GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vereenigingsleven.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vereenigingsleven.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

VEREEN. TOT CHRIST. VERZ. VAN KRANKZ, IN ZEELAND.

„Gode zij dank, dat men in de laatste tijden de krankzinnigen als voorwerpen van barmhartigheid is gaan beschouwen. Nog niet zoo lang liggen de tijden achter ons, dat men een krankzinnige en een misdadiger onder één dak huisvestte, omdat het „gekkenhuis" als onder afdeeling aan het tuchthuis verbonden was. De gevangenbewaarders hadden toen ook de zorg voor de krankzinnigen, en poogden door ruw geweld die ongelukkigen „tot rede" te brengen. Wat wanhopende en onvruchtbare arbeid voor de stokbewaarders 1 Wat droevig en pijnlijk lot voor die slachtoffers der gerechtelijke dwaling! Eere aan de fransche psychologen en psychiaters, die aan A& zt mishandeling der geesteskranken een einde gemaakt hebben.

„En nog meer dankbaar zijn we voor wat Engeland ons te dezen opzichte schonk. Imnaers toen men den krankzinnige als patiënt ging beschouwen, vsrerd eerst heil gezocht in de zoo genaamde paedagogische methode, waarbij men, met de beste bedoeling, door spartaansche ge strengheid alle vreemde uiting van het gekrenkte zieleleven wilde onderdrukken. Een onzer peri odieken (Wetenschap. BI. Nov. 1908) deelde onlangs nog eens mede welke middelen werden aangewend. Men ontstak in het vertrek van den patiënt plotseling een hel schitterend en sterk knetterend vuurwerk, of schoot onverwachts pistoolschoten vlak langs zijn oor af. Men ging met hem wandelen, en wierp hem onverhoeds in een sloot. Ook wel bond men een touw onder zijn oksels, heesch hem in de hoogte en liet hem dan in duizelingwekkende vaart naar omlaag sciieten. Lig ds ongelukkige te slapen, men wierp van uit de hoogte emmers ijskoud water op zijn lichaam. Of wel men sloot hem op in een donker hol met griezelig ongedierte. Als „bijzondere middelen'' beval men aan: sterk bijtende Spaansche vlieg op de huid sme ren, de voeten met brandnetels bsstrijken, gloeiende lak op het lichaam laten afdruipen. Soms ook bond men den lijder — en dat alles, zoo men meende, voor zijn bestwil — een zak vol levende mieren op zijn blooten rug. Zelfs werd de „Hornsche machme" uitgebracht, een soort bank, waarop de patiënt, overlangs uitgestrekt, met razende snelheid in de roncfte gedraaid werd."

Uit Engeland kwam echter de zegen tot het continent van de methode, die leerde, de krankzinnigen liefderijk als zieken te behandelen.

„Dientengevolge bouwt men nu geen kerkerachtige „gekken huizen" meer met getraliede vensters, maar tustigs herstelliags-oorden en schoone pavilloenen in fraaie tuinen, gelegen bij lommerrijke bosschen. De kranken worden behandeld naar den eisch hunner ziekte. Men legt ze in bed, geeft ze baden, doet ze genieten van de frissche lucht, spreekt ze liefderijk toe en behandelt ze zoo zacht en tegemoet komend als mogelijk is,

„Het schoone resultaat van deze methode is dat de patiënten veel kalmer worden, dat de woestheid vermindert, dat de omgang tusschen verpleegden en verplegers vertrouwelijker wordt. En wat waarlijk niet het minste is, dank zij deze medische methode, komen metterdaad vele gevallen van genezing voor. Dat alles nu is daaraan te danken, dat God het menschelijk oog voor het lijden dezer zielsongelukkigen heefc geopend, dat een geest van ontferming zich van ons hart heeft meester gemaakt, dat onze ziel in barmhartigheid tot de ellendigen uitgaat, 00» medelijdend de helpende hand aan die deeiniswaardigen toe te steken. Men v/eet en verstaat, dat de krankzinnigen „voorwerpen van barmhartigheid" zijn, en dat de barmhartigheid hier een heilige roeping ontvangt, een wel moei lijke, doch ook heerlijke taak zich ziet toever trouwd."

Aldus sprak Dr. A. Kuyper Jr. van Vlissingen in den bidstond van de 29 Juni j.l. ge houden se algemeene vergadeiing der Vereeni ging tot Christelijke Verzorging van Krankzinnigen in Zeeland, van de vereeniging die het voorrecht had, den s? n Mei dezes jaars haar stichting te openen, die den liïfelijken naam „Vrederust" draagt. In dien naam ligt reeds iets uitgedrukt van de veranderde opvattingen inzake de krankzinnigenverpleging, gelijk dit ook min of meer het geval is met „Bloemendaal", „Veldwijk", „Dennenoord'. Dat zijn geen namen voor oorden van verschrikking; wel, om met den secretaris van genoemde vereeniging te spreken, van oorden van ellende, maar dan toch van oorden om ellende te lenigen.

Veel meer echter dan de naam, dien onze christelijke krankzinnigengestichten dragen, veel meer ook dan hun uiterlijk aanzien, legt van de omwenteling der begrippen hun inwendige inrichting en de behandeling, die de kranken er ondervinden, getuigenis af. Zoo ooit, dan heeft de christelijke liefdadigheid op dit terrein in ons land pioniersarbeid verricht. Terwijl de ruwe methode van voorheen nog niet allerwegen schijnt verdrongen te zijn, staan bair stichtingen daar als het symbool van vooruitgang en beschaving, als het symbool ook van christelijke naastenliefde, offervaardigheid en zelfopoffering.

Niet onaardig zeide de secretaris op de jaarvergadering :

De gebouwen, zeker in de eerste plaats noodig, vertegenwoordigen voor uw Bestuur toch slechts den ruwen omtrek, den levenloozen romp. In die doode lichamen moest door talrijke benoemingen leven ingeblazen worden. Na den Geneesheer Directeur, die het verantwoordelijk Hoofd der Stichting is, en die en gros de Stichting had te beheeren, moest daar vogrts ieder op zijn plaats worden gebracht.

„De administrateur voor de fioancieele belangen en de huismeester voor den inventaris. De kok voor het rantsoen en de tuinman voor de plantage. De machinist voor den watertoren en de naaijuflrouw voor de kleeding; en dan het talrijke personeel voor de paviljoenen. Voorts moest gezorgd worden, dat met het talrijke personeel ook de benoodigdheden om te kunnen wonen, binnen kwamen.

„Ledikanten, bedden, dekens, stoelen en tafels, lampen, kopjes en bordjes en zooveel meer. Met deze moest er voorraad, zijn van levensmiddelen en huishoudelijke benoodigdheden, van kleeding, allerlei mondvootraaad en zooveel meer andere zaken. Ea indien er iets is, dat uw Bestuur den afstand heeft leeren begrijpen, die daar ligt tusschen het tijdperk, toen een gansch volk zijn levensonderhoud ontving door water uit den rotssteen en manna uit den hemel regenend, en onzen veeleischenden tijd, dan was het wel de uitrusting van „Vrede rust"."

Hoezeer aan „Vrederust" behoefte was, bleek uit de mededeelingen, die de vpor^itter ter jaarvergadering, dus nog geen twee maanden na de opening, doen kon. Reeds toen bedroeg het getal patiënten 75 (34 mannelijke en 41 vrouwelijke) Twee vrouwen waren overleden.

In dienst waren een huisvader en een - moeder en een hoofdverpleegster-huismoeder, 8 verplegers en 12 verpleegsters. Voor keuken, huis-en tuindienst waren aanwezig 12 personen, van welke allen mocht gezegd, dat zij naar de de mate kunner krachten met toewijding in de zaak der Christelijke verpleging van ktanksinnigen werkzaam waren.

De godsdienstoefeningen worden des Zondags geregeld gehouden. Verschillende predikanten, Herv. en Geref., door het Bestuur daartoe aangezocht, gaan daarbij voor. Voor het overige werd door den Voorzitter zooveel mogelijk de geestelijke leiding waargenomen: het bezoeken van personeel en patiënten, het houden van den maandelijkschen bidstond, het leiden van begrafenissen enz. Sedert enkele weken is de voorzitter tot geestelijk verzorger benoemd, gelijk de bladen meldden.

Thans nu we dit schrijven, hebben de cou ranten reeds het bericht gebracht, dat nitbreidicg van het gesticht noodzakelijk is geworden en dat daartoe besloten is. Het moge tot droefenis stemmen, dat er in onzen tijd zooveel krankzinnigen zijn, tot dank stemt het, dat de christelijke barmhartigheid bereid staat te zorgen voor allen, voor wie men op haar een beroep doet.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 november 1909

De Heraut | 4 Pagina's

Vereenigingsleven.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 november 1909

De Heraut | 4 Pagina's