Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 181

SOCIALE QUAESTIE.

hen

in

Daarom

schuilt.

protesteer

juist

Van Houten

door den heer

drukking

hand

olijftak in de

dan

ik

ook

tegen een uit-

gebezigd, en waarin

mijns inziens, verkeerd beoordeeld heeft.

nu nog met den

181

hij

dat volk,

„De werkman komt

Hij zeide:

Mijnheer de Voorzitter,

tot ons."

ben overtuigd, dat de Nederlandsche werkman nooil anders dan met

ik

den palmtak in de hand

in de

Volksvertegenwoordiging

men

zou geen recht geschieden, indien

zal

komen hem ;

zijn zedelijken ernst niet

waardeert.

Laugel (de Fransche auteur, ook hier bekend door het overzicht van Motiey's werk over Barneveld in de Revue des

Deux Mondes)

doen wedervaren aan den Engelschen werkman,

„Rendons

la destinée nationale, ses

dans

Welnu, dienzelfden

werkman

om

de armen het

te

zedelijken

du temple, pour

ne sépare point son sort

Il

du pays.

Il

conserve,

wensch ik ook mijnerzijds aan den Holland-

lof

Ook

geven.

te

^)

nooit als een nieuwen Simson

zal

hij

de zuilen slaan, waarop het maatschappelijk

doen

ernst,

zijner natie

lot

al

les colonnes

interets des interets

représente a ses yeux la patrie !"

om

n'abuse pas trop de

il

souffrances, je ne sais quel respect touchant pour tout ce qui

ses

schen

heeft recht

schreef:

hij

n'a jamais, nouveau Samson,

Il

sur ses propres épaules.

écrouler

faire

de

attendre.

sait

Il

un jour de féroce désespoir, ébranlé

dans Ie

justice a l'ouvrier Anglais:

cette

nouveaux.

ses droits

toen

ook

nederstorten die

maakt dat

hij

zijn

zijn

rust,

heeft dien

blijft

koesteren voor

geest roept.

Ik resumeer, Mijnheer de Voorzitter.

maar geen overhaasting.

gebouw hij

eigen lot niet scheidt van het

en steeds een aandoenlijken eerbied

wat het vaderland voor

Ook

op zichzelven.

Er

zij

spoed, haast desnoods,

Gehandeld moet er worden

;

maar men handele

niet willekeurig, niet onvoorbereid.

Al ware het ook, dat ik met dan

zal ik

waar

nog vrede vinden

ik getuigd

in

die

overtuiging geïsoleerd bleef staan,

het gevoel dat ik mijn plicht heb gedaan,

heb tegen een maatregel,

die

naar mijn innige convictie

den wettigen grond van het recht miskent, een intellectualistisch streven bevordert en de in

die

dezer slechts

maatschappij

Vergadering, in

warmte en

1)

maatschappij niet verzoent, maar integendeel den

een

ding

zal

hoop

bestendigen.

Als

vstrijd

op een na het jongste

lid

ik nooit tekort te schieten in bescheidenheid;

gunne

men

mij

voor niemand onder te doen: in

beslistheid van overtuiging.

Laugel, VAnglctcrrc polüique

et sociale,

p. 305.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen