Vereeningingsleden.

OPENBAAR MAKEN.

Dr. Lammerts van Bueren zeide op de algemeene vergadering van de Nederlandsche Middernachtzending-vereeniging, in den afgeloopen zomer te Nijmegen gehouden: „Is het volk krachtig en gezond, dan vormt het geslachtsleven niet het centrum van de gedachtenwereld; terwijl het een zeker kenmerk van verval is, wanneer wellust en ontucht als schoon en begeerlijk worden voorgesteld, "

Dat zulke woorden de aandacht verdienen, zal niemand ontkennen. Zeker, vertrouwd mag worden, dat men in onze kringen onbekend is met de ontuchtige romans, die, naar de verklaringen van onze Christelijke uitgevers en boekhandelaars, in steeds grooter getale verschijnen, met de schaamtelooze stukken die op de planken komen, met de gruwelijke zonden, waarover volgens mededeelingen van buitenlandsche correspondenten, ais gewone, lichte afvfijkingen wordt gesproken.

De opvoering van Salome, het quasi veifijnde product van een geest als Oscar Wilde, berucht om zijn liederlijke levenswijze, wordt door velen toegejuicht, en zou wellicht nog meer aftrek vinden indien het stuk nog wat grover was. Zelfs de tooneelverslaggever van de Nieuwe Cour. — immers een blad dat in tal van Christelijke gezinnen gastvrijheid vindt! — schrijft met zekere wellust over dat gemeene, perverse tooneelstuk, Edoch — men weet het: ons land is in het buitenland vermaard om zijn uitvoer van pornografische producten in allerlei vormen. Voorzeker, het liberalisme, dat de gansche vorige eeuw door gepoogd heeft, om de menschen af keerig te maken van godsdienst en van de ordinantiën Gods, heeft een droevig succes op zijn arbeid.

Tegen de verwildering en verdierlijking van het menscheüjk geslacht is Ds. Pierson jaren lang, het grootst gedeelte van zijn leven, met energie opgetreden. Onder zijn leiding werd eerst en niet zonder zegen gepoogd, dit de zonde zonde zou zijn in het oog van iedereen, door een strijd aan te binden tegen de reglementeering van de ontucht en tegen het houden van bordeelen met toestemming van de Overheid. Het sanctioneeren door de Overheid van de ontucht werd op die wijze velen een ergernis; en al mocht een gelukkig gevoerde strijd daartegen vanzelf niet de zonde zelve wegnemen, dit resultaat had de arbeid van Ds, Pierson, dat de tegenstelling tusschen ontucht en kuischheid voor een ieder duidelijk werd; voor belijders en niet belijders.

In dit licht moet ook het optreden tegen het Neo Malthusianisme en de arbeid van de middernachtzendelingen beschouwd worden. Zwakke, uiterst zwakke pogingen zijn het. Dat zij zoo. Wat geeft het trouwens — is men geneigd te vragen — als enkelen zich laten waarschuwen tegen de zoogenaamde deskundigen, die in de bladen haar afschuwelijke advertentiën plaatsen, als een middernachtzendeling er in slaagt een enkele te overtuigen, dat hij de plaatsen der zonde niet mag betreden. Tegenover den stroom van goddeloosheid en van ontucht, waarin een groot gedeelte van ons geslacht dreigt om te komen, betekent dat zoo weinig.

Inderdaad — het kan niet ontkend worden. Toch ligt de beteekenis van dezen moeitevollen maar schijnbaar nutteloozen arbeid dieper. Juist door dien arbeid wordt getuigd tegen de zonde; van het Werk der mannen en vrouwen, die zich daaraan geven, gaat een krachtig getuigenis uit, dat niet kan nalaten op den duur indruk te maken, en zoo aan de conscientie van velen komt aankloppen.

Er is een tijd geweest, dat men zich verbeeldde, den sterke te binden, door hem dood te zwijgen. Wat de zonde der ontucht betreft, 'savonds in de Catechismuspreek over het zevende gebod, mocht er over gesproken worden; maar overigens moest worden gezwegen van het kwaad, dat zoo ontelbare slachtoffers maakt. Maar men heeft allengs leeren verstaan het woord van Paulus: „Al deze dingen van het licht bestraft zijnde worden optnbaar; want al wat openbaar maakt, is licht."

Openbaarheid — in den zin als door de vrienden van Ds. Pierson's streven wordt opgevat. De zonde moet als zonde worden aange duid, aangewezen, opdat geen onwetendheid moge worden voorgewend. Als zoodanig is ook het wetsontwerp betreffende het onderzoeknaar het vaderschap niet zonder waarde.

Aan den vooravond van de jaarvergadering van de Ned. Middernachtzending-vereeniging, Woensdag 31 Juli 1.1., sprak de grijze Pierson naar aanleiding van Matth. 12 : 29; een tekst zeer rijk van inhoud en leering, bijzonder met het oog op den strijd tegen de ontucht. Gods heerlijke en heilige vaten heeft de Satan geroofd en verontreinigd. Hoe zullen ze hem weder worden ontnomen en aan Gods eer gewijd — vroeg Ds. Pierson, en hij antwoordde:

Dat gaat niet zonder hevigen strijd. Ennaa# mate die strijd krachtiger gevoerd wordt, zal de Satan zich ook sterker toonen in zijn verweer. Sterk om den arbeid der redding zoo. mogelijk te verijdelen, maar vooral om het getuigen tegen de zonde tegen te staan, ook het getuigen voor den Goddelijken eisch der kuischheid.

„Hoe zal men den sterke de gestolen vaten weder ontrooven, tenzij men hem durve te staan, hem binde en gebonden wete te houden?

„Daarvoor is het noodig, dat wij dien sterke aaa en zijne wapenen en listen kennen, en leeren hoe wij hem binden kunnen.

„Vele wapenen heeft hij, niet alleen zware en ruwe, maar ook dubbel gevaarlijke, fijne en betooverende wapenen.

„Betooverende — de Satan weet een leven in de zonde zoo interessant, zoo aantrekkelijk voor te stellen; veel interessanter dan een leven in eenvoud en oprechtheid voor God en menschen. Lees de romans onzer dagen, een kuisch en trouw menschenleven vindt men vervelend. Trouweloosheid en echtbreuk boeiend.

„Maar de zonde is niet interessant, ze is verachtelijk, afzichtelijk, 't Is bedrog, wanneer zij bekoorlijk wordt voorgesteld.

„Een tweede wapen van den Satan is een slappe moraal: „Men is maar eens jong." Wie weet wat hoog geëerde mannen zelf in hun jeugd geweest zijn? Laat u niets wijs maken — zoo fluistert hij den jongen mensch in — er is niemand, die altijd een kuisch leven geleid heeft.

„Dan weder verschuilt hij zich achter het ernstig mom der wetenschap, en verkondigt dat men geen kloostermoraal kan stellen aan jonge mannen; dat de wetenschap heeft „uitgemaakt" dat een volwassen man zich niet zonder schade intoomen kan.

„Dan weder toont hij een medelijdend hart: oorzaak van de ontucht is de armoede. Die ongelukkige schepsels, zij verkoopen haar lichaam uit gebrek. Wanneer iemand op huwbaren leeftijd gekomen, geen vrouw onderhouden kan, val hem dan niet hard, wanneer hij op andere wijze zijn driften zoekt, te bevredigen.

„Zoo weet deze roover zijn stem telkens te veranderen en zelfs onder het mom van zachtmoedigheid de gruwelijkste en wreedste zonden te bevorderen.

„Hem te dooden, wij kunnen het in deze zondige wereld niet; maar gebonden kan hij worden.

„De Heere Jezus heeft ons het voorbeeld gegeven, door een beroep op het Woord Gods: „Er staat geschreven."

