GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„Doleerend”.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Doleerend”.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Soms kan men de stelling hooren verkondigen, dat de vrijmaking vsm 1944 een noodgedwongen, t ij d e - i ij k e breuk was; en dat de kerken, die daarna als vrijgemaakte te boek stonden, in feite niet anders waren dan doleerende kerken tegenover niet-doleerende.

Dit is in strijd met de nuchtere werkelijkheid.

In 1944 heeft ieder zich hooren verzekeren, dat alle besluiten van een synode bindend waren, en dadelijk bindend, en binnen het kerkverband onvoorwaardelijk bindend, omdat wie ze in strijd achtte met Gods Woord en belijdenis en kerkenordening, ze tóch moest uitvoeren, of anders eruit loopen. We hebben met de stukken aangetoond, dat deze ongereformeerde nonsens schriftelijk vastgelegd, en dit dwaze dilemma bindend opgelegd is, en komen er niet op terug: men kan wel wit zwart noemen, maar dat „wit-zwartschema" bekoort niet.

Toen moesten we ons vrijmaken van zeer bepaalde besluiten; de uitdrijvers verklaarden toen: als u er niet uitloopt, dan zetten we u eruit. Ze deden alzoo, en ze bevalen bovendien een ieder, alzoo eveneens te handelen.

Daarmee waren we dus gebracht in een andere positie dan die menschen, die binnen een bepaald (en wat de personen betreft ongebroken) verband, of tegenover de overheid, , , doleeren" of „klagen" (zich beklagen) over een hun aangedaan onrecht. Wij hadden ons vrijgemaakt op enkele zeer bepaalde punten, maar toen werden we op ALLE punten en over HEEL de linie van den ambtsdienst uitgesloten door een onbevoegde instantie.

Met andere woorden: toen waren wij gedwongen, óf ons te laten verstrooien, óf te zeggen: nu is aan óns opgedragen, de bestaande op bekende accoorden gesloten kerkelijke samenleving voort te zetten.

Dat laatste deden we; want we hadd§n doodgewoon ons gehouden aan de formulieren.

Het was dus geen afzonderlijk klