Gereformeerd kerkelijk congres: Drie referaten, op den 11den Januari 1887 in "Frascati" voorgedragen - pagina 29
Bevat: De hiërarchie in haar kerkbedervend karakter / F.L. Rutgers ; Door wat schuld de tweede hiërarchie opkwam / A.F. de Savornin Lohman ; Wat ons tegenover de tweede hiërarchie te doen staat / A. Kuyper.
27 bij
de besturen te hebben uitgedoofd.
dus
Men zag
geoorloofd.
alles
is
Het reglement
niet in, dat ook bij die
uitkomst de wortel des kwaads bleef;
gezag der Kerk bleef vervangen
met behulp van den
slechts
onder
dit
gewenschte
dat bestuursmacht het zedelijke
dat de overwinning, even als thans,
;
arm verkrijgbaar was
sterken
;
en dat
de Koning der Kerk niet in Zijne eere hersteld werd.
alles
Onder de werking van moest de
veroorlooft alles,
dit
vrijheidlievend-waarheiddoodend kiesstelsel
de gemeente noodwendig in een partijstrijd ontaarden,
strijd in
waarin beurtelings de een den ander, met of zonder het gebruik maken van
min
Meer dan
middelen, versloeg.
eerlijke
ooit achtte ieder zich tot
het uitspreken van eigen oordeel en het volgen van eigen inzicht, ook in
de dingen die buiten zijne bevatting lagen, bevoegd en gerechtigd.
De
en
onverschilligheid
namen hand over hand
de spraakverwarring
de Kerk, inplaats van zich harer roeping,
en
toe,
daad
haren Heer
meer
in een disputeergezelschap,
bewust
te belijden, dieper
te
waarin elkeen
om
door woord en
worden, verliep steeds alles,
zelfs
het bestaan
van God, mocht betwijfelen en ontkennen.
Mag met
dankbaarheid worden herinnerd, dat de Heer der Gemeente
steeds meerdere
mannen, krachtig
Godonteerende van
het
Kerk afhankelijk
poging in
de
eene
om
eigenaars
het steld
Kerk toekomt, ook voor
afzetting
van
daarvan
onttrekken de
van
vraag,
hielden, niet
te
toen
om
het goed,
te
bewaren;
wegens hunne
bewaren voor hen,
maar
ook
worden
al
die
zij
te
verdedigen
dat lang, veel te lang
wien de goederen zouden volgen. bij
Ik
Liever
ge-
is
bij
de
Christus, zonder geld en goed,
niet gevolgd
dezen smaad, heb
gij
eenigszins
ontkend,
door de grooten der aarde.
Mocht dat? Zal de Heer der Gemeente
Ik,
Kerk
aan een ongoddelijk bestuur afhankelijk
gesmaad door de menschen, gen: heb Ik
die
leeraren en opzieners,
kerkgebouwen zonder Christus, dan
Heb
;
dat vaak,
en behoudens het oordeel des burgerlijken rechters voor
Maar het mag zich
afkeuring verdiende,
hun toevertrouwde goed
het
gemoede
ware.
met smart worden beleden,
wordt gemaakt van het behoud van Kerkegoed en
belijdende
alsof
niet
kerkelijken toestand te doen gevoelen
Niet alsof de poging
tractement.
der
!
verwekt heeft, ora der gemeente
nog de onvoorwaardelijke gehoorzaamheid aan den Heer der
zeer vaak
dat
dezen
moet helaas
tegenover
daar
ter tale,
al
niet
met recht ons
vra-
deze ellende aan u verdiend?
stondt tegenover eene andere, door machtige Poten-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 52 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 52 Pagina's