Samenwerking.

L

In onze dagen is de vraag over de samenwerking zeer nadrukkelijk aan de orde gesteld. Samenwerting van al wat den Christus der Schriften belijdt; samenwerking op zoo breed mogeliJK terrein. Sedert Stockholm en Lausanne is die vraag nog niet weer verdwenen itit het besef van de Christenheid.

Overal. Op het terrein van kerk en school. Van bannhartigheid en sociale en staatkundige actie.

En ook in de Evangelisatie. Ook hier dringt zich de vraag aan ons op, of we en hoe we kunnen samenwerken met anderen in het brengen van het Evangelie aan wat daarvan in dezen ontredderden tijd vervreemd is geraakt.

Hierbij staan twee uitersten diametraal tegenover elkaar.

ïn de eerste plaats zijn er, die geen fcerkeljjke 173 grenzen en kerkelijk onderscheid meer kennen schijnbaar, en liefst maar zouden zien, dat aJie Christenen zonder te vragen naar Kerk en kerkelijke grenzen samen al het werk der Evangelisatie zouden willen doen.

Aan de andere zijde zij, die ook in de Evangeliisatio elke aanraking en samenwerking met anderen ietwat angstig vermijden, en onder geen beding ook maar één keer samen willen optrekken.

Beide opvattingen zijn naar mijn meening uitersten. Het werk der Evangelisatie moet kerkelijk zijn. De Kerk moet het doen. De Kerk als instituut. Aan haar is opgedragen de arbeid van de prediking van het Evangelie, In eigen kring. In de Zending. En ook in de Evangelisatie.

Evangelisatie mag niet zijn het werk van een groep, een Vereeniging, een kring van geloovigen zonder opdracht van de Kerk. Daarom is interkerkelijke Evangelisatie niet de juiste weg. Geen Gereformeerde kan goedkeuren, dat b.v. een Vereeniging binnen haar kringen wordt opgericht, die het werk doet. En daarom is het evenmin goed, dat permanent samen wordt gearbeid door een opzettelijk daartoe opgerichte vereeniging, bestaande uit Christenen van verschillende Kerken.

Een geval als het inmiddels ontbonden Deventer kwartet was een uitzonderingsgeval. Het heeft gezegend geaibeid, maar is niet een model tot navolging.

Maar aan den anderen kant is het ook een uiterste, warmeer we als Gereformeerden nu meenen, dat men ook in de Evangelisatie nooit en nergens m^g samenwerken.

Want dan dwaalt men naar mijn overtuiging! Er is zeer wel te onderscheiden tusschen samenwerking in een daartoe opzettelijk opgerichte vereeniging of kring, die permanent evangeliseert in een plaats of streek, èn samenwerking in een actie, die slechts voor korten tijd ergens wordt gevoerd.

Bijvoorbeeld: in een Tentcampagne; een kermisweek; een opzettelijk georganiseerde avond in een groote zaal. Enzoovoort. Al naar de plaatselijke omstandigheden zijn.

Die Evangelisatie-actie draagt slechts een voorbijgaand karakter. En in haar is er voor aJl© Christenen en groepen, die den Christus der Schriften belijden, een gelegenheid, om samen op te trekken.

Dat heeft men onder ons sedert lang gevoeld. En hoe ongewenscht we het ook achtten, blijvend interkerkelijk te evangeliseeren, wanneer er gelegenheid was, zoo voor een paar dagen samen op te trekken, dan greep men ook van Gereformeerde zijde die gelegenheid gaarne aan.

Maar er begint hier en daar iets te kenteren. Zoo nu en dan verneemt men stemmen, die het pleit gaan voeren voor een andere opvatting en voor een andere wijze van doen.

Ook in die kortstondige Evangelisatie-actie niet meer meedoen.

Op ©en paar kerkelijk© vergaderingen is iets dergelijks reeds gezegd. In Friesland heeft men reeds gezegd, het afkeurenswaard te achten, mee te doen in een bepaalde Tent-campagne. Een Friesche Kerkbode schreef een artikel om te betoogen, waarom daar ter plaatse niet was meegedaan: de Kerk moet het doen.

Ik weet niet, of er voor de bepaalde actie ook nog een reden was gezien in den aard van het daar gebrachte Evangelie, dan of het adviseeren tot niet meedoen alleen gelegen was in de overtuiging, dat alle Evangelisatie-actie van de Kerk moet uitgaan, en dus nooit samengaan kan bestaan.

En als dat laatste het geval is, wat ik eigenlijk wel vrees, dan acht ik dat hier een meening zich begint baan te breken, die on® niet den goeden weg wijst.

Want voor een samenarbeiden bij een kortstondige actie gevoel ik zeer veel; onder bepaalde voorwaarden althans.

Mijn argumenten daarvoor hoop ik in een volgend artikel uiteen te zetten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen