VU Magazine 1974 - pagina 394

Dr. Faber in proefschrift:

Burgemeester zou méér 'eerste burger' moeten zijn 'Het eenige wat ik wensch is om door het maken van eene aanbeveling de regering te noodzaken bij het doen van benoemingen tot burgemeester, overeenkomstig den geest der gemeentewet te letten, of de benoemde geschikt is om voor de belangen der gemeente te waken en die te bevorderen. Thans let de regering bijna uitsluitend of de benoemde eenige kennis heeft tot het uitvoeren der verrigtingen van Staatsdienst,

heden vooral die kandidaten geschikt die 'eenige administratie' konden voeren of 'de bevelen van de Commissaris des Konings'wilden opvolgen. Van Kerkwijk daarentegen had liever een 'burgervader' dan een bureaucraat als burgemeester; liever een man die een gemeente kon leiden, ontwikkelen en de welvaart kon,bevorderen, dan iemand die het accent legde op 'het belang van de staatsdienst'.

Misstanden 'Het zou toe te juichen zijn als men zich in orthodox-protestantse kring vaker de vraag gaat stellen of een abonnement op De Telegraaf ook in strijd kan zijn met de zogenaamde doopbelofte', aldus stelling 6 bij het proefschrift van dr. Faber. Was het zijn bedoeling christen-Telegraaflezers te doen vermanen door hun wijkouderlingen? VU-magazine verzocht hem een toelichting op de stelling te geven. Centraal stond voor dr. Faber, dat ten aanzien van bladen als De Telegraaf en wellicht in nog sterkere mate - van omroepen als AVRO en Tros, 'elke kritische drempel' is verdwenen. Het orthodoxe volksdeel heeft De Telegraaf ingepast in zijn levenspatroon en reageert niet meer kritisch op dit blad. 'Wel op een blad als Vrij Nederland of op omroepen als de VARA en VPRO, maar er bestaat een ontstellende blinde vlek in orthodoxe kring voor verschijnselen als Telegraaf en aanverwante zaken. Wanneer men over secularisatie spreekt, is die naar mijn idee hier te vinden'. 'Het gaat mij erom, dat de mensen een verband leggen tussen wat ze geloven en wat ze doen, wat hun levensstijl is. Wanneer men De Telegraaf leest zou men zich ervan bewust moeten zijn dat die 'van deze wereld' is en dat een christen dat niet behoort te zijn.'

Doordat vooral werd gelet op de bruikbaarheid van een nieuw te benoemen burgemeester als rijksambtenaar, waren volgens'Van Kerkwijk talrijke misstanden gegroeid. Zo waren er wel burgemeesters, die als ze wat krap bij kas zaten, 'drilscholen' hadden geopend. 'Degenen, die mislukt waren en ongeschikt om eene carrière te volgen, werden naar zulke drilscholen gezonden.' Stoomcursussen dus, door burgemeesters verzorgd, ten bate van collega's in spé. Uit wat Van Kerkwijk in de Kamer zei, kreeg men de indruk dat er dankzij zulke 'opleidie aan den burgemeester zijn opgedragen,' dingen' noga\ wat kneusjes in het ambt waren zo sprak het liberale kamerlid Van Kerkwijk terechtgekomen. 'Sommigen, waren reeds in bij het debat in maart 1880 over een door hem verschillende betrekkingen mislukt, ja hadden ingediend initiatief-wetsontwerp. De strek- zelfs examen gedaan voor klerk aan een der king daarvan was de gemeenteraden meer ministeri'én en waren niet geplaatst, maar werdan tot dan het geval was in te schakelen bij den toch burgemeester van eene belangrijke gemeente'. 'Er zijn burgemeesters die wegens de benoemingen van burgemeesters. Als het aan Van Kerkwijk had gelegen, dan hun onzedelijk gedrag, de gemeente waar zij zou een burgemeester in het vervolg recht- woonden moesten verlaten, die zich in eene streeks door de raad worden gekozen, maar andere plaats vestigden en kort daarop tot aangezien de grondwet niet in zo'n procedure burgemeester in die plaats werden benoemd. Waarom?De Commissaris desKonings ondervoorzag, kon het ontwerp-Van Kerkwijk niet meer bevatten dan een benoeming van bur- zocht niet waar hij had behoren te onderzoegemeesters door de Kroon 'nadat door de ken, maar schreef slechts een briefje aan een Raad eene aanbeveling van drie personen door lid der Provinciale Staten die in de buurt tusschenkomst van Onzen Commissaris in de woonde; deze gaf goede inlichtingen en de man die zoo onzedelijk was, dat hij als het ware provincie aan Ons is ingediend'. Uit wat het liberale kamerlid tijdens het door de ingezetenen uit zijn vroegere gemeente debat zei, viel op te maken dat hij de praktijk was weggejaagd, werd burgemeester. Ik heb die z.i. bij de benoeming van burgemeesters burgemeesters gekend, die, na al wat zij bewas gegroeid, betreurde. In plaats van gega- zaten te hebben doorgebragt, kwamen te sterdigden te benoemen die zich vooral als ven en hun boedel in zulk een ellendigen toe'gemeente-ambtenaar' zouden kunnen doen stand achterlieten, dat de ingezetenen geld gelden, vonden de provinciale en rijksover- bijeen moesten brengen om de begrafeniskosten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen