Men beklaagt zich,

Men beklaagt zich, dat we onze in vorm van satyre gestelde critiek op de Vos-ovatie terugnamen.

„Waarom, ” zoo vraagt men, „zou ook op Christelijk terrein de satyre niet geoorloofd zijn.? Hebben ook de profeten en de apostelen, ja, onze Heere Jezus Christus den geesel der satyre niet soms bijtend scherp gezwaaid.? En, al is het nu zoo, dat wij ons niet alles mogen aanmatigen wat de Heere deed, zooeel blijkt dan toch, dat de satyre op ichzelf een zeer geoorloofd middel van ritiek is, en niet strijdt tegen de liefde egens den naaste. Immers, ware dit zoo, an zou de Heere nooit satyre hebben geezigd

Deze aanmerking is volkomen juist.

De vroomste en beste mannen, ook in de

Hervormingsdagen, hebben tot zelfs op de itels van hun boeken, den geesel der satyre an ook ter hand genomen, en het gebruik aarvan mainteneeren ook wij.

Hieruit volgt intusschen nog niet, dat atyre het gepaste wapen is tegen alle erkelijke zonde.

De satyre moet gezwaaid tegen kerkelijke waasheden.

En hier was erger dan dwaasheid,

In heel het Classicale bedrijf was ééne iepgaande zonde nog niet zoo zeer tegen et volk des Heeren, als tegen den Heere elven. En daartegen nu mott ernstiger wapen ekeerd. s bvhmz s

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen