GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1920 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 57

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

51 geen celleer. Doch wijl de overeenstemming zeer verschillend zal uitvallen al naar wat men als principium divisionis neemt, moet dit laatste eerst vastgesteld. Met geometrische begrippen begint men hier weinig: de praemorphologie van HAECKEL met haar indeeling naar symmetrische en asymmetrische lichamen bleek een mislukking in zooverre het verwante uiteen werd gerukt en 't ver uiteen liggende in één groep kwam. De biologie vergt dus een eigen indeelingsprinciep. Dit is in eerster instantie de statische vorm van de vergelijkende anatomie; de systematiek op dezen grondslag opgetrokken is zuiver morphologisch, wordt vergemakkelijkt do')r verschillende correlaties van kenmerken (b.v. herkauwers hebben steeds een gespleten hoef), en mag de embryologie eerst dan te hulp roepen, wanneer haar eigen middelen niet voldoen, daar de uitgegroeide vormen over't algemeen constanter zijn dan de manieren van hun ontstaan. Haar methode is niet analytisch : de indeeling van 't begrip „dier" leert niets aangaande de verschillende typen en hun aantal, zooals b. v. uit 't begrip „regelmatige veelhoek" enkele gegevens zijn af te leiden over de mogelijke soorten die daaronder ressorleeren. De methode der biologische indeelirg is die van het „ordening schouwen." Dit kan alleen door abstractie, die in de statische systematiek slechts een denkmatig, niet zintuigelijk zien van 't algemeene in 't bijzondere is. Het d e r d e h o o f d s t u k (pg. 15-35) gaat over den cfy/ïam/scAe/z vorm. Hier komt 't worden in de systematiek. DRIESCH deelt als volgtin: 1. 't Formeele geworden zijn van't persoonlijk organisme(A). 2. De organische vorm in 't medium (B) 3. Samenvatting (C.) 4. Overerving en Pliylogenic (D.) A. 't Formeele geworden zijn van 't persoonlijk organisme. De vorm wordt door de invoering van den tijd tot vormencyclus. Men onderscheide systematisch-zuivere en -onzuivere processen, welke terminologie beter is dan die van HaCKELdie palinen caeno-genetisch tegenover elkander stelt; deze begrippen hebben immers eerst reden van bestaan in de phylogm^. De systematischzuivere embryologische processen hebben in bepaalde gevallen een buitengewoon logisch-systematische beteekenis: zij zijn zooveel als een zinnelijk beeld van de abstracte hoogere categorie van 't systeem, waarin eerst later de splitsing optreedt. DRIESCH ziet hierin de houdbare kern van de biogenetische grondwet. De abstractie is in dit geval dus niet zoo zuiver denk-matig als in de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1920

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 98 Pagina's

1920 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 57

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1920

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 98 Pagina's