GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

BODEGRAVEN-BETHEL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BODEGRAVEN-BETHEL

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

We hebben ons al eens den toom van synodoeraten op den hals gehaald door te spreken over bezwaarden, die maar niet komen tot vrijmaking. We herinnerden aan het verhaal van 1 Kon. 13. Daar hooren we vam een profeet (Godsman), die des Heeren toorn liet spreken met profetisch gezag tegen het altaar der eigenwilligheid, dat Jerobeam daar had laten oprichten en ook zelf bediende. De Godsman had vanwege zijn Zender de opdracht gekregen, in dat eigenwilligheids-centrum niet te b 1 ij v e n, ook niet voor een smakelijken maaltijd; hij mocht zijn „weesgegroet" daar niet spreken, en geen gebed daar m e t de lieden bidden. Dat niet-blijven-willen in zoo'n haard van hiërarchische zelfhandhaving behoorde bij zijn boodschap: het wou zooveel zeggen als: een getrouw Godsman houdt het hier niet uit, want hij ontwijkt de duidelijke keuze.

Geen wonder — zegt het vleesch — dat één man, die ook profeet des Heeren was, doch al jaar en dag zelf wèl in Bethel „w o o n d e", in zijn wiek geschoten was. Foei, zoo'n ruwe daad. Hij begreep wei, dat die symbolische daad, die preek-voleinding, hem permanent beschamen zou. Eén van beide: hij moest zicb definitief van Bethel losmaken (vrijmaken van Jerobeams zonde, en dan was 't meteen gedaan) óf hij moest de klem van die preek van den rechtsomkeert makenden Godsman breken. En ras besloot hij tot dit laatste. Hij reed den man achterna en toen hij hem gevonden had, sprak hij: kom, kom, we zijn toch broeders? En kan er geen „wees-gegroet" af? En geen „sjaloom aleika", geen vrede-zij-u? En kunt u niet eens met mij bidden? Man, zóó komt er van de reformatie en van de eenheid der uiteen-gescheurde stammen Israels niets terecht: u lijkt wel een psychopaath, een monomaan, u lijdt ^.an een vrijmakingscomplex. Ga maar met me mee, en denk niet, dat ge 't beter weet, want: ik ben óók van het profetengilde, en ook ik heb openbaringen van Jahwe. Maar ik wil, hoezeer bezwaard, niet in het schuitje van U stappen. Is het hier soms de valsche kerk geworden? Toen bezweek de man Gods uit Juda. Hij ging mee. Hij sleep alzoo de scherpe punt van zijn preek zelf af, dineerde, en zei: wees-gegroet. En werd toen van een leeuw verslagen; en ostentatief liet de Heere zijn lijk op den weg liggen, ' opdat hij, zooal niet in de laatste uren van zijn leven, dan toch nog in de eerste van zijn dood, de preek zou afmaken. Welke preek? Dat vrijmaking het eenige antwoord is op hiërarchie, die macht néémt, en misbruikt.

Bethel en Bodegraven, wel, die hebben tegenwoordig meer dan de beginletter gemeen. Bij een Bodegraafschen uitgever verschijnt n.l. het orgaan, waarvan ds J. V. Bruggen in ons vorige nummer aankondiging deed.

We zouden een kolom kunnen vullen, zooal nu niet, dan toch later, met ferme citaten, contra de schorsingen (de schrijvers vergeten tot nu toe de definitieve afzetting; past dat nare woord niet in hun Bethel-protesten? ), en contra de binding en contra dit of dat.

Maar we hebben nog nooit een kerk zien bouwen of een secte zien breken door zaadjes-pikkers (bijbelsch woord, spermologen, uit Hand. 17:18). We zullen dus ons beperken tot de vraag: an dit blad ons helpen in het eenige, wat vandaag om en in het synodocratische kamp noodig is: .l. zuivere probleeriistelling? En dan: eke ering? Want men KAN zich immers alleen dan bekeeren, als men de feiten kent? En als men die niet anders wil geteekend zien dan ze zijn?

Helaas, dit blad zal tenslotte „den geest" van de kerkpolitiek van dr Ridderbos factisch te hulp komen als nooit te voren is geschied. Want, al is het bezwaard, het blijft precies vóór de grens der verboden zone van heden staan, en al zijn schrijvers — aangenomen dat het openingswoord hun geest ademt — zijn zóó bang, niet meer mee te komen met het allerlaatste schuitje, dat de reederij van dr Ridderbos in de vaart bracht, brengt, brengen zal of gebracht zal hebben, dat ze op de beslissende punten al zijn wisselende wachtwoorden naspreken.

Ook dat ééne: niet in het schuitje van K. S. stappen, en dus: niet vrijmaken — van zonden.

Natuiu-lijk is dat een niet geheel opklarende vertooning: de vrijmaking aandienen als het schuitjte van K. S. Want ofschoon dr J. Ridderbos wel in alle beteekenende oommissies der uitwerp-synodes heeft gezeten, en de uitwerping dus wel degelijk naar hém getypeerd moet worden, toch is de vrijmaking een daad van vélen, onder allerlei omstandigheid, via allerlei synodocratisch gemanipuleer, en in reactie op zeer onderscheiden handelingen. ^

Waarom neemt het Bodegravensch blad nu eens niet de prachtkans te baat, om J. R. en F. W. G. en A. G. B. W. en K. D. te smeeken: houd nu eens op, de zaak voor te stellen als een zaakje van één man? Gij hebt toch algemeene wetten gegeven? Stel nu eens de zaak van „eand. Schilder" aan de orde, die is een „naakt" synodocratisch geval? Of de zaak ds D. v. Dijk of van den toenmaligen ds Veenhof, beiden weggestuurd uit de synode? Waarom legt men in Bodegraven een deksel op het aangezicht door één zoo'n uitdrukking te bezigen?

Naast K. S. heeft b.v. S. G., pas in den Heere gestorven, op den preekstoel in Den Haag gestaan, 11 Aug, 1944. U was erbij, ds Dondorp, en hebt sinds die vier jaar erover kunnen nadenken, ook onlangs, toen U Greijdanus hebt hooren herdenken, waarom U niet met het schip van Greijdanus den hemel in woudt gaan? Het schip van Greijdanus — wel dat klinkt anders dan het schuitje van K. S.

Niet dat K. S. zich schaamt over de Acte van Vrijmaking. Maar hij geneert zich erover, dat hij wordt geïnviteerd tot een gebed met degenen, die nu al ser dert 1944 vrijwel niets anders doen, dan HUN voor ALLEN gegeven goddelijke wetten en regelen te vermommen als een noodverordeninkje voor EEN lastigen klant.

Zoolang Bodegraven zóó driikt, zal de eigenlijke Kamper schorser en afzetter, en dus kerkverdrukker, J. R., niet in droeven druk zijn, want Bethel drukt hem weinig druks: ze eten wel mee daar ginds.

En voor 't menu hebben ze al een prachtig ontwerp : niet in 't schuitje van éénman. Voelen ze nog niet, dat dat nu juist in Augustus 1944 de leus was: niet in 't schuitje van J. R., die toen den indruk vestigde, en 't sinds zoo liet, alsof zijn formules en kerkrecht-improvisaties Goddelijke wet voor allen zijn? Den Haag zei: geef ons het schip der kerk en niet het schuitje van J. R. Nu roept men in Bethel: niet in het schuitje van K. S. Maar als men werkelijk meent, nog op een kerk-schipte zitten, waarom laat men het dan sleepen door het schuitje van J. R.?

Indien de beeldspraak van het Eodegravensche orgaan zakelijk is, dan is de onze niet onzakelijk.

Teekenend is overigens uit autobiografisch oogpunt in het blad een opmerking, die we beter kunnen bewaren voor volgende week. K. S.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 31 juli 1948

De Reformatie | 8 Pagina's

BODEGRAVEN-BETHEL

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 31 juli 1948

De Reformatie | 8 Pagina's