Johannes Maccovius - pagina 310
298
En
van Sepp als van Heringa, Inzage toch van Lubbertus' „de Jesu Christi Servatore" en van zijn „In Catechesin Palatino-Belgicam" toch, beider vermoeden, zoo
onjuist.
is
bewijst dat.
In zijn eerstgenoemd werk n.l. ontwikkelt Lubbertus juist de gedachte: „Christus propria virtute resurrexit." Socinus toch, tegen
wien deze studie geschreven
had
is,
geleerd,
dat de werken die na Christus' dood volbracht werden aan
den Vader moeten worden toegekend, maar dat de werken die aan Christus' dood vooraf gaan, beschouwd moeten worden, als door Christus zelf gedaan te zijn „ea opera quae mortem Christi sequuntur ad patrem, et quae illam praecedunt, ad Christum pertinere." En tegen deze voorstelling nu was Lubbertus opgekomen. De zending van Christus b. v. ging aan zijn dood vooraf, en w^as toch een werk des Vaders. (Joh. 3 16.) De exactio poenae ging aan Christus' sterven vooraf, en is toch een daad die aan den Vader wordt toegekend. (Jesaia 53.) De institutio ministerii daarentegen had na het sterven plaats en toch deed de Zoon het. (Joh. 20:21 23.) De uitstorting :
:
—
des H. Geestes geschiedde na het sterven, en toch de Zoon
zond den H. Geest. (Luk. 24
:
49.)
En waar nu de Socinianen op
dien grond de opstanding
van Christus, als na zijn dood hebbende plaats gehad, loochende als door Christus' eigen kracht geschied te zijn, daar handhaafde Lubbertus de stelling, dat ook die opstanding, zij het ook een „opus mortem sequens," als een daad van Christus zelf te eeren is. „Quin ipsa resurrectio mortem secuta est, et tamen est opus Christi proprium. Propria
non aliena virtute resurrexit." Als bewijsplaats uit hij dan bij Joh. 10 28. En als oorzaak het feit, dat Christus is de Aóyog waarin al het wijst hij op leven is, Joh. 1 4. (Causa huius rei est, quod Christus est et
n.
de H. Schrift brengt
:
:
ó
Aéyoc,
ipsa
Hic ')
in quo, sive per
vita. est
Joh.
verus
ille
11. 25. et
Deus,
Lubbertus, De Jesu
quem 14. 6.
et vita
est vita. Joh.
Ego sum
aeterna.)
vita.
1.
1
4.
quin est
Joh.
5.
20.
*)
Christo Sei-vatore, p. 150. Hij eindigt daar zijn
betoog aldus:
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899
Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's
![Johannes Maccovius - pagina 310](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/johannes-maccovius/1899/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899
Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's