GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Schijn-geuecht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Schijn-geuecht

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In zijn poging om tusschen Calvijn en den toenmallgen candidaat zijn eigen synode als beschermvrouwe der waarheid te doen fungeeren, haalt dr de Bondt ook nog dit citaat van dr v. d. L, aan:

„De eigenlijke kracht van den Heiligen Doop ligt voor Calvijn in het gebruik, dat de Heilige Geest ervan maakt, om aan ons hart te verzegelen, dat de schuld (reatus) geheel is afgedaan en de vernieuwing is begonnen".

Tot zooverre. Maar ook dit krisje moesten de paar vrijwel eenzaam overgebleven strijders voor de synodocratische rapportendeugdelijkheid, onder wie dr de B., maar inleveren als ondeugdelijk. Let maar weer op.

Dr v. d. Linde verwijst zelf naar C. R. 7, 425. Als dr de B. nu werkelijii Calvijn in zijn niet-meer-candidatelijkei/ingers gejisd heelt, dan heeft hij zichzelf móeten waarschuwen: pas op, man, dat gaat daar tegen het concilie van Trente en dus' tegen de roomschen (dat staat er bij v. d.» Linde trouwens eerlijk bij), en je kunt toch In het blad van praeses Berkouwer en praeadviseur Ridderbos niet met losse patronen schieten: het dilemma Greijdanus-Ridderbos is niet dat van Trente-Genève (zegt de B.) of Genèvè-Trente (rangschikt K. S.).

Maar neen — dr de B. laat zich ongewaarschuwd het citatenwinkeltje in-en uitgaan.

Daarom' moeten wij er even In, voor de controle. Nu, dezen keer zijn we erg gauw klaar. Calvijn laat eerst het roomsche „gif" zien, en. komt dan met zijn , , tegengif" voor den dag.

Eerst het roomsche „gif". Zóó luidt de bindende leeruitspraak van Trente:

„Als iemand loochent, dat door de in den doop meekomende (confertur) genade de schuld der erfzonde vergeven wordt, of zelfs beweert, dat (in onderscheiding van de concuplscentie. K. S.) datgene wat dan onze werkelijke en onze eigen zonde is" (de erfzonde, onze eigen erfelijke verdorvenheid dus) „niet algeheel wordt te niet gedaan", doch dat dit laatste slechts wordt besnoeid (gladgestreken, gladgeschoren), of alleen maar niet toegerekend wordt, dan is die veroordeeld.

Een goed student, J.V.-er, M.V.-er, herkent hier dadelijk de kwestie, die wordt aangeraakt in artikel 15 der Belijdenis. Daar wordt tegenover dit roomsche , , gif" geleerd, d^t de verdorvenheid van onze natuur, ons erfelijk gebrek „ook zelfs door den doop niet ganschelijk te niete gedaan is, noch geheel uitgeroeid". Op mijn peremptoir examen is mij daar nog naar gevraagd door de deputaten ad art. 49; men heeft toch in de buurt van dr de Bondt, in de classis Den Haag, hoewel ze daar in puren synodalen ijver, en in wetenschappelijke akribie, Feenstra hebben ontslagen als examinator, dit probleem ganschelijk niet outtrkoken aan het (wan dat was het in ónze dagen) vaste examen-répertoire? •

Hoe dit zij, Calvijn geeft nu zijn „tegengif". Waarom al dat lawaai om die bindende formules? vraagt hij, en waarom zoo'n anathema-geslinger ? Hier oen ik, zegt Calvijn; over dat leelijke woord „besnoeien" of „gladstrijken" — , , gladscheren" zullen we het maar niet hebben, zegt hij; daarmee hebben de Pelagianen Augustlnus EII willen opschepen. Maar wat de zaak zelf betreft: hier zijn we: Wij beweren inderdaad, dat HEEL de erf SCHULD in den doop waarlijk wordt weggenomen: tn dier voege, dat de overblijfselen der zonde, die nog in ons blijven, niet worden TOEGEREKEND. Natuurlijk bedoelt Calvijn: dat die algeheele vergeving geschiedt in het geloof, hetwelk den doop recht-geloovig doet gebruiken. Want hij voegt er aanstonds aan toe, dat hij, om de lezers des te beter te laten begrijpen wat hier in geding is, hen eraan herinneren wil, dat er tweeërlei genade is: immers a) de vergeving der zonde (rechtvaardigmaking), en b) de regeneratie (wedergeboorte = heiligmaking) wordt ons daarin schrik nu niet, dr de B., AANGEBODEN (offertur). Die, rechtvaardigmaking (a) nu geschiedt ineens, die heiligmaking (b) doorloopt een proces. Catechisatiewijsheid dus.

En als nu dr de B. eens op dat woord „AANBIEDEN" gelet had (en dat mag men toch na 5 jaar preekstoelbescherming van hem verwachten, want het begrip Is essentieel bij Calvijn) dan zou hij zijn tragische vergissing hebben „geradeerd" (besnoeid, gladgestreken, gladgeschoren). Missoliien wel „ausradlert".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 september 1949

De Reformatie | 8 Pagina's

Schijn-geuecht

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 september 1949

De Reformatie | 8 Pagina's