GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Pers.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de Zuiderkerkbode vestigt Ds. Feringa de aandacht op den donkeren blik, dien de Middernachtszendeling (het blad) op onze zedelijke toestanden werpt. Hij zegt er vani

Het welwezen der Kerk vereischt niet maar enkel zuivere Kerkelijke inrichting. Wie dit zou willen, zou daarmede de Kerken doen terugzinken tot het peil van het «Synodaal" Genootschap, waar onloochenbaar alles bijzonder goed geordend is. Alles gaat daar formeel zuiver toe. Alleen de haat tegen de Gereformeerde beginselen en hare voorstanders doet er soms iemand uit het evenwicht ralcen. Dan wor den de reglementaire bepalingen wel eens door haar eigen handliavers geschonden; maar dat kan elk antigereformeerd hart natuurlijk gemakkelijk door de vingers zien.

Overigens is de inrichting van het «Synodaal" Genootschap uitermate geschikt om alles netjes in orde te houden. Het doet denken aan de stoelen, die in zekere oude Engelsche paleizen voor eeuwen gebruikt werden, en die — naar men zegt — zóó waren uitgehold en bewerkt, dat de lieden na den maahijd (zelts wanneer zij dronken waren) er niet uitvielen. Gemis aan bewustzijn en toch geen wanorde

Zooals men een lijk toeschikt: de oogen behoorlijk gesloten, het lichaam in de goede richting, de armen in de rechte houding niets onrustig of afwijkend, - zoo schikt dergelijke reglementenorde het lichaam, dat er door gebonden v/ordt. Gemis aan leven maar de orde bewaard.

Zal het nu in de vrijgemaakte en levendgemaakte Kerken desgelijks gaan? Indien wij met louter uitwendige zuiverheid van Kerkelijke ordening zouden voldaan zijn, ongetwijfeld. Indien er echter een hart van deernis klopt en het inwendig leven in barmhartig en ernstig «Getuige en redden" openbaar wordt, door Gods gunste nimmer!

En dit getuigen en redden is noodig. Vooral ook op het gebied der eerbaarheid.

Niet enkel als «pestilentie, die in de donkerheid wan delt" — maar helaas reeds als «yerderf dat op den middag verwoest" treed in ons van God afzwervend volk de onzedelijkheid op. En waar zijn de predikers die haar ontmaskeren en veroordeelen? Waar de op zieners, die hun kudde tegen haar verdedigen? Waar de ouders en onderwijzers, die haar ernstig bestrijden? Waar de werkgevers en gezinshoofden die tegen haar waken? Waar de jonge mannen en vrouwen, die den rug toewenden aan wie spreekt van zonden, waarover men blozen moet? Waar de Diakenen die als rechte «advocaten der eüendigen" hier tijdig en doelmatig deernis betoonen tegenover hare wreedheid ?

Er zijn er; voorzeker! En hun getal neemt toe; Gode zij dank! Maar wie durft zeggen, dat de Kerken in deze reeds zijn ontwaakt?

En zoo kan dan in ons Christenland met recht ge chreven worden in het voor ouders en Kerkeraden oo belangrijk blad De Middernachtzending:

Verleiders van professie verzekeren, dat een meisje ltijd wel te verleiden is als men het maar slim geoeg weet aan te leggen En de ellendelingen schijnen el haast de waarheid te spreken ten aanzien van haar, i die zonder vrienden en onbeschermd in een groote stad dienen." j

Een-ontzettend beweren! i

Is dan de opvoeding zoo verwaarloosd, of zöó zonder gebed en kracht ge\yeest, dat er niets is om zulke meisjes tegen te houden, zoodra zij geen steun vinden in haar omgeving? Dat er geen herinneringen zijn aan gebeden en onderwijzingen? Dat er geen kracht van inwendig leven openbaar wordt? Wat moet dan de Gemeente Gods weinig kracht geopenbaard hebben en weinig licht getoond, in de vorige woonplaatsen dezer beklagenswaardigen!

Kunnen gedoopte meisjes uit Protestante Kerken in groote steden „zonder vrienden' en onbeschermd" zijn? Wat dan te denken van de ouderlingen of Leeraren harer vorige woonplaatsen, die deze lammeren hunner kudden lieten trekken zonder toe te zien waarheen, zonder zorg en bescherming voor haar te zoeken ? Wat van ouders of voogden of betrekkingen, die al zulke zorg veronachtzaamden? Wat van de Kerken der groote steden (indien'ze we/ aan hare zorg waren opgedragen), die zulke meisjes «zonder vrienden en onbeschermd" lieten blijven; hoewel zij het doodelijk gevaar kenden?

O Kerken van Hem. Die kwam om het verlorene te zoeken en te redden, hoeveel bloed van ellendige slachtschapen heeft Hij te eischen van Uwe hand! Hoevelen gingen verloren en brachten, zelve verdorven, anderen ten verderve. die droeve oorzaak hebben gehad tot klachte: «Niemand zorgde voor mijne ziel"!

Waarom ?

Om onze en onzer vaderen zondige spaarzaamheid, die steeds weerhield genoeg Bedienaren des Woords te doen opleiden en genoeg predikantsplaatsen in een gemeente te stellen. Om onze ongeestelijkheid, waar , door schier allerwege het te kleine getal opzieners zoo moeilijk kan uitgebreid. Om onze kerkelijke ver minking door de Reglementen van 1816, waardoor het Diaconaat der teere volheid zijner bestemming ontging. Om onze valsche kieschheid, die alleen red den wilde, en niet durfde getuigen Om de ongereforraeerde neiging van elk ouderhart, dat van > imijn kind" niet kan gelooven, wat het van eigen verderf vaak oprechtelijk belijdt. Om de valsche gerastheid, waarmede wij meenen, dat • deze schande en schuld over onze huizen niet komen kan. — Wie van ons is in deze onschuldig ?

En wie van ons is veilig ?

Of is in onze kringen de tucht niet meer noodig over het zevende gebod? Zijn onze dochteren aan alle weelde en ijdelheid vreemd? Zijn de meisjes in de dorpen en kleine steden minder lichtvaardig? Is de omgang en de leefwijze daar van alle onvoorzichtigheid vrij? Gevoelen onze Kerken steeds dat deze lammeren der kudde haar toevertrouwd zijn? Wordt er gebeden en gewaakt ?

Neen, Gode zij dank. het is NIET VOLKOMEN juist, wat door «De Middernachtzendeling" is beweerd. Er zijn meisjes, die ook zonder steun van menschen, de verzoeking wederstaan.

Er zijn er, die zorgvuldig en liefderijk worden aanbevolen. Er zijn er, die in de groote steden door de zorgende trouwe der Kerken «niet zjnder vrienden en onbeschermd" zijn.

Maar hoe vaak is toch de ontzettende beschuldiging gegrond! En ook buiten de groote steden, hoe vaak wordt het welwezen der Kerken door den knagenden worm der onzedelijkheid harer kinderen geschaad!

Geve de Heere, dat de gezegende Reformatie bij toeneming óók voor deze dingen de oogen opene en óólï in deze als reinigende werking des Geestes open baar worde! Zegene Hij degenen, die zich hieraan wijden! Gorde Hij Ouders, Onderwijzers en Kerkeraadsleden met kracht en met wijsheid in deze en vervuUe Hij hen met ernst en Liefde!

Zoo blijke de vrijmaking der Kerken steeds meer waarlijk Reformatie!

Beide in zijn waarschuwing en in zijn protest heeft Ds. Feringa volkomen gelijk.

Vrij zeker echter durven we staande houden, dat de Middernachtszendeling h& X, zelf nie anders bedoeld heeft.

Wat dit blad uitsprak, sloeg uitsluitend op die jonge meisjes, die uit' de provinciën in de groote steden gaan dienen.

En nu vergete men nooit dat de stilleren er altoos meer toe neigen, om in haar dorp te blijven, en dat jonge deerns, die zoo vroeg naar Amsterdam of Den Haag willen, stellig voor 80 procent reeds bij hajr komst in die steden, wat men noemt »losse haren" hadden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 27 november 1892

De Heraut | 4 Pagina's

Uit de Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 27 november 1892

De Heraut | 4 Pagina's