GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Iets over het beeid van Jezus in de moderne litteratuur.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Iets over het beeid van Jezus in de moderne litteratuur.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

door W. M. LE COINTRE.

IX.

Allereerst vraag, ik dan uw aandacht voor een zeer merkwaardig boek van den bekenden Italiaanschen selu'ijver fliovanni Papini, in het Nederlandsch vertaald under den titel: „De Christus", i). Dit is een bij zijn verschijning, in en buiten Italië, door duizenden bij duizenden met graagte gelezen wei-k over .lezus, van een man, die alle stadia van menschelijke vertwijtelina doorloopen heeft, als publiek Godloochenaar bekend stond en doior de ellende van den oorlog lieen, weer heelt leeren grijpen naar het oude Evangelie. Hij geeft nu in dit werk, in een reeks zeer korte, licM-leesbarc, hoiofdstukken, in naiiwe aansluiting aan den inhoud der Evangeliën, in eigen bewoordingen, een aanscliouwelijk beeld van het leven van den Christus en van Diens zending oaider de menschen. Hij wil do Christus-figuur voor het nu-levende geslacht a.h.w. tastbaar' uitbeelden, wat hij doet in een dichterlijksuggestieve taal. - )

Papini is Raomsch-Katholiek, maar wij rekenen hem tot de „grensgevallen", waarom wij hem in onze besprekingen gaarne een plaats inruimen: het specifiek-Roomsch-Katholieke is speurbaar, doch nergens bepaald storend.

In een woord vooraf „Aan den Lezer" zet Papini uiteen, wat hij bedoelt en zegt o.m.: „Geen enkele levensgeschiedenis van Jezus, ook al ware zij geschreven door een genie, dat alle vroegere schrijvers in grootheid overtrof, zou ooit schooner en volmaakter kunnen zijn dan de Evangoliën. De heldere soberheid der eerste vier Geschiedverhalers kan door alle wonderen van stijl en poëzie nimmer worden overtroffen.

Maar wie leest tegenwoordig de Evangelisten? En wie onder degenen, die ze ter hand nemeii, kunnen ze waarlijk goed lezen? " En daarom meent hij: „Om de verlorenen te redden moeten wij het oude Evangelie opnieuw vertalen. Opdat Jezus altijd in het leven der menschen tegenwoordig zij, is het allernoodzakelijkst dat men Hem van tijd tot tijd doe herrijzen, niet zoozeer om Hem in de kleuren van den dag over te schilderen, maar om met nieuwe woorden, met toepassingen op het heden, zijn eeuwige waarheid en onveranderlijke geschiedenis opnieuw voor te houden. Om de geschiedenis van de geschiedenissen over Christus te schrijven zoiu een ander boek, grooter dan dit, noodig zijn. Maar de meest gelezene en bekende geschiedenissen kunnen in hoofdzaak in twee afdeelingen gesplitst worden: die, welke dogr de geestelijkhei'd voor do geloiovigen en die, welke door mannen van wetenschap ten dienste der leeken geschreven zijn. Noch de oene, noch de andere kunnen hen bevredigen, die in een levensbeschrijving, bet Leven zoeken."

Als hij het dan heeft over de „Levens van ÏÏezus", , voor de vromen bestemd, zegt hij o.m.: „Alles te /amen, zijn het boeken voor degenen, die in Christus gelooven, dat is, in zeker opzicht, voor wie ze zouden kunnen missen. Er zijn ook enkele uitstekende, maar de leeken, de onverschilligen, de profanen, de artisten, zij die gewoon zijn aan de grootheid der antieken en de frischheid der modernen, zoeken die boeken niet, of laten ze, nauwelijks begonnen, ter zijde liggen. En iioch zijn het juist deze lezers, die moeten gewonnen worden, omdat zij het zijn, die Christus verloren hebbon en tegenwoordig den toon aangeven in de wereld, "

Bijzonder scherpe dingen zegt hij aan het adres van de geleerden, die er nog veel minder in slagen, om de zielen tot Jezus terug te brengen, „omdat zij meerendeels zelf behooren tot hen, die tot den waren en levenden Christus moeten worden teruggebracht. De meesten hmrner streven er naar den mensch in God aan to toonen, het natuurlijke in het wonder, de legende in de overlevering, en boven alles de interpolaties, de vervalschingen en de apocriefe plaatsen in de oudste christelijke letterkunde. Zij, die niet komen tot het loochenen van Jezus' bestaan, brokkelen zooveel als zij kunnen van de ons overgeblevea getuigenissen aJ en door middel van „aJs" en „maar", van beleefdheidsr en eerbiedbetuigingen, van twijfels en onderstellingen komen zij er niet toe stellige geschiedenis te schrijven, doch, .gelukkig, evenmin om den inhoud der Evangeliën te niet te doen. Zoozeer spreken zij elkander onderling tegen. Elk nieuw stelsel heeft ten minste de verdienste, dat het de voorafgegane tot niets herleidt. Bij slot van rekening doen die geschiedschrijvers met al hun snij-en ontleedgereedschap, met alle hulpmiddelen der tekst-kritiek, der mythologie, der paleografie, der archeologie, der Semitische en grieksche taalkunde, niets a, nders dan al kervende en slim bedriegend, de levensgeschiedenis van Jezus te verstuiven en te verwateren. Het meest logische besluit waartoe dit gebazel en die drukte leiden is dat Jezus nooit op aarde is verschenen, of, wanneer dit bijgeval toch waar mocht gOAveest zijn, dat wij - niets met zekerheid over Hem zeggen kunnen."

En zoo ga, at hij voort: „Het kwam den schrqver van dit boek voor, dat aan de duizendtallen van boeken, die het leven van Jezus verhalen, nog steeds het boek ontbreekt dat aan hen voldoening kan schenken, die in stede van dogmatische bewijzen of geleorde diepzinnigheden, voedsel voor hunne ziel zoeken: dat : geschikt is zoowel voor onzen tijd, als voor lederen lezer.

Een levend boek, wel te verstaan, dat Christus den altijd levende met meer aantrekkelijke levendigheid, meer levetld voor de levenden aanschouwelijk maakt. Dat Hem aan het tegenwoordige geslacht als eeuwig tegenwoordig doet gevoelen. Da.t Hem in geheel zijne levende en tegenwoordige grootheid — eeuwig en daarom ook actueel — aan hen voorstelt, die Hem veracht en verworpen hebben, aan hen, die Heni niet beminnen, omdat zij zijn ware aangezicht nimmer hebben, gezien."

En het resultaat? Zelf zegt hij er van: „De schrijver beweert niet dat het hem gelukt is een dergelijk boek : «m te bieden, ofschoon hij bekent er dikwijls over nagedacht te hebben: maar voorzoover hij er toe in 'ïtiiat was, heeft hij toch getracht het denkbeeld te ver\vezeiilijkon."

Tenslotte belijdt hij nog het volgende: „De samensteller van dit hoek heeft, jaren geleden, in een ander boek het treurige leven verhaald van. iemand, die op zeker oogenblik God wilde worden. Thans heeft hij in rijpheid van jaren "en ondervinding, getracht het leven Ie beschrijven van een God, die mensch werd."

Wat zijn atheïstische periode aangaat, getuigt hij: „iu dien zelfden tijd van koortsijling en hoogmoed, beleedigde hij, die dit schrijft, Christus, zoo-< ds slechts weinigen Hem vóór hem beleedigd hebben. .Nauwelijks zes jaren later — maa, r zes jaren van zwaren arbeid en verwoesting, zoo buiten, als binnen liem — na lange maanden van diep nadenken, van I nd(irbrekmg van een ander sedert jaren aangeva.ngen werk en als aangezocht en aangedreven door ©en kracht, sterker dan hij zelf, begon hij op eenmaal dit boek over Christus, dat hem nu een slechts onvolmaakte uitboeting van schuld toeschijnt. Het is dikwijls voc.rgokomcn dat Jezus door hen, die Hem tevoren haatten, later het vurigst werd bemind."

Eindelijk zegt hij: „... deze to.t Christus teruggekeerde mensch heeft ingezien dat Christus verraden en, erger dan elke andere beleediging, vergeten is. En in zich zelf heeft hij den drang gevoeld om Hem weder in lierinnering te brengen en te verdedigen."

Vei'gunt mij nog dit woord, waarin het beeld van den Heiland zoo fijn wordt geteekend: „Men zegt dat Christus de profeet der zwakken is, maar Hij kwam juist om den kwijnenden kracht te schenken en de vertrapten tot boven de koningen te verheffen. Men wil dat zijn godsdienst slechts goed zou zijn voor zieken ea stei-venden en Hij geneest juist de zieken en wekt de slapenden op. Hij zou tegen hst leven gekeerd zijn en orerwint den dood. Dat Hij de God der treurigheid ls, terwijl Hij de zijnen vermaant dat zij zich moeten verblijden en een eeuwig vreugdemaal belooft aan zijn vrienden. Zij zeggen dat Hij de droefheid en de versterving in de wereld heeft gebracht, maar toen Hij leefde, at en dronk Hij, liet zich de voeten en de haren zalven en haatte Hij de huichelarij en ijdele boetpleging. Velen hebben Hem den rug toegekeerd, omdat zij Hem nimmer gekend hebben. Voor dezen, in het bijzonder, is dit boek bestemd." ^)

Bij onze waardcering van dit werk, moeten wij dan ook voornamelijk met zijn hier-het-laatst geciteerde mededeeling rekening houden, maax, dat doende, is er veel te prijzen. Het valt moeilijk een keus te doen uit het, een VOO-bladziJden-tellend werk-zelf. Toch wil ik er U mee doen • kennis maken. Luistert eens naar het volgende, waarmee het hoofdstukje over „Capharnaum" begint:

„Tegen den avond, wanneer de zon, tot rusten uitnoodigend, gloedrood in het Westen nederdaalde^ leerde Jezus al deze zaken aan zijne Galileëers op de drempels der .witte huisjes, op de schaduwrijke pleintjes der steden, of aan het strand van het Meer, leunend tegen een aan wal getrokken schuit, de voeten rustend op de oeversleenen.

Velen luisterden naar Hem en volgden "Hem, omdat, zóoali 'Lucas zegt, „zijn woord van macht getuigde". Niet voor allen waren die woorden nieuw, maar nieuw was de mensch, die sprak en nieuw waren de warmte van zijn taal en het goe.de, dat zijn woorden uitwerkten, want zij kv/amen voort uit een hart en raakten de harten. Ook de nadruk, waarmede die woorden ge.sproken werden, wa.s nieuw; en nieuw was de beteekenis, die zij verkregen door dezen mond en de verheldering, die uitging van deze blikken. Nu was het niet meer de stem van den Profeet in de bergen, 'weergalmend in de dorre streken, ver-verwijderd van de menschen, eenzaam en op een afstand, zoodat men gedwongen was zich te verplaatsen, wanneer men haar hooren wilde. Deze is een Profeet, die, als mensch onder de menschen leeft, een vriend voor allen, die het zelfs goed meent met hen van wie niemand houdt: een makker, een welmeenende en vriendelijke gezel, die zijn vrienden opzoekt, die gaat zien waar zij zich bevinden, waar zij werken, die hen in hunne huizen bezoekt, met hen langs de bewoonde wegen gaat, aan hunne tafels eet en drinkt en, als het noodig is, den visscher bij het ophalen der netten de behulpzame hand reikt, en die voor allen, ook voor de droefgeestige^, de zieken en de bedelaars een goed woord over heeft." *)

Wij zouden niet gaarne alle beweringen van Papini voor onze verantwoording nemen, bepaalde bezwaren hebben wij rn.n. tegen de overheerschende richting, die hij uitgaat in het „Gebed tot Christus", waarmee hij jzijn beek besluit. Maar, voor de categorie der cnverschilligen, voor hen, die, naar eigen besef, met het oude verhaal vair Jezus al lang hebben afgerekend en die ge met geen mogelijkheid kunt brengen tot een .ernstig Schriftonderzoek, acht ik dit boek, juist van dezen auteur, van veel belang, Papini wil toch niets anders, dan (en die sterke drang is overal speurbaar) de igenschen brengen, terugbrengen tot. den Christus der Schriften, natuurlijk op zijne wijs, en daarover kunnen wij ons niet anders, dan, ondanks de bezwaren, die blijven, rn.n. in de fel-levende menschenwereJd onzer dagen, verheugen.


1) Giov. Papini, De Christus (Storia di Christo), Uit iiet Italiaansch vertaald door Ir J, , T. Weve. Teulings' Uitgevers Maatschappij, 's-Hertogenbosch. Do eerste oplaag verscheen bij Valecohi te Florence in 1921. Het voorwoord van de vertaling is gedateerd 1922.

2) Zie nader voor den persoon van Papini het Voorwoord van den Vertaler, pg. V, —IX.

3) Zie voor deze aanhalingen, passim Papini's „.\an den Lezer".

4) A. w. pg. 98/9.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 december 1928

De Reformatie | 8 Pagina's

Iets over het beeid van Jezus in de moderne litteratuur.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 december 1928

De Reformatie | 8 Pagina's