Zoo ging de grijze prediker voort om te getuigen tegen de zonde, om allen op te wekken mede te getuigen, en om aan te toonen ook, hoe Satan onophoudelijk bezig is zich toe te eigenen de vaten, die hem niet toekomen: door tegenover het huwelijk de vrije liefde te verkondigen, door de vaan der vriendschap te bezoedelen.

Zoo is Satan gedurig bezig al Gods vaten te bederven.

Daartegen gaat onze strijd. De heilige* vaten, van uit Gods huis naar Babel weggevoerd, moeten weer tot 'sHeeren tempel worden wedergebracht, voor Zijnen heiligen dienst.

Dat zij het streven der Middernachtzending, en God bevestige daarbij aan ons Zijne belofte: In blijdschap zult gijlieden uittrekken en met vrede voortgelcid worden; de bergen en heuvelen zullen geschal maken met vroolijk gezang voor Uw aangezicht. Voor eenen doorn zal een denneboom opgaan, voor eenen distel een mirteboom; en het zal den Heere wezen tot een naam, tot een eeuwig teeken, dat niet uitgeroeid zal worden.

Zóó opgevat, is deze arbeid, waarop de wereld met minachting nederziet, en die ook in onze kringen niet altijd juist wordt verstaan, van heerlijke beteekenis. Openbare strijd tegen de zonde der onkuischheid; tegen de schaamtelooze advertenties, tegen den „handel in blanke slavinnen, " tegen het N. Malthusianisme, tegen de prostitutie, tegen alle vormen, waarin de ontucht en de onkuischheid optreden. Al wat openbaar maakt, wordt licht — zegt de heilige apostel Paulus.

En daa juist is de verdienste van den arbeid, die in de Middernachtzending een van zijn vertakkingen heeft.

Op de jaarvergadering van die vereeniging te Nijmegen — door Ds, Pierson geleid, en o. a. door de kamerleden De Visser en Schokking bijgewoond — heerschte, volgens het jaarverslag, een opgewekte, blijmoedige stemming. Trouwens, er kon op vooruitgang gewezen worden. Er zijn thans 10 afdeelingen, die met grooten zegen arbeiden. Met name mag hier genoemd worden de Groningsche zuster-vereeniging „Persis, " die oT a. aan de „huiden" der zich als „deskundigen" aandienende individuen waarnemend optreedt.

Al deze arbeid is ook daarom zóö van beteekenis — het jaarverslag bevestigt het — omdat de aandachtnier Overheid op de openbaringen van de zonde voortdurend wordt gevestigd, en zij geprikkeld wordt om, overeenkomstig haar roeping, streng te waken voor de publieke eerbaarheid, en voorts ook maatregelen te nemen, opdat het kwaad zooveel dit mogelijk is, gestuit worde.

De strijd tegen de ontucht, zoo als die onder de leiding van Ds. Pierson werd georganiseerd, is ook een strijd tegen de lauwheid en de laksheid van de Overheid, die ook hier als dienaresse Gods een hoogst gewichtige roeping heeft te vervullen.

Moge daarom de arbeid van de Middemachtzendingvereeniging door den Heere gezegend worden. Het hoofdbestuur bestaat uit de heeren: Ds. H. Pierson te Zetten, algemeen voorzitter; J. Muller Lijnbaansgracht 281 Amsterdam, penningmeester; W. Hovy te Amsterdam; Ds, A. S. Talma te 's-Gravenhage; N. J. A. C. Swel lengrebel te Arnhem; Dr. J. Lammerts van Bueren te Amsterdam, en A. I. Da Costa te Amsterdam.

De commissie van uitvoering, regelende den practischen arbeid, bestaat uit de heeren: K. Taekema te Haarlem, voorzitter; J. N. van Munster te Arnhem; J. C. van Goudoever te Haarlem; P. van der Linden te Utrecht; W. H. VerhoefF te Apeldoorn; J. Balkesteijn te Zwolle, en G, Velthuijsen Jr, te Amsterdam, algemeen secretaris.

Het bureau van de Nederl, Middernachtzendingvereeniging is: Weteringplantsoen 22, j telefoon 7995, Amsterdam.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen