GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT DE BUITENLANDSCHEKERKEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE BUITENLANDSCHEKERKEN

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Synode in Amerika wederom in zitting.

Over rotatie en „aanslagen".

Het is merkwaardig hoevele echo's van wat gehoerd wordt in Nederland — in den kring der Gereformeerde Kerken — in ónze kringen weerklinken. Zoo was er bij ons zoowel als in Nederland het vraagstuk aan de orde, of afvaardiging naar de Synode naar toerbeurt zou wezen, of niet. Reeds is er meer van dat „toerbeurten" onder ons dan in het land der Vaderen. De Synode van 1938 b.v. heeft naar men beweerde geen enkel deputaat die lid was der Synode van het vorige jaar. Zelfs zijn er Classes, die een besluit passeerden, dat zij niet tweemalen aaneen dezelfde depulaten mochten afvaardigen ter Synode. Er kwam echter verzet. Vandaar dat de zaak ter Synode ter sprake kwam. Classis Pella waarschuwde emslig tegen de zoogenaamde rotatie of afwisseling. Zeker onder de inspiratie van Ds I. van Dellen, die er ook in „De Wachter" tegen getuigde. OoJi van andere zijden kwam verzet. Er was een warm debat over de zaak. Onder anderen nam daaraan doel ouderling J. Verbrugge Sr, die afkomstig is van Wilnis. Hij bracht ter sprake, hoe eerst in de tweede helft der 18de eeuw, toen het kerkelijk leven almeer en meer inzonk, en men op „eerebaantjes" jacht maakte, men in Nederland begon met lifvaardiging en deputaatschappen naar toerbeurt. Doch dat bleek te zijn „een middel erger dan de kwaal". Ook de professoren llepp en Dijk werden aangehaald als bewerend dat tegen zulke rotatie of toerbeurten niet ernstig genoeg kon worden gewaarschuwd.

Men zal zich zeker afvragen wat de Amerikaansche Synode besloot. Zij passeerde een tweeledig besluit. Allereerst werd geconstateerd dat onze Kerkenorde in de Artikelen 41 en 50 de Classes niet verplicht tot een bepaalde methode in het kiezen van deputaten ter Synode. En in de tweede plaats, met het oog op het welzijn der kerken adviseerde de Synode tegen de „rotai^ meUiod" in het kiezen van afgevaardigden naar de Synode.

Of de tweede zaak waarover wij wenschen te schrijven in dit artikel ook een soort „echo" is van wat men in Nederland hoorde, betwijfelen wij. We hopen althans dat men daar geene behoefte heeft aan discussie erover. Wij herinneren ons ten minste niet, dat men daar, ten minste in de Gereformeerde Kerken, disputeerde over wat wij hier m Amerika — schrik niet — aanslagen, kerkelijke aanslagen, noemt. Daaronder verstaan wij verplichte bijdragen voor kerkelijke kassen. En wij gebruiken dien term „aanslagen" of verplichte bijdragen, (met het Engelsche woord „assessments"), .tegenover den term quota, , waaronder men verstaat een minder bindende bijdrage. D.w.z. wel een zedelijke verplichting, maar toch niet positief bindend, zoodat als men de quota niet betaalt, ze niet als „schuld" kan worden aangerekend. Wat wel het geval is met de assessments of aanslagen.

In de Christian Reformed Church rekent men als „aanslag" 'de bijdragen of collecten van de kerken, verwacht voor onze Theol. School en de Emeritus Kas. Maar .ten opzichte van de zending spreekt men tot hiertoe van een „quota". Dat is wel vreemd niet waar? Indien men in de Kerk van „schuld" kan spreken, dan betreft dat zeker de zaak en taak der zending. Sprak men al niet vóór 75 jaren m Nederland van „de eereschuld der zending"? De zending is in elk geval een zeer bindend iets, hl elk geval niet minder bindend dan verplichlingen omtrent de School der Kerken of hare Emeriti of Synode. Daarom, indien men toch dat woord „aanslag" wil gebruiken, we zien niet waarom men dat óók niet op de zending toepast. Zoo doen onze broeders der Protestantsche Gerefor^ meerde Kerken, die onder leiding van Ds H. Hoeksema een apart standpunt innemen. Het probleem der Algemeene Genade leidde hiertoe, iets waar we hier natuurlijk niet op ingaan.

Gezegde Kerken nu passen „aanslag" ook toe op de zending. Zoo lezen we in het „Kort Verslag" harer Classis, in zitting gedurende Juni 1938: „Besloten den aanslag voor Needy Churches te verhoogen van 6 tot 7 dollar per huisgezin... Besloten om door den president (der Classis) de kerkeraden te vermanen om zoo spoedig mogelijk den aanslag voor Zendingskas te betalen. De president doet dit onomwonden".

„Needy Churches", zooals elk die 'tEngelsch verslaat, weet, beteekent: „Hulpbehoevende Kerken". Wo hebben persoonlijk reeds jaren aaneen gewaarschuwd tegen de onschriftuurlijke, d.i. niet in de Heilige Schrift gevonden termen, aanslag of quota, en vooral tegen het onderscheid dat men maakte lusschen assessments en quota. En tot onze blijdschap besloot de Synode, wier handelingen we hier beschrijven, om eene commissie te benoemen om de zaak in studie te nemen. We zijn in elk geval dus een stap verder in goede richting, voor zoover Amerika betreft. Gelukkig Nederland, indien men zich niet druk behoeft te maken over iels dergelijks.

Toch kunnen we niet nalaten om onze bewondering uil te spreken dat de bovengenoemde Protestantsch Gereformeerden zeven dollar per gezin bijdragen voor hulpbehoevende kerken. Hoe staat het er op dit punt bij in Nederland? In elk geval zijn wij in de Christian Reformed' Church niet zoo vrijgevig. Hier is het lijstje van assess; ments en quota's, pas aangenomen door de Synode van 1938. Misschien dat men het in Nederland met belangstelling bcsludeeren zal.

Van de kerken verwacht men, per jaar, per gezin:

Voor Calvin College en Seminarie $ 3.00 Voor het Emeritus Fonds . . . . „ 1.75 Synodale onkosten „ 0.25 Kerkuilbreiding „ 1.50 Subsidie voor zwakke kerken . . „ 2.00 Indiaansche en China zending . . „ 4.03 Joden Zending „ 0.75 Kerkhulp (voor gebouwen, enz.) . „ 0.50 Zuid-Amerika steun „ 0.10

Wat de z.g.n. Inwendige Zending betreft, die de fondsen voor de bovengenoemde kerkuilbreiding en subsidie voor hulpbehoevende kerken beheert, zij is sterk gecentraliseerd. In een comité, waarvan de leden in of dicht bij Grand Rapids wonen. De Heidenzending bestaat uit afgevaardigden van elke onzer achttien Classes. Behalve drie leeken-deputaten. Een gewijzigd Reglement voor deze deputaten werd verschoven naar de volgende Synode. Wat ook het geval is niet het voorstel, om een zendingsveld in Nigeria, Afrika, over te nemen. Men weet zeker, dat onze kerk reeds zending drijft onder de Indianen in het Zuidwesten onzes lands, en in China. Wat laatstgenoemd land betreft, onze hoofdpost, te Jukao, Kiangsu provincie, boven Shanghai, zij viel in de handen der Japanneezen, verleden 19 Maart. Een duizendtal Chineezen, meestal vrouwen, vonden toevlucht en voeding in onze zendingsgebouwen, gedekt door onze Amerikaansche vlag.

Grand Rapids, Mich., 18 Juni 1938.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 juli 1938

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT DE BUITENLANDSCHEKERKEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 juli 1938

De Reformatie | 8 Pagina's