GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 204

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 204

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

niet voor rede vatbare vraag naar de mannen achter de schermen', de 'duistere aan de touwtjes trekkende figuren' die de massa hun wil oplegden.'^ Het al genoemde verslag van Hanisch vertelt hoe Hitler op zekere dag 'helemaal van de kaart' was geweest na het zien van de film 'De tunnel' naar de roman van Bernhard Kellerman, waarin een volksredenaar een hoofdrol speelde: 'Meeslepende redevoeringen hoorde je nu in het tehuis voor mannen', verzekert de schrijver. En Josef Greiner zou Hitler attent hebben gemaakt op een zekere mevrouw Anna Csillag, die met behulp van bedriegelijke bedankbrieven en vervalste bewijzen een naar geheim recept vervaardigd haargroeimiddel zou hebben aangeprezen. Bijna een uurlang, aldus het kennelijk gestileerde verhaal, zou Hitler zich verlustigd hebben aan de handigheid van die vrouw en zou hij over de geweldige mogelijkheden van psychologische beïnvloeding hebben gesproken. 'Propaganda, propaganda', moet hij dwepend gezegd hebben, 'net zolang tot er een geloof door ontstaat en men niet meer weet wat fantasie en wat werkelijkheid is'. Want propaganda was 'de essentiële grondslag van elke religie . . . of dat nu de hemel betrof dan wel de haarpommade'.'s Vastere grond onder de voeten heeft hij die de conclusies leest die Hitler volgens zijn eigen woorden getrokken heeft uit het observeren van de sociaal-democratische propaganda: de pers, de demonstraties en toespraken. Ze hebben beslissende invloed gehad op zijn eigen manier van doen: 'De psyche der brede massa is niet ge-

voelig voor al wat half is en zwak. Net als de vrouw, wier geestelijke gevoelens minder door motieven van het abstracte verstand bepaald worden dan door overwegingen van een ondefinieerbaar, gevoelsmatig verlangen naar complementaire krachten, zodat zij zich liever voor de sterke buigt dan de zwakkeling te overheersen, zo houdt ook de massa meer van de heerser dan van de vragende en ze voelt zich innerlijk meer bevredigd door een leer die geen andere naast zich duldt dan door het toestaan van een liberale vrijheid. De massa weet daarmee meestal ook weinig te beginnen en voelt zich zelfs enigszins in de steek gelaten. De onbeschaamdheid waarmee ze geestelijk wordt geterroriseerd dringt al evenmin tot het bewustzijn door als de ontstellende mishandeling van haar menselijke vrijheid. Immers van de innerlijke dwaling van de hele leer heeft zij geen enkel vermoeden. Zo ziet de massa slechts de meedogenloze kracht en brutaliteit van haar doelbewuste uitlatingen om daar tenslotte voor te buigen . . . Niet minder begrijpelijk werd voor mij de betekenis van de tegen het individu bedreven lichamelijke terreur ten opzichte van de massa. Ook hier een nauwkeurige berekening van de psychologische uitwerking. Terreur in de werkkring, in de fabriek, in de vergaderzaal en bij de massademonstratie zal altijd met succes gepaard gaan zolang er niet een nog grotere terreur tegenover wordt gesteld.''^ Begin augustus kwam het tot een breuk tussen Hitler en Hanisch. Hitler had na dagenlang werken een afbeelding van het Weense parlement geschilderd en zijn bewondering voor de klassieke tempel-

bouw, die hij 'een Helleens wonderwerk op Duitse bodem' had genoemd, had hem daarbij kennelijk tot gewetensvolle ijver aangespoord. In elk geval meende hij dat het werkstuk vijftig kronen waard was. Maar Hanisch verkocht het naar het heet voor niet meer dan tien. Toen de vriend na hun ruzie enige tijd wegbleef, liet Hitler hem door een der andere bewoners van het tehuis voor mannen zonder meer arresteren en begon hij een proces tegen hem. Hanisch werd tijdens de zitting van 11 augustus 1910 tot zeven dagen gevangenisstraf veroordeeld. Naderhand beweerde hij dat hij de rechter gunstig had moeten stemmen omdat hij zich in het tehuis onder de valse naam Fritz Walter had laten inschrijven. De weduwe van de koper op haar beurt verklaarde dat haar man inderdaad ongeveer tien kronen voor het werk betaald had. Maar Hanisch had haar niet als getuige laten oproepen.80 Een tijdlang nam daarna een joodse metgezel, Neumann geheten, die eveneens in het tehuis woonde de verkoop van de schilderijen op zich en soms legde ook Hitler alle schaamte af en bezocht hij zelf zijn klanten. Gedurende drieëneenhalf jaar was dit de achtergrond van Hitlers ontwikkeling en ervaring. Daar ontstonden voor eens en voor al zijn denkbeelden over mensen en zijn beeld van de maatschappij. Het is niet moeilijk de haatcomplexen en de gevoelens van opstandigheid te begrijpen zoals hij die, gezien zijn al te hooggestelde ambities, in deze omgeving moest ontwikkelen. Nog jaren later huiverde hij van ontzetting bij de gedachte aan de 'duistere beelden vol vuiligheid, weerzinwekkende smerigheid en erger' die hij met name op zijn weg door de buurt waar hij woonde aantrof. Veelzeggend genoeg was bij hem geen sprake van medegevoel. De ervaringen en levensomstandigheden in deze fase hebben Hitler in het bijzonder geholpen aan de grondslagen van de strijdbare filosofie die de hoeksteen van zijn wereldbeeld is geworden, het 'granieten fundament' ervan. Wanneer en waar hij zich later ook voorstander verklaarde van de idee van de 'meest brutale strijd', de 'genadeloze zelfhandhaving' en van vernietiging, hardheid, wreedheid of het levensrecht van de sterkere, in talloze redevoeringen en besprekingen, op bladzijden van zijn boek of in de tafelgesprekken op het Führerhauptquartier: altijd kwam daarin het ordinaire wereldbeeld bovendrijven van de figuur uit het tehuis voor mannen, de nooit vergeten opdracht uit de leerschool der gemeenheid.

46

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 204

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's