Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 243
243
ONDERWIJSQUAESTIE.
hem
van de beginselen, dezen morgen door
blijft
nn eens
maar op het hart van den geachten spreker
niet op het hoofd,
hem
een appèl de coeur doen en tigheid
niet
trillen?
En
om
indien wel, hoe kondt
een
snaar
er dan toe
gij
uw hart te doen om hier in de
in
komen,
Mijn
zou in dier
stelsel
en het onderwijs in dat land moeten organiseeren, dat
land
het
Heeft dan het woord barmhar-
:
der Nederlanden te verklaren:
Staten-Generaal
voege
vragen
vermogen
meer het
Tocli wil ik,
bepleit.
alleen diegenen vrijheid van onderwijs verkrijgen, die het betalen
Heeft
wenschen ten opzichte van
tuiging, ook geen
aan
kunnen ?
dan de arme, de minder gegoede ook geen hart, ook geen over-
om
zijn
kroost ?
En
gaat het dan
het woord van vrijheid nog in een progam te durven gebruiken,
dat ons biedt: vrijheid voor den
De geachte
spreker heeft
maar voor den arme dwang?
rijke,
stelsel
zijn
geconcentreerd in deze, ik zeg
het met diepen ernst, ontzettende uitdrukking: y,dan moeien desnoods de
minderheden maar onderdrukt, want dan zijn
maakte Dat enkele woord
kerszalf stinkend
zaam antwoord op mijn vraag, waar
waar de
tisme,
opgeslagen
wat
geen
Nu
absoluut
is
Waar En
vraag ik den spreker:
Staatsmacht beperken ?
die de
Waarde ambtgenoot,
is
tente heeft
zijn
wat geen grenzen
heeft, of
heeft dan het zichzelven gelieft te stellen.
grenzen
andere
volkomen genoeg-
somberen hoek, waar het despo-
Absoluut
?
die de apothe-
vlieg,
waar het Staatsabsolutisme
tirannie,
Wat
?
de
mij een
gisteren gedaan.
Zit gij werkelijk in dien
zit gij ?
zij
is
zijn hij
bij
uw
Staatstheorie de grenzen,
weet ze zoo weinig aan
te wijzen,
dat als er ten slotte in de conscientie althans zich nog een grens voor de
Staatsmacht zou aanbieden, die
die vlieg, hij
vroeg
dege
haar
moeten
zijn
tegen
grenzen van
Verpletter die minderheid, en
:
kostelijke zalf bederven zou,
mijn
stelsel
zegt
hij
weg!
Dat de Staatsmacht wel
ter-
en dat die grenzen het product, de resultant
heeft,"
de
stel ik dit:
stelsel,
neem
Daartegenover,
worsteling tusschen den Staat en de levensvragen
der maatschappij. In die maatschappij bestaan zelfstandige kringen,; wier
eigenaardig gezag
niet ontleend
den
Koning daarboven,
het,
die de
heeft.
in
aan den Koning op aarde, maar aan worsteling met den Staat
hun
grenzen bepalen, waarbinnen het Staatsgebied zich
Wanneer een vader
kinderen
eischt,
ontleent
maar aan Gods ordening Gods",
en
is
evengoed
als
;
liefde,
hij
zijn
zij
beperken
eerbied en gehoorzaamheid van zijn
het gezag daartoe niet aan de Grondwet,
want
onze
te
hij
Koning
is
vader over
bij
zijn
kind
,bij
de gratie
de gratie Gods regeert over het
Koninkrijk der Nederlanden. Zegt nu de geachte spreker, dat de Staatmacht
dermate
moet uitgebreid,
onderliggen;
en vraagt
gij
dat
ten leste zelfs de conscientie zou moeten
mij dan,
wat mij tegenover dat streven
als
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's