Separatie en Doleantie - pagina 61
61
rAffEENIGINO OF /T^ftEENIGING ?
saam geldt, do plicht namolijk der
gemeenschap-
vereeulyiiKj in
pelijke Classicale en Synodale vergaderin<^en.
men
Veroorlove
daarom ook
mij
punt kortelijk
laatste
dit
toe te lichten. Ik spreek in dit opstel van vereenUjing, niet van hereeniging,
en
woord
met een enkel
wil
ook aan den
over deze
strijd
beide wijzen van uitdrukking voor goed een einde maken.
Zoo dikwijls twee
reeksen
pas
1834
sinds
sprake
er
is
van het tot elkaar brengen van kerken,
geïnstitueerde
waarvan
de
eene reeks
en de andere reeks de continuatie
ontstond,
van de oudtijds geïnstitueerde kerken, mag er niet gesproken
is
van
worden
Immers
term.
maar
Jiereenignnj,
kan
herèenigen
is
men
eenig juiste
de
vereenigiug
wat
alleen,
vroeger
één
was; en overmits nu deze beide reeksen geïnstitueerde kerken als
zoodanig
omdat de eene
geweest
één
nooit
eu
zijn,
konden
niet
zijn,
pas later ontstond, zou er niet anders
reeks
kunnen plaats hebben dan vereenigiug.
Hereenmm" zou wat en
de geïnstitueerde kerken aangaat alleen
plaats hebben tusschen de oude geïnstitueerde kerken
kunnen
die door Separatie van haar zijn gescheiden.
de personen,
Overmits
verreweg
echter
het
grooter
aantal
Christelijke Gereformeerde kerken eerst in
den toegang
tot
het heilig
nooit niemh) a cotnplefa, d.
kerken geweest
zijn,
i.
die
van de
leden
nieuwe kerken
Avondmaal ontvingen, en
volle leden
zij
dus
van de oude geïnstitueerde
zou hereeniging door persoonlijken terug-
keer naar het eerst verlaten instituut slechts voor zeer enkelen,
meest zeer ouden van dagen, denkbaar
zou
nooit
dit
beide reeksen geïnstitueerde
de
zijn.
En ook dan nog
een onderwerp van onderhandeling tusschen de
van
kerken kunnen uitmaken, overmits niet de
Christelijke Gereformeerde
kerken,
maar
alleen
personen harer leden hierover zouden te beslissen hebben.
T?nmers wat wel eens door een doctriniiir theoreticus beweerd is,
dat de Christelijke Gereformeerde kerken in die steden en
dorpen,
waar het oude
verplicht
leden
zich
zouden
zijn,
instituut thans tot reformatie
om
zich
te ontbinden,
opdat
kwam, al
hare
weer konden aansluiten aan het oude instituut,
is
een eisch, dien men voor de rechtbank van het Gereformeerde
kerkrecht
nooit
/.al
kunnen
staande houden.
Il'el
zoo
men
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 73 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 73 Pagina's