GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1907-1908 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 187

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

177 nevclstof

Hieruit vloeit, meent LAPLACE, met grootc waarschijnlijk-

heid voort, dat eindelijk alle nevelvlekken door condensatie in eenti of in meer sterren veranderd worden.

Zoo ontstaat dus, zegt onze

schrijver, uit de nevelvlek door steeds toenemende verdichting de door een nevel, eene uitgestrekte atmosfeer, omringde zon, en het onderzoek der verschijnsels, die het planetenstelsel aanbiedt, heeft mij ook tot het aannemen eener dergelijke zon geleid, gelijk men in do laatste aanteekening achter dit werk zal zien.

Zulk eene merk-

waardige overeenkomst, langs t w e e tegengestelde wegen verkregen, geeft

aan het bestaan van zulk een vroegeron toestand onzer zon,

nl. als een lichtende kern, omgeven door een uitgebreiden nevel of dampkring, eene grooto mate van waarschijnlijkheid. De boven vermelde laatste of zevende aanteekening achter de „Exposition du système du monde", waarheen LAPLACE verwijst en waarmede wij ons nu zullen gaan bezig houden, begint met de opmei'king, dat men, ten einde te kunnen opklimmen tot de oorzaak der primitieve bewegingen van het planetenstelsel, op de volgende vijf verschijnselen moet letten : a. dat de bewegingen der planeten in denzelfden zin en ten naasten bij in eenzelfde vlak plaats hebben ; h. dat de manen zich in denzelfden zin bewegen als de planeten ; c. dat de aswentelingen van zon, planeten en manen alle in denzelfden zin plaats hebben als hunne revoluties of omloojien, en bovendien in vlakken, die bijna samenvallen; d. dat do excentriciteit der loopbanen van dwaalsterren en satellieten zeer gering i s ; e. dat de loopbanen der kometen zeer uitmiddelpuntig zijn en hunne hellingshoeken alle mogelijke waarden bezitten. Voor zoover ik weet,

zegt LAPLACE verder, was GEORGE LOULS

LECLERC BUFFON (1707—1788) de eerste, die getracht heeft tot den oorsprong van planeten en satellieten op te klimmen. Hij onderstelt, dat eene komeet, tegen de zon vliegende, er een stroom van stofdeeltjes uit heeft gerukt, welice deeltjes zich op grootere en kleinere afstanden van de zon tot bollen hebben vereenigd, die later door aflcoeling donker en vast zijn gewoi-den. Wijl deze hypothese echter alleen

het verschijnsel, onder a vermeld, kan verklaren, en, gelijk

onze schrijver het

onder

uitvoerig betoogt, de overige vier niet, ja zelfs m e t

d vermelde, in

flagranten

strijd is, is zij geheel onvol-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1908

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 202 Pagina's

1907-1908 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 187

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1908

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 202 Pagina's