GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Pers.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Steeds scherper teekent zich het verschil, neen de tegenstelling tusschen de Gereformeerden e in het Hervormd Genootschap en de Hoedemakeriaansche Confessioneelen, die thans onder leiding van Dr. Kromsigt steeds verder afwijken van wat zelfs de Confessioneele Vereeniging bij baar eerste optreden bedoeld beeft.

Zoo schrijft nu weer de redactie van de Waarheidsvriend, die steeds trouw voor de Gereformeerde belijdenis het pleit voert, dit wel wat lange, maar toch kenschetsende stuk, dat een juisten blik in de verhoudingen geeft:

Heftig viel men ons aan in den beginne. Luk raak schoot men z'n pijlen af op ons. Toen werd het stil. Men had ons dood gemaakt. En op een doode schiet men niet meer.

Maar daar toonde de Geref. Bond wezenlijk nog teekenen van leven. Zou hij 't er weer bovenop halen?

En o! vreeselijk, nu gaat men wezenlijk al vertellen, dat de Geref. Bond het gewonnen heeft. Geen kwajongens zeggen dat. Neen, mannen van naam en gezag. Geen kleinigheidje I Er zijn er al die zeggen : laat het nu maar gaan, er is toch niets meer aan te doen; de toekomst van de Ned. Herv. Kerk is aan de mannen van den Geref. Bond!

Nu zijn dat profeten die brood eten. En eerlijk gezegd, vbtden we het niet verstandig dat men zulke dingen zegt en schrijft.

Maar dat gebeurt ook al weer niet bij geval. Zoo goed als we slagen noodig hebben, hebben we ook weer zulke dingen noodig.

Als we nu allen, die op den bodem der belijdenis staan, de positie maar begrepen, die we naar Gods bestel op dit oogenblik innemen mogen. Als we elkander eens konden begrijpen, verdragen, helpen.

Maar daar is 't nog ver vandaan.

En dat is de Achilleshiel waar onze doodelijke plek zit. Waar we ook zéker door zullen vallen en omkomen — als God het niet verhoedt.

Vooral tusschen de ^Confessioneelen» en de iGereformeerden» gaat het niet goed.

We zagen het verleden week nog in het stukje uit de Vragenbus van Ds. Lingbeek, waar van confessionee e zijde openlijk een afkeuringsoordeel wordt uitgesproken over den Geref. Zendings bond.

Tot nu toe deed men dat niet.

Zelf bleef men onder de ethischen zitten in een of andere zendingsvereeniging, maar men liet ons rusting in onzen kring van gereformeerden; met onze zendingsfeesten, met onze zendingsvergaderingen, met onzen zendeling-kweekeling, met onzen onderwijzer....

Maar daar valt plotseling Ds. Lingbeek bits uit met z'n schimpend oordeel: allemaalKuyperianen! allemaal dominés, dien het ... om een beroep te doen is!

Min!

Maar ’t is vreeselijk jammer.

Als een bittere vijand van de waarheid nu zul-­ken onzin verkocht was het nog wàt.

Maar nu eSn man als Ds. Lingbeek, die daarmee zeker een stuk of wat predikanten van confessioneele richting, die vreeselijk benauwd zijn voor een collega van geref. richting, sterkt in hun domme vijandschap — doch die ook zeer zeker honderden pijn doet, onder de gemeenteleden en onder de predikanten, die sympathie hebben voor het werk van den Geref. Zendingsbond.

Vooral door den arbeid van onzen ijverigen secretaris, Ds. Beekenkamp, en den steeds vaar­ d digen Redacteur van sAlle den volcke» Ds. van Ingen uit Harderwijk, bloeit onze Ger. Zendtogsbond. Onze zendingsfeesten slaan in. Onze kring van vrienden breidt zich uit. Een gunstig zendingsterrein wacht ons. Onze a. s. zendeling staat gerüd om uit te trekken. Een onderwijzer staat naast hem om mee te gaan Een tweede zendelhigkweekeling wacht. Een arts zal volgen.

En dan hooren we weer:

En nu dat voorbij is nu komt Os. Lingbeek en gaat zeggen: heel dat gedoe van die geref. dominés met die spreekbeurten van den Geref. Zendingsbond is eigenlijk nergens anders voor dan om elkaar beroepen te bezorgen, bizonder in de steden.

Bah!

En dan moet men weten, hoe het gaat.

In de steden!

Neen, daar zullen de confessioneelen wel voor zorgen.

In Den Haag wel een confessioneel, maar geen Bondsman ; in Amsterdam dito: wel een man als Ds. van Schouwenburg of Ds. ter Linden, maar geen man als Ds. Bieshaar of. Os Beekenkamp.

In Rotterdam? Ds-Goslinga niet — wel een confessioneel.

In Leiden ? Liever Dr. Plooy dan Ds. van Dorp....

Wat moet de vijand nu van zulk een stijd onder de broederen zeggen?

Is het niet rechtvaardig, als de Heere den last der verdrukking nog zwaarder gaat maken over ons en onze Kerk, totdat we eindelijk saam naar de gereformeerde waarheid gaan vragen, om saam t te wandelen in de wegen des Heeren?

We moeten meer, méér slagen nog hebben.

Neen, ons is niet de victorie.

­ Als de Heere het niet verhoedt, zijn we den ondergang nabij.

Die ellendige broedertwist

Dat van verre blijven staan, waar men aan elkanders zijde gevonden moest worden...

»Verdeel en heersch!» zegt de duivel.

En Gods Gemeente weet het van ouds dat het moet zijn:

Al ziet, hoe goed, hoe lieflijk is 't, dat zonen Van 't zelfde huis, als broeders, samen wonen.

Verheffend is de strijd niet, die op zulk een wijs gevoerd moet worden. Toch verheugen we , er ons in, dat de Gereformeerde Banier nog steeds omhoog gaat; en vooral de broederlijke toon aan het slot van deze apologie geeft hope voor betere toekomst.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 maart 1913

De Heraut | 4 Pagina's

Uit de Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 maart 1913

De Heraut | 4 Pagina's