Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 308
,
304
d d
Van
de Goddelicke Eygenschappen.
A. Ja. V. Hoe veelderley is de wille Godts? A. Eenderley. y. Waerom en magh men niet seggen, dat
'er
twee
willen in Godt zijn? A. dat 'er dan twee Goden souden zijn. V. Wil Godt goet en quaet met eenen wil; op een
Om
d
,
maniere?
wijse ende
A. Neen. V. Hoe wil Godt het goet, ende hoe wil hij het quaet ? A. Het goet wil Godt, als het selve werckende ende doende, ende het quaet als toelatende ende niet belettende ende als by seker tusschenkomende toeval dirigerende tot een goet eynde. V. Het bevel Godts, is dat eygentlick de wille Godts, d of is het een effect ende uyterlick werck van ende
d
,
na den wille Godts ? A. Het is een effect ende werck, &c. d
d d
d
d
V. De wille des hevels ende des welbehagens, zijn dat twee willen? A. Neen. V. Strijdense tegen malkanderen? A. Neen. V. Is d'een onder d'ander begrepen ? A. Ja. V. Leeren wy dat daer twee willen in Godt zijn die tegen malkanderen staen? A. Neen. V. Wie geven ons dat na. A. De Remonstranten en andere partijen die der Pelagianen of halve Pelagianen dwalingen vernieuwen, V. Wat seggen wy dan? A. Dat de wille Godts in sich selven een is maer wort geseyt tweederley te zijn: Eerst, ten aensien van de tweederley beteeckenisse van het woort, d'welck ende eygentlick beteekent het welbehagen Godts oneygentlicken het bevel ende openbaringe Godts. Ten ,
d
,
,
;
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's