Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 37
Rede gehouden bij de aanvaarding van het ambt van Hoogleeraar in de faculteit der Letteren en Wijsbegeerte aan de Vrije Universiteit te Amsterdam
38
HERACLITUS met de h e m eigen scherpte van de
TroXvftxbivi ge-
tuigde : „Veelweterij
leert
niet verstand
ze het Hesiodus geleerd
hebben en Pythagoras, en wederom
Xenophanes en Hecataeus." En
te hebben; want dan z o u
1 5 4
)
toch hem, dien de philologie meer is dan dat, die tracht
in te dringen in den geest der oudheid, o m te bewonderen de gaven van verstand en hart, die G o d in Zijne genade n o g liet, maar ook o m te zien, hoe de natuurlijke mensch is verijdeld geworden in zijne overleggingen, en hoe zijn onverstandig hart is verduisterd geworden, dien is ook deze wetenschap eene gave G o d s , die hij naar zijn vermogen zal gebruiken. V o o r alle wetenschap
is kennis der oudheid noodig. A u g u s t i n u s ' mystiek
kan niet verstaan worden zonder P l a t o , en P l a t o niet zonder kennis van het G r i e k s c h ; w i e de historie der Oeconomie goed wil
beoefenen,
vangen.
moet
bij X e n o p h o n en A r i s t o t e l e s
E n nu z w i j g ik n o g van astronomie,
aan-
mathesis en
medicijnen! M a a r de philologie is meer dan eene hulpwetenschap: ze is de wetenschap van het menschenverstand. Wie voor heeft,
iets daarvan goed
inziet, M . H . , die z a l zijn H o m e r u s niet
ter zijde leggen,
of zijn Sophocles
omdat hij hem niet meer noodig
wegbergen,
wijl hij zoo zwaar is o m
te begrijpen; hij z a l , zooveel hij k a n , willen genieten v a n de schatten
die G o d s
gunste
gaf, en i n dat alles Zijn
grooten
N a a m verheerlijken. M . H . ! Ik b i d G o d , dat H i j mij geve iets er toe bij te mogen
dragen, dat G i j zoo de wetenschap
leert
verstaan. En
G i j , M . H . studenten in de philologie! G i j draagt een
eerenaam, ook a l w o r d t die eer U wellicht door menigeen niet benijd. Beminnaars van den logos genoemd te worden, is eene onderscheiding, die niets van haar waarde verliest, wijl bij PLATO QiXoXcyix niet zeer veel verschilt van het Latijnsche loquacitas,
1 5 5
) of wijl niet bedoeld wordt, dat G i j alleen met uitslui-
ting van anderen den logos zoudt liefhebben. Z i j het mij dan vergund, o m v o o r mijn deel met U mede te werken, opdat i n de toekomst onze naam niet slechts in waarde stijge.
eervol
blijve, maar ook
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 september 1904
Inaugurele redes | 69 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 september 1904
Inaugurele redes | 69 Pagina's