GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Frankrijk. Het woeden der antiel er i c a 1 en.

De woede der radicalen tegen allen wat naar i godsdienst zweemt of uok maar daaraan herinnert, neemt in Frankrijk hand over hand toe. Lang hebben de protestanten in dit land volk en regeering daarbij gesteund, in de gedachte, dat de Roomsche kerk alleen door de liberalisten zou getroffen worden en dat zij daardoor steeds meer de vrije hand zouden krijgen om Frankrijk te evangeliseeren. Hadden zij niet onder het tweede keizerrijk ervaren, dat de clericalen hun geen volle vrijheid vanbeweging wilden gunnen?

Doch in den laatsten lij: ! moeten de Protestanten wel genezen worden van hunne sympathieën voor de Fransche liberalisten. Want het komt aan den dag. dat de slagen, van welke men dacht dat zij alleen op de Roomsche kerk zouden nederdalen, ook het Protestantisme treffen!

Zoo heeft men van Luthersche zijde in Parijs het z.g. Oeuvre de St. Marcel moeten prijs geven. Voor vijftig jaar was de predikant Louis Meijer in het kwartier van het Pantheon begonnen, evangelische scholen te stichten en een Luthersche gemeente te verzamelen. De gemeente vergaderde in een der lokalen die door de fcesluurders van het Oeuvre de St. Marcel gebouwd werd. De arbeid werd door de stad en door den staat finantiëel gesteund. Doch deze steun hield tengevolge van de radicale anti godsdiens'.ige politiek op. De scholen van St. Marcel konden de concurrentie tegen de Parijsche stadsscholen niet volhouden, en daarom moesten de Luthersche scholen, die eertijds zoo gebloeid hadden, gesloten, terwijl de gebouwen onder den hamer moesten gebracht worden. De Luthersche gemeente blijft natuuilijk wel voortbestaan, doch het zal wel moeilijk vallen een geschikt kerkgebouw voor hare Godsdienstoefeningen te vinden. Wij zien hieruit, dat aan het subsidiestelsel geen denkbeeldige gevaren verbonden zijn.

Hoe ver de overheerschende radicale geest in Frankrijk de menschen en ook het opkomend geslacht vervoert, blijkt uit de volgende feiten: In de Lycea, op ééne lijn staande met onze Gymnasia, ontstaan vereenigingen van vrijdenkers, waarvan de leden ïich verplichten nooit eene Godsdienstoefening bij te wonen, en altijd deel te nemen aan alle anti clericale manifes tatiën. Bij het laatste congres van de ligue voor het onderwijs stelde men voor, dat men alleen zulke leeraars zou aanstellen, die gebroken hadden met allen godsdienst. Een tegenvoorstel, dat men de persoonlijke godsdienstige overtui­gingen eerbiedigen zou, stemde men af. Te Lamelouse, eene gemeente in Zuid Frankrijk bij Aiais, is eene neutrale school, waarin een vrouw voor 40 francs 'sjaars naaion.ierwijs gaf. Dezelfde vrouw neemt echter ook een werkzaam aandeel in het Z )ndagsschool onderwijs, hetwelk van de Gereformeerde gemeente dier plaats uitgaat. Da Petit Meridional schreef: Mejuffr. X. leent er zich toe d; s Zondags de kinderen in den Bijbel, dat is in de dwaling en in de leugen te onderwijzen, inplaats v.an in het naaien. Nu de strijd ontbrand is tusscheu de anticonfessioneelen en de godsdienstigen geest, rrtoet zulk een toestand ophouden''. Zoo verstaan de Fransche vrijdenkers de godsdienstvrijheid. Hierover behoeft men zich niet te verwonderen als mén weet, dat een hoogleeraar van de Sorbonne, Aulard, kort geleden, in een strijd met den wijsgeer en afgevaardigde Buisson verklaard heeft: „Geen dubbelzinnigheid meer ! Wij willen den godsdienst vernietigen". Een radi& al blad schreef: „Wanneer onze partij de macht in handen had, waren wij spoedig met de kerken klaar; wij zouden ze wel weten te vernietigen door eene reeks van ^elle, onmiddellijke en besliste maa'regelen, zonder ons om ijdele liberale drogredenen te bekommeren". Het is te vreezen, dat deze partij, blijkens het optreden van het ministerie Combes, reeds de macht in handen heeft.

N. ~Amerika. Een klacht uit „de Hope".

De bekende Baptistische predikant Dr. Mc Laren schreef dezer dagen in een brief aan Dr. Cuyler, die in de Amerikaansche bladen werd opgenomen, het volgende:

„Wij zijn in dit land zeer verwereldlijkt (wereldgelijkvormig geworden) en hebben de zi£ tende wan in onze kerken ncodig. Ik vrees dat het niet beter bij u gesteld is. Dikwijls ben ik geneigd God te danken, wanneer ik het oog heb op de doodheid in de kerken en de ont zageüjke vraagstukken waarvoor wij geplaatst zijn, dat ik nader bij het einde dan bij het begin van mijn loopbaan sta." Dit woord getuigt van moedeloosheid. De ziftende wan mocht ook die moedeloosheid weg doen. De apostel Paulus kon, wanneer hij op den Heere zag, trots het insluipen van valsche leer en valsche broeders, trots de vervolging van de zijde der wereld, altijd goeden moed hebben. Maar dit neemt niet weg_, dat de uitlating van Dr. Mc. Laren een getuigenis is tegen die kerken in Engeland en N.-Amerika.

In verband met dit getuigenis lazen wij met zekere ontroering hetgeen Dr. de Pree in de Hope schreef. Dr. de Pree heeft in de Hope de plaats ingenomen v/elke Prof. Dr. H. H. Doster innam. In zijn eerste artikel geeft Dr. de Pree het program dat hij in zijn persarbeid volgen wil, en doet dit door de vraag te stellen: Leer of lïven ? Let wel, de schrijver spreekt nijt van „leer èn leven" maar v"n „ eer of leven". Dr. de Pree laat zich dan o, a, volgendcr wijze ut:

„Naar het mij voorkomt is het i i onze dagen niet mnder noodzakelijk om als handhavers van een christelijk leven op te treden, dan als handhavers der rechtzinnige leer. Denkt u een in de waarheid onderwezen geslacht. Zou wereld-en geld-liefde daaruit niet meer zielen verstrikken dan een stelselmatig ongclocf? Ja, worden de twijfelzucht en het cngeloof niet ge kweekt door het wantrouwen en de ver.chting, die door menig een wereldsgezind „chri: ; ten" op het Christendom geworpen worden ?

’t Zijn overtuigingen als deze die mij tot leiding en bestiering zullen zijn in mijne keuze van onderwerpen en in de behandeling daarv. n voor het pu'iliek. Ik erken het onscheidbaar verband tusschen leer en leven : de leer .'ds de wortel, het leven als de vrucht. Maar door „de leer" versta ik dan toch ook wat andirs dan schoolsche termen, en godgeleerde bepalTigen, en strijdvra3, en tusschen theologen van uiteenloopende kweeking of richting. Of bijv. iemani supra of infralapsarist is, in het gebruik van die termen of in het voorstaan en verdedigen van de een of andere schoolsche theorie, wat baat of schaadt dat, daar dit toch geen inbreuk maakt op het wezen van iemands Christendom. Ook begrijpt het eenvoudige, ongeletterde volk er toch niets van, hoe lang of hoe breed de voorstanders eener dorre scholastiek hunne uiteenloO; fende rechtzinnigheden, een ieder de zijne, ook uitmeten of uitkramen mogen. Maar of wij eene zoodanige opvatting van de leer hebben, die beantwoordt aan de apostol'scht. beschrijving: \, , Gelijk de waarheid in Jezus is", zie, dr.araan is ons alles gelegen, want dat i: eene kennis der waarheid die overgaat in waar heidszin, en tot vrucht heeft een wandelen in waarheid. Ik '.reen dat iemand in theorie en opvatting en boven-of e; n onderval drijver zijn kan, en toch in hart en leven een afwijker van God, in zijn handel en wandel een onbetrouwbaar mensch, een bedrieger zelfs. En ook staat het tegenovergestelde zeker we! vast, dat menig een ziel het eeuwige leven ingaat, zonder ooit de haarfijne onderscheidingen, waarvan doo • sommigen zooveel gemaakt wordt, te hebben waargenomen of gevat. Wij houden ons in onze voorstelling van de waarheid liefst zoo dicht mogelijk aan de Bijbelsche voorstelling zelf. De Gereformeerde leer, die wij hartelijk lief hebben, onderschrijven, voorstaan en verkon digen, staat in de veiklaring en uitlegging, die sommigen er aan geven, toch nog niet gelijk met „de leer der waarheid die naar de godzalig heid is" en de z. g. „Calvinistische beginselen", waarmee ook in onze dagen dikwijls zooveel gezwetst wordt, zijn, in den vorm waarin ze ons worden aangeprezen, nog geen vier eeuwen oud, of ze zouden di? n naam niet dragen."

Wij betreuren dat een dergelijk betoog in de Hope geschreven is. Wij houden niet van Theologische haarkloverijen. Doch dat de Gere formeerde leer leiding geeft aan het leven staat bij alle belijders der Gereformeerde religie vast. Het verban(ï dat er tusschen enkele leers lukken en het leven ot de praktijk den Godzaligheid bestaat, is er, al wordt het niet door een iegelijk doorzien. Een modern predikant zeide eenmaal tot schrijver dezer regelen : „wat heb ik er aan, of ik God als den Eanigen Vader of als den Drieëenige belijd." Hij begreep niet dat er een afgrond ligt tusschen Unitariërs en Trinitariërs en dat geen leer vrui-.htbaarder is voor het leven als juist die van de Drieëenheid. Wat het Supra-en het Infralapsarisme betreft, het verband tusschen die leeringen en het leven is niet voor een ieder duidelijk, maar wanneer wij die vraag in verband brengen met de leer van de Souvereiniteit Gods, dan wordt het ons ten slotte wel duidelijk, dat ook in dit opzicht de gezonde leer niet onvruchtbaar is voor het leven. Wij hopen van harte, dat Dr. de Pree tot dit inzicht ook zal mogen komen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 oktober 1903

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 oktober 1903

De Heraut | 4 Pagina's