke 37

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 291

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's