Christus in Zijn lijden

Naar onze gewoonte moet de redacteur zijn eigen werk aankondigen. Zoo moge ik dan bij dezen de verschijning melden van den tweeden druk van het eerste deel van mijn „Christus in Zijn Lijden". We hopen, dat de andere deelen binnen niet te langen tijd kunnen volgen.

Reeds lang bestond het voornemen van den tweeden druk. Tijdsgebrek heeft eerst de nieuwe bewerking vertraagd, en de oorlog later. In mijn „duikadres" heb ik destijds langs omwegen de copie kunnen krijgen en ze toen onder handen genomen, met geen ander boek bij de hand dan de „Korte Verklaring". Maar toen ik een eindje op weg was, kwam er bericht van een razzia (gezegende ondergrondsche); papieren en kleeren en meer gingen in een groot zeil onder den grond (die er al spoedig wat over heen liet groeien) en na den oorlog hebben we de spullen weer opgegraven, de sporen van het vocht laten zich nog aanwijzen, en de tijd was al weer zooveel opgeschoten En nu is het dan eindelijk zoover.

Of de uitgave onveranderd gebleven is? Natuurlijk niet, want dan waren uitgever en schrijver allang klaar geweest met zetten en proeven corrigeeren. De copie is over heel de linie doorgezien, verbeterd, en ook wel aangevuld. De eerste druk bevatte in het eerste deel 464 pagina's; de tweede 584; en dit, terwijl de zetspiegel 'aanmerkelijk grooter geworden is, wijl het formaat vergroot is. In den eersten druk ontbraken de registers; die later door een zeer op prijs gestelde vriendelijkheid van den Heer J. v. Noort vervaardigd zijn en afzonderlijk verkrijgbaar geste'd. Thans zijn de registers voor elk deel in het plan opgenomen; hier vindt men dus een tekstregister (de niet met de vindplaats gemelde, maar toch verwerkte teksten zullen wel niet alle verslagen zijn, maar dat doet er niet toe), en een zaakregister. Ook Van e ke bladzijde wordt de hoofdzaak, in korte formule gebracht, vermeld in de inhoudsopgave. Papier en lettertype zijn door den uitgever prachtig verzorgd.

Het schrijven van dit werk, dat zijn ontstaan dankt aan het feit, dat wijlen de Heer J. H. Kok mijn (meen ik) eerste preek voor „Menigerlei Genade" (die te lang was) moest inkorten, en toen wel lezen moest, waarna hij besloot, me voor dit werk straks uit te noodigen, heeft destijds den auteur groote blijdschap gegeven. Er is sindsdien veel gebeurd in de were'd en in de kerk. Temeer tegen den achtergrond van dit alles was het mij thans een vreugde dit boek weer door te loopen en opnieuv/ in overweging te nemen. Voor mezelf ben ik overtuigd, dat het nu beter is dan den eersten keer. Het moge zijn weg weer vinden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen