GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1992 - pagina 337

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1992 - pagina 337

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

-^

.f^-f^-^.

Ik vraag of het leven deze man helemaal niets meer te bieden heeft, of hij nergens meer van geniet, en ik ben onzeker of ik die vraag wel mag stellen, omdat ik helemaal niet weet of de man daar wel over wil nadenken. "Beste meid, dat is de kardinale vraag. Ik zeg altijd: er is maar één ding mooi aan het leven, en dat is de dood. De weg terug naar mijn vrouw en kinderen is er immers niet. Als mijn kinderen weer op bezoek zouden komen... Maar dan nog, ik hang niet aan het leven, voor mij hoeft het niet meer." Een journalist mag normaal gesproken alles vragen en doorvragen en nog eens doorvragen, maar ik twijfel of dat hier in het Clemenshuis wel kan. Een schuwe jongen in een blauw vest vertelt, in hulpverlenersjargon, dat hij het niet redt in zijn eentje omdat hij 'sociale problemen' heeft. Na de vraag of hij hier in het Clemenshuis vrienden heeft gemaakt valt er zo'n beladen stilte dat ik gauw over iets anders begin. W e praten geanimeerd over roken en hoe moeilijk het is daarmee te stoppen.

Oorlog Behalve in het Clemenshuis en in een aantal huizen in Rotterdam wonen Bavo-patiënten 'beschermd' in wat het personeel noemt 'de huisjes' o f ' d e wijk'. Dat is een op het oog doorsnee-nieuwbouwwijk op het terrein van de Bavo in Noordwijkerhout. Er zijn zespersoonshuizen, parenwoningen, een winkel, een café en een buurthuis. Wandelend door 'de wijk' krijg je de indruk dat het leven hier besHst meer voorstelt dan zitten wachten op de dood. Misschien is het weer de mooie zomer. De huisjes

Psychotisch

C

hronische psychiatrische patiënten zijn mensen die schizofreen of manisch-depressief zijn of last hebben van persooniijksheidsstoornissen of hersenafwijkingen, zoals het Korsakowsyndroom, of van een combinatie van deze afwijkingen. Ze hebben herhaaldelijk kortere of langere perioden waarin ze psychotisch zijn, dat wil zeggen dat ze last hebben van wanen en angsten. Iemand die psychotisch is weet niet meer dat die wanen hersenspinsels zijn, hij leeft in een andere realiteit. Eén op de tien schizofrenen maakt vroeg of laat een einde aan zijn leven. Niet alle mensen met dit soort ziektebeelden slijten hun leven in een inrichting, hietzijn vooral degenen die in de loop van de tijd steeds meer het contact verliezen met familie, vrienden, buren of collega's, die in de verblijfspsychiatrie terechtkomen. In Nederland verblijven ongeveer twaalfduizend patiënten langer dan twee jaar in een psychiatrische inrichting. Een psychische ziekte ontstaat door een combinatie van biologische en sociale factoren. Of iemand die een aanleg heeft voor schizofrenie ook werkelijk psychotisch wordt, hangt dus af van wat hij meemaakt in zijn leven.

26 v u MAGAZINE SEPTEW8ER 1992

'

«

DR. JOS DROES: 'DE HOEVEELHEID ONVREDE BIJ MENSEN NEEMT GEWELDIG AF ALS JE ZE MAAR VRAAGT WAT TE WILLEN.'

»

'\k wil weg omdat ik vind dat ik verder moet. Ik zie anderen vertrekken. Ik denk dan: wat doe ik hier nog, wat leer ik hier nog.'

zien er vriendelijk uit, de tuintjes zijn fleurig, er zitten gekken op bankjes die vrolijke dingen roepen. De voorzitter van de bewonersraad en zijn vrouw vertellen dat het in ieder geval niet saai is in deze wijk. "Er is hier meer oorlog dan vrede," zegt de voorzitter. "Dat klopt," beaamt zijn vrouw, "en het drankmisbruik is hier gigantisch. Daar hebben wij ook aan meegedaan. Maar ik werd ontzettend dik, en Hermans handen trilden 's ochtends. Toen zijn we gestopt, met behulp van onze begeleidster. W e hebben een schéét van een begeleidster." Ik vraag of ze hier vrienden hebben. " N e e hè", overlegt het echtpaar, "alleen EUy." Herman heeft op het Bavoterrein een volkstuin waar hij al zijn groente zelf verbouwt. Vanochtend hebben ze bietjes ingevroren. Hij en zijn vrouw zijn heel actief, maar hij vindt dat de meeste bewoners veel te weinig profiteren van de mogelijkheden die er zijn om iets te doen. "Vroeger op de paviljoens was het zo dat alles moest en niets mocht. Hier mag aUes en moet niets. Dat is niet goed, er is een tussenweg. De mensen hier zouden gelukkiger zijn als ze iets meer geprest werden tot activiteit. Er is te weinig structuur. Nieuwe bewoners zijn iedere avond lazarus, die kunnen de vrijheid niet aan." Volgens de artsen Dick Linzel en Nico van Beveren die deze patiënten onder hun hoede hebben, valt dat drankmisbruik best mee. Linzel: "Ik denk dat hier evenveel wordt gedronken als in de gewone maatschappij. Daarbij hebben onze patiënten maar driehonderd gulden zakgeld per maand, waarvan ze kleding, toiletspuUen, alles moeten kopen. Ze hebben dus niet eens het geld om een beetje redelijk alcoholist te zijn." Van Beveren: "Deze mensen gedragen zich veel eerder lazarus, omdat ze onder de medicijnen zitten. Die combinatie maakt datje eerder dronken bent."

WÊ^mmÊÊÊ^ÊÊm

Iets

doen

De voorzitter van de bewonersraad roerde nog een andere belangrijke vraag aan: Is het wel goed om mensen hun gang te laten gaan als ze de hele dag niets wiUen doen behalve in bed Hggen, zitten en roken? De vertegenwoordigsters van de bewonersraad in Wolflieze hadden daar

met nederlandstalige muziek naast zich staan en leest in 'Natuur en Techniek'. Hij is op twaalf tijdschriften geabonneerd, vertelt hij. De man maakt zo'n kwetsbare, verwarde en vermoeide indruk dat ik snap dat het Bavopersoneel hem lekker laat zitten op dat bankje. Uit het onsamenhangende verhaal dat hij vertelt is op te maken dat hij erg lijdt onder zijn ziekte. Hij is vaak bang om te slapen, weet niet wie of waar hij is, denkt dat er een kat of een slang in hem is gekropen, IS eenzaam en vindt het erg dat hij geen vriendin heeft. "Ik had op het Clemenshuis graag wat wfUen vrijen, maar seks is er niet bij en liefde ook niet. Dat mag je best opschrijven." Toch zegt hij tevreden te zijn op het Clemenshuis, hij voelt zich er veiHg. Is nu de conclusie dat de patiënten die beschermd wonen op de Bavo niet zo ongelukkig zijn als de patiënten in Wolflieze? " N e e , ik heb ook zat van die negatieve mensen die helemaal niets willen," zegt Nico van Beveren, "maar wat ik ook probeer, die willen niet met j o u praten. Die liggen in hun bed en komen er niet uit."

Keuze

dezelfde stellige mening over: het is absoluut verkeerd als chronische patiënten geen bezigheden hebben. "Dat is foute boel. Als je niets te doen hebt glijd je af, ga je achteruit." Deze vrouwen vinden het pure noodzaak om op een redelijke tijd uit bed te komen en iets te gaan doen, hoe moeilijk ook zijzelf dat soms vinden. Dick Linzel en Nico van Beveren vinden het een weerzinwekkend idee om hun patiënten te dwingen te werken. Van Beveren: "Stel je voor, jij bent gek en je woont hier op het Clemenshuis. Je hobbelt al tien jaar van opvangcentrum naar gesticht. Je wilt nu rust. En dan kom ik en zeg: jij moet elke dag om acht uur op om de hele dag kaarsen te gaan draaien, en dat mag je de komende dertig jaar blijven doen. Ik vind het legitiem als jij dan zegt datje daar geen zin in hebt." Voor een aantal patiënten is het goed om te werken, voor andere niet, vinden de artsen. Wat ze bedoelen wordt duidelijk als ik praat met een vriendelijke man met een grote bril, die op een bankje voor het Clemenshuis zit. Hij heeft zijn cassetterecorder

Het is natuurlijk de vraag of op een modale camping in de bossen de vraag 'Bent u gelukkig?' heel veel enthousiaste antwoorden zou opleveren, maar het lijkt bij voorbaat onmogelijk om met de handicap van een ongeneeslijke psychische stoornis, toch een prettig leven te leiden. Dr.J. Droes, psychiater en manager behandelzaken van de Bavo, vindt dat te negatief "Iedereen hier heeft de m o gehjkheid een bestaan op te bouwen, waarin hij net als ieder ander, leuke en vervelende dingen meemaakt. Maar dan moet hij wel serieus rekening houden met de beperkingen die hij heeft, en zover komen dat hij die accepteert. Een psychische handicap is ongrijpbaarder dan een lichamelijke, en daardoor is het moeilijk om ermee uit de voeten te kunnen. Maar het kan wel, voor iedereen." N o g een voorwaarde is volgens Droes dat er mensen zijn die werkelijk bereid zijn waar nodig te helpen, en waar niet nodig dat na te laten. "Uit onderzoek blijkt dat de hoeveelheid onvrede bij mensen geweldig afneemt als je ze maar vraagt wat ze willen. N e e m het dus serieus als iemand zegt: ik wil weg. Vraag of hij daarover wil denken en een preciezer doel stellen, dan kan het best zijn dat de uitkomst is: ik blijf toch Hever hier. Maar dan is die patiënt een stuk minder ontevreden. Dan is het een eigen keuze om te blijven."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1992

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1992 - pagina 337

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1992

VU-Magazine | 484 Pagina's