GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Eene begrafenis onder de Gereformeerde Hollandsche Amerikanen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Eene begrafenis onder de Gereformeerde Hollandsche Amerikanen.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

II.

In mijn vorig artikel besclireef ilc eene begra, fenis onder ons iGrereformeerde volle van Hollandschen huize in N.-A. voor zoover bet de betreffende plechtigheid geldt in het sterfhuis verricht. Veronderstellende dat het kerkgebouw gebruikt wordt, wat dan?

Menigmalen, ja zeer zeker in de meeste gevallen, grijpt zulks daarin plaats. Heel anders dan met huwelijksplechtighf den. Sleshts bij uitzondering trouwt men in de kerk. En dat nog wel terwijl allerlei pronunciamentos van kerkeraden, Classes en Synod, e ten gunste van kerkelijke inzegening zijn uitgesproken. Maax met de begrafenis is dat juist andersom.

De kerkenorde der Chr. Geref. Kerk luidt in Art. 65: „Lijkpredikatiön of lijkdiensten zullen niet woerden ingesteld". Doch men onderscheidt tusschen bovengenoemde zaken en „het houden van toespraken in sterfhuis of kerkgebouw, en lijkpredikaliën".

Echter met de stipulatie erbij: „Het blijke dat de toespraak geen Dienst des Woords is, en dat de samenkomst van familie en vrienden in huis of kerkgebouw geen samenkomst der Gemeente is".

Misschien komt dat den lezers in Nederland wel een weinig voor als eene onderscheiding die erg fijn is. Men zij echter gerust gesteld wat aangaat het verschil in den aard der samenkomst bij begrafenissen. De plechtigheid wordt inderdaad onder ons verricht zonder oplegging van den zegen lii| het begin en zonder de benedictie aan het eiind©

Wel wat erger komt het te staan, vreezen we, wat aangaat het brengen van lijken in het kerkgeboiiw. Ten tijde van den „Terugkeer iu 1857 van het verlaten standpunt van 1849", zooals. wij dat hier uitdrukken, werd als één der grieven tegen de „Reformed Church" genoemd, dat men in haar toeliet dat lijken in het kerkgebouw werden gebracht.

Doch daarin is langzaam doch zeker een kentering gekomen. Reeds onze Synode van 1886 ver-klaarde deze zaak te behooren tot de middelmatige dingen, dus in zich zelf niet ongeoorloofd te achten. De Synode van 1888 verklaarde, of men het in de Gemeenten toelaten zou, zal , in het oordeel van den kerkeraad staan.

Welnu, de kentering is langzamerhand doch in' de meeste stadskerken volkomen ingetreden. Eerst' bracht men de lijken in het portaal van de kerk, als er een was. Toien achterin het gebouw. En ten slotte heeft men in de meeste stadskerken de usantie, tenminste in de laatste jaren in de meeste kerken, om het lijk vlak vóór den predikstoel, of liever het „platform" te brengen. Daar blijft het staan met de kist gesloiten, en soms ook geopend, gedurende de toespraak ot toespirakèn. En na afloop daarvan defileert men langs de kist om nog een laatsten blik te werpen opi het gelaat des overledenen. ...

Op het kerkhof zelf wordt slechts een kort gebed gedaan. Slechts in het mildere jaargetijde houdt men soms een korte toespraak 'bij .het graf.

En nu zal men misschien wel verwonderd vragen ïn het land der Vaderen, hoe toch deze „afloop der wateren", zooals het wellicht wordt genoemd, kon plaats grij'pen onder ons anders zoo conservatieve Gereformeerde volk in de Unie.

En als antwoord waagt schrijver dezes het om te verklaren dat dit zijns inziens 'eenigermate is toe te schrijven aan het" volgen van-het voorbeeld van andere kerken hier te lande. Voorbeelden, telkens en telkens in het oog vallend, trekken meer dan men zich soms zelf bewust is. Doch dat is eene verklaring die het geval niet geheel dekt. Ook wat de leer betreft is het in vele kerkengroepen onzes lands wel wat slap. En toch. durven - wij' beweren dat wij ons nog steeds trouw houden aan de leer der Vaderen. Ook al wordt ons Calvinisme maar slecht begrepen nier, en vaak eenzijdig voorgesteld. Neen, onzes bedunkens 'is het volgen van anderer voorbeeld in dezen grootendeels te wijten aan twee andere zaken. De eerst© is dat de behuizing van velen onzes volks vaak te klein is om de scharen te bevatten. Dat is een der hoofdredenen voor het voorkeur geven 'aan begralenisplechtigheden in ©en kerk.

En de tweede ligt voo-rzeker in ons Amerikaansche klimaat. Vandaar reeds bet boivengenoemde van een korte toespraak bij het graf „in het mildere jaargetijde". Feit is dat ons klimaat hier, evenals veel in ons volksleven en volksstreven, in extremen valt. In den zomer is het soms erg warm. Om dan lang buiten te staan rondom ©en geopend graf is niet zeer aangenaam. Doch, en vooral, in den winter is het hier menigmalen zeer koud. In Michigan heeft men maanden lang sneeuw opi den grond liggen. Verder het Westen in is het nog veel kouder. Om in winterweder lang op een kerkhof te staan is eenvoudig ondoenlijk. Vooral als men, naar gewoonte, onder het bidden het hoofd ontbloot heeft. Meerv dan één onzer oudere predikanten heeft onder vigueur van oude Hollandsche gewoonten zich een doodehjke koude-, en liever, letterlijk waar, een doo'dende koude, op het lijf gehaald.

En daarom is men onzes inziens vooral, en noodgedwongen, er langzamerhand toe gekomen om bij' begrafenissen in de kerk te vergaderen. Ook het steeds meer naar voren brengen van het lijk werd geinfluenoeerd door het bovengenoem-de. Doch, hoe dit ook zij — het grijpt in de meeste gevallen onder ons plaats zooals we nu verder zullen trachten te beschrijven.

Ter bepaalder tgd komt de lijkstoet aan bij het kerkgebouw, dat reeds min of meer gevuld is met eene belangstellende schaar van menschen van allerlei slag — kerkelijk meestal, dioich óók onkerkelijk — een goede gelegenheid gevend om straks het Evangelie te verkondigen, óók aan hen, die het anders slechts zelden hoore-n....

De kist wordt uit den lijkwagen genomen en de dragers dragen haar kerkwaarts. Vóórop gaiat de dienstdoende predikant. De kist wordt nu gezet ter aangewezene .plaats, menigmaal vlak vo-orhgitspreekgestoelte. - --'

De bloemstukken worden op artistieke wij'ze geplaatst op en boven en aan de-n voet zoowel als aan de zijden van kist en lijkbaar.

De predikant leest Schriftuurplaat& en voor — soms een geheel kapittel, misschien meestal, of eene reeks van allerlei uitgelezen: ^ te-ksten, precies zooals in het stertliuis. Er zij'n ^-allerlei boekjes daarvoor. Sommigen daarvan zijn door Presbyterianen of Episcopaten opgesteld — en er zijn keurige verzamelingen onder. Nu volgt-ëeri: gebed. Daarna menigm.alen ©en gezang do'or ©en of meer zanger ressen aangeheven, vaak een roierend en hartve-rhetfend geestelijk lied — ©en zoogenaamde „hymn".

Dan volgt tekstverklaring, gewoonlijk niet lang, en dan de toepassing - ervan — een toespraak, min of meer direct gericht aan de treurende nabestaanden. In - vele Engelsche kerken ziju die toespraken soms veel te eulogistisch. Het wordt zelfs verhaaldi van een man die onder de predikatie naar voren trad en het lijk nauwkeurig bekeek, en dat tamelijk lang. Toen de dienstdoende leeraar hem vroeg waarom hij zoo tegen de gewoonte inging, was het leuke antwoord: „Ik ..vyist niet of ik misschien op een verkeerde begrafenis was gekomen. Mijh. vriend hier werd zoo heel anders en veel gunstiger door U beschreven dan. ik had durven verwachten". Misschien is dit een legendarisch verhaal. Doch er is helaas wel eens grond voor geweest.

Onder ons volk is'men als regel ecliter nog tamelijk sober in die toespraken. Schrijver dezes heeft wel eens gevreesd dat ~ men in so^mmige gevallen te bang was voor watiauen noemt „menschenveirgoding'''. Eere toch aan wien, door Gods vrijle genade, eere to-ekoriit. Doch soberheid is zeker het veiligst. Alleen wat God zelf prijst is waarlijk geprezen. Ten slotte wordt in - de meeste gevallen nog een vermaanwoord gericht tot hen die nog geen bevel - gaven aan hun' huis om te sterven. (Tusschen twee haakjes, menig leeraar haalt Jesaja foutief aan door te spreken: „Bereid uw huis".) Soms treedt nog - een ander leeraar op. Heel enkel twee anderen, h.l. in het geval'van "doo-den die vooraanstaande perso-nen waren.

Meer dan eens wordt e-r nog een lied. door zanger of zangers aangegeven. Dan volgt een kort gebed'. Nu treedt de lijkbezorger naar voren. De kist, zoo die gesloten was, wordt opengedaan. De schare wordt uitgenoodig-d naar voren te treden om voor het laatste een blik te werpen op' het stoffelijk overschot. Meer - en. meer wordt het gewoonte dat de lijkbezorger of een zijner helpers aan het einde der banken staat om de menschen bank voor bank naar voren te doen treden. Geruischloos, plechtig, defileert men langs het lijk henen. De familie-, in de eerste banken gezeten, blijft zitten, toit de schare voorbijl is getro-kken en huiswaarts getogen, althans voor zoover men zich niet opstelt vóór het kerkgebouw. En nadat het Godshuis zoo goed als ledig is, werpen de nabestaan-den nog een blik op het lijk. Meer dan - eens een roerend afscheiid. Dan — de kist - wordt toe-gesloten. De bloemen uitgedragen. De dragers volgen, wederom voorafgegaan door den dienstdoende-n predikant.

Het lijk wordt in den lijkwagen geplaatst, 'en men begeeft zich per auto ke-rkho-fwaarts — in de orde dje men had in den optocht van 'sterfhuis naar kerkgebouw. Op het kerkhof gekomen is de groeve gereed. Doch zij gelijkt als regel weinig op de graven die m-en vroeger had op onze begraafplaatsen. Over 'den grond die uit de grafstede kwam is een tapijt, op gras gelijkend, met de bloemstukken er op, en er rondom. Langs de zijden van het graf zelve is een groen kleed, aan alle zijden, zoo-dat men de aarde niet ziet. Rondom liet graf ©en dergelijk kunstmatig tapijt. „Men wil het verschrikkelijke van het graf bedekken voor het oog", zoo niompelde en mompelt soms nog ©en ouder geslacht. „Men wil - den rouwdragenden het smartelijk afscheid zoo zacht mogelijk maken; ze hebben reeds zoovéél door te staan", zoo redeneert men meest. Schrijver dezes treedt hier niet op-als scheidsrechter of beoordeelaar, doch slechts als besohrijVer van wat er plaats vindt onder ons. Op kunstig© wijze, door middel van katrollen, laat men de kist slechts gedeeltelijk in het graf zakken.

Laat ik hier terloops bijvoegen dat in het graf zelf, op den bodem, het onderstuk staat vau een cementen of stalen kist, als omhulsel van de eigenlijke doodkist. En op dat omhulsel komt straks een deksel van dezelfde substantie, zoo-dat het lijk jaren lang niet door het water of iets anders van de buitenzijde af, woxdt aangeraakt. En nu, terwijl het bovenste gedeelte van de eigenlijike-lijkkist zoowat met den beganen grond gelijk is, treedt de dienstdoende predikant naar voren. Hij zelf of de lijkbezorger neemt enkele bloemen in de hand. Onder het uitspreken van „stof zijt gij", enz., worden de bloemen pp het deksel van de kist nedergeworpjeih. Diaarna volgt de zoogenaamde , , committal", - Gewoonlijk wordt met eene vaststaande formule het lijk toevertrouwd aan de aarde en Hem die zich no'emde de opstanding en het leven. Daarna een, meestal kort, dankgebed, tenzij' er, als bovengenoemd, soms nog een korte toespraak is, als het weder het toelaat.

En met een laatsten handdruk en betuiging van symp-athie aan de tr-e-urend© familieleden begeeft men zich auto-waarts en huiswaarts. Geen© begrafenis-maaltijden zooals in Nederland beschreven door Koetsveld en anderen, met al de , jgoed6 woorden" en, naar ons bescheiden inzieht, op-beschrij'vingen afgaand, soms onstichtelijk© tooneelen erbij-.: ..

Dei naaste familie-betre'kkingen alléén begeven zich terug naar het sterfhuis om wat verkwikkingen te gebruiken na de diensten die soms te samen twee tot drie uren duurden, Ook de leeraar gaat naar eigen woning terug. M-en laat de treurenden over aan den Groeten en Waren Trooster, om ze later eens te bezoeken en te wijzen op de dingen die Boven zijn.

Zóó ongeveer zijn de begrafenis-plechtigheden onder ons Hollandse-he Gereformeerde volk in de Vereenigde Staten, vooral wat onze stadskerken betreft,

In 'de hoop iets geleverd te hebben, dat helpt om ons volk hier betcir te doen verstaan, en misschien (durven we dat hopen? ) op-het een of ander punt te 'doen navolgen, in Nederland of Zuid-

HENRY BEETS.

Grand Rapids, Mich. 26 Oct. 1926.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 december 1926

De Reformatie | 8 Pagina's

Eene begrafenis onder de Gereformeerde Hollandsche Amerikanen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 december 1926

De Reformatie | 8 Pagina's