GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ons goed recht erkend.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ons goed recht erkend.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hetgeen Minister Cort van der Linden in zijn Memorie van Antwoord schreef naar aanleiding van de bezwaren, door sommige voorstanders van het openbaar onderwijs ingebracht tegen de voorgestelde herziening van Artikel 122 der Grondwet, toont wel, , hoe ook in vrijzinnige kringen allengs het goed recht van onzen schoolstrijd erkend is geworden.

Tégenover de bewering, dat de Overheid geroepen is voor de volksopvoeding te zorgen, stelt de Minister-dat de opvoeding der kinderen in de eerste plaatS^ de' taak der Gliders is. ïHet is' een beginsel, zegt hij, dat weinig tegenspraak vindt en in het Burgerlijk Wetboek uitdrukkelijk wordt bevestigd. De Staat kan derhalve regelend en aanvullend optreden, niet echter de taak der ouders overnemen. De Overheid, het onderwijs ter hand nemend, verschaft dezen ouders bijstand om hun eigen taak te vervullen, .zooals 's lands belang dit eischt.

Wordt hiermede het beginsel toegegeven, waarvoor we steeds, hebben gestreden, dat de opvoeding de taak der ouders is en de Overheid bij het vervullen dier taak slechts bijstand te verleenen heeft, niet minder opmerkelijk is hetgeen de Minister zegt over het bezwaar, dat bij Christenouders tegen het onderwijs van Overheidswege gegeven bestaat. Hij erkent, dat dit bezwaar volkomen gewettigd is, swaar voor een groot deel der natie het neutraal Overheidsonderwijs niet is o-vereen te brengen met dé taak der ouders, zooals godsdienst 'en geweten dit voorschrijven. Men heeft dan ook erkend, dat de vrijheid der ouders om het onderwijs voor hun kinderen zelven te bepalen, niet kan aangetast worden zonder gewetensdwarig uit te oefe­ g nen. Maar al erkende men die vrijheid, men verleende haar eenerzijds beperkt door Staatstoezicht en men dwong anderzijds de ouders als belastingbetalende burgers tot instandhouding-van een onderwijs, voor hen onbruikbaar en alleen voor een ander deel der natie bevredigend. De Overheid zeide: gij zijt vrij, maar gij bekostigt uw onderwijs en tevens dat van uwe medeburgers. • Deze ongelijke verdeeling van lasten wordt door de voorstanders van het bijzonder onderwijs gevoeld als een onrechtvaardigheid. Zij, die strijd voeren voor het openbaar onderwijs, zegt de Minister, omdat dit beter is in hunne oogen, vergeten, dat zij een strijd, die alleen beslist kan worden dóór geestelijke wapenen, beslecliten ivillcn door staatsdivang."

Scherper veroordeeli'ng van hetgeen de liberalen vroeger op onderwijsgebied gedreven hebben, is wel niet denkbaar.

En eindelijk, de Minister verklaart, dat subsidieering van het bijzonder onderwijs niet voldoende is, maar ^dat de onrechtvaardigheid alleen kan worden weggenomen door algeheele financieele gelijkstelling.

»De Regeering acht het duidelijk, zegt hij, dat subsidieering van het bijzonder .onderwijs geen vrede kan brengen. Subsidieering kan de onrechtvaardigheid verminderen, niet opheffen. Door subsidieering toe te laten, heeft men het beginsel prijsgegeven. Men geeft daardoor aanleiding tot het dilemma: óf er is geen onrechtvaardigheid in de vrijheid der school zonder meer; op welken grond geeft gij dan ondersteuning uit de openbare kas? óf die onrechtvaardigheid is ér wel; waarom zijt gij dan slechts - ten deele reclitvaardig ? Alleen algeheele financieele gelijkstelling is logisch en alleen zij kan vrede brengen".

Voor deze uitnemende woorden zijn wij den Minister dankbaar. De algeheele financieele gelijkstelling van ons Christelijk onderwijs begeeren we niet als een aalmoes, maar als" een erkenning van ons goed recht ".uit de handen der llegeering te ontvangen. En Bat niet een christelijk, e b l v b a e e ilBMlMMMi maar een vrijzinnig Ministerie zoo volmondig en onbewimpeld dit goed recht erkent, is wel een der schoonste overwinningen, die in den schoolstrijd kon behaald worden.

Tegelijk moge dit ons moed geven om t op den ingeslagen weg voort te gaan. M Een halve eeuw geleden was het nog w schier ondenkbaar, dat een liberaal minis­ e terie zóó zou gesproken hebben. Het is te v danken aan oris aanhoudend protest tegen het. onrecht ons aangedaan, dat ook bij onze tegenstanders allengs de conscientie b is gaan spreken en' de billijkheid van onze klacht is ingezien. Groot is de kracht der waarheid, - zeiden reeds de oude Romeinen, en zij zal ten slotte overwinnen. Laat ons, daarop vertrouwende ook op het gebied van het Hooger Onderwijs den strijd voor vrijheid van het onderwijs voortzetten. Een strijd, die alleen beslist kan worden door geestelijke wapenen, mag niet door staatsdwang beslecht worden. Het is dat gulden woord van den Minister, dat we niet moede zullen worden telkens te herhalen, totdat de vrijheid voor heel het terrein van het onderwijs veroverd is.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 september 1916

De Heraut | 4 Pagina's

Ons goed recht erkend.

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 september 1916

De Heraut | 4 Pagina's