125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 227
nieuwe benoemingen
226
tot opvolger van Schilder te Kampen te benoemen.32 Berkouwer zelf voelde daar echter niet voor, zo deelde hij directeuren op hun volgende vergadering mee.33 Als argument verwees hij naar de vakken die hij te Kampen zou moeten gaan doceren (thetische dogmatiek, ethiek, filosofie en encyclopedie). Een benoeming aan de vu daarentegen, voor de vakken zoals de theologische faculteit had voorgesteld (hermeneutiek, apologetiek en symboliek), zou hij wel aannemen.34 Als dit anders zou komen te liggen, en als hij overtuigd zou zijn dat het belang der kerken zijn aanwezigheid te Kampen vorderde, was hij bereid dit ‘offer’ te brengen. ‘Deze overtuiging bezit hij evenwel niet.’35 Voor de vu-bestuurders was dit geen reden terug te komen op hun afwachtende houding. Zij achtten het niet verstandig een benoeming te Kampen ‘bij voorbaat te verijdelen nu die maatregel zou beoogen om het kerkelijk conflict gunstig te beïnvloeden’.36 Curatoren wilden het zekere voor het onzekere nemen en alle schijn van manipulatie of beïnvloeding vermijden. Althans voor de buitenwereld. Ingewijden wisten al lang hoe de kaarten lagen. Op 8 augustus besloot de synode de dogmatiek op te dragen aan prof. dr. K. Dijk. Het werd aan de volgende synode overgelaten een nieuwe hoogleraar in de dogmatiek te benoemen.37 Daarmee was de weg vrij om Berkouwer aan de vu te benoemen.38 Zijn leeropdracht omvatte het onderwijs in de hermeneutiek, de apologetiek (‘onder welk vak geacht kan worden te vallen de geschiedenis der nieuwere theologie’), de symboliek ‘of in andere, eventueel daarvoor in de plaats te stellen of daaraan toe te voegen vakken’.39 Hiermee waren de meest acute zaken voor wat betreft de theologische faculteit geregeld. De aandacht van de besturende colleges ging voorlopig naar de andere faculteiten. In de tweede helft van 1949 veranderde dat. De bestuurders hielden zich bezig met het emeritaat van Hepp en de faculteit vergaderde over haar toekomst.40 Op de faculteitsvergadering van 9 december 1949 deelde Aalders mee dat hij per 1 oktober 1950 zijn emeritaat wilde aanvragen. Hij maakte van de gelegenheid gebruik de Amersfoortse predikant N. H. Ridderbos voor te stellen als zijn opvolger voor wat betreft de leeropdracht voor het Oude Testament.41 De zaak werd voorspoedig en conform de wensen van de faculteit afgewikkeld. 42 Voorts werd – in verband met het naderend emeritaat van Hepp – gesproken over een
Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 226
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Historische Reeks | 550 Pagina's
![125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 227](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/historische-reeks/125-jaar-faculteit-der-godgeleerdheid-aan-de-vrije-universiteit/2005/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Historische Reeks | 550 Pagina's