125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 453

noten hoofdstuk 6

452

len ook het studentenleven diepgaand hadden beïnvloed, zodat de uitgave uiteindelijk tot stand kwam zonder de goedkeuring van Fides Quaerit Intellectum als zodanig. Bovendien kwam deze eerste uitgave niet in de handel. Later verscheen er alsnog een handelseditie. K. Schilder nam in een particulier schrijven afstand van deze analyse, op een voor hem kenmerkende wijze. Zie hierover Van Staalduine, Om de lijn der Afscheiding, 196-199. 3. Zie zijn Inleiding in de zielkunde (Kampen 1926). 4. Toekomst, 11-12. 5. Berkouwer, Zoeken en vinden, 73-74. 6. Toekomst, 12. 7. Toekomst, 12. 8. In mijn bijdrage over het conflict rond Geelkerken leg ik de nadruk op de ‘frontier-mentaliteit’ van de gereformeerden, die een deel van hun cultuur was geworden. Zie ‘Dr J. G. Geelkerken’, in: Harinck, De kwestie-Geelkerken, 61-62. In de jaren dertig mag daarbij het culturele klimaat gevoegd worden als stimulerende factor. 9. Naar een boek van Bavinck met de titel: Mensen rondom Jezus (Kampen 1936). 10. Toekomst, 13. 11. Hiermee refereerde Bavinck aan de discussie over de ziel was losgebarsten. Zie hieronder. 12. Toekomst, 15. 13. Toekomst, 16. 14. Voor het volgende zie men Stellingwerff, De vu na Kuyper, 185-201. Zie van dezelfde D. H. Th. Vollenhoven (1892-1978). Reformator der wijsbegeerte (Baarn 1992). Voor Dooyeweerd zie men M. E. Verburg, Herman Dooyeweerd. Leven en werk van een Nederlands christen-wijsgeer (Baarn 1989). 15. J. Waterink, De oorsprong en het wezen van de ziel (Wageningen 1930). 16. A. Janse, De mensch als ‘levende ziel’ (Culemborg z.j. = 1934) 14. 17. Harinck, De Reformatie, 250-251; Stellingwerff, Vollenhoven, 109-110. 18. Deze polemiek was voor Vollenhoven geen reden hierover op college te zwijgen. M.J. Arntzen, die in 1938 aankwam, vertelt hoe deze stof uitvoerig door Vollenhoven werd behandeld. Zie M. J. Arntzen, Een theologenleven in woelige tijden (Barneveld 2004) 38. 19. Archief directeuren, Ingekomen stukken, 25 januari 1934, van De Vries aan Hepp (no 172a, afschrift aan president-directeur H. Colijn). In die brief wordt verwezen naar een samenkomst van studenten op 20 oktober 1933. 20. Archief directeuren, Notulen, 17 februari 1934. 21. Archief directeuren, Notulen, 17 maart 1934. 22. Archief directeuren, Ingekomen stukken, 4 april 1934, van De Vries aan Colijn (bij no 172a).

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 452

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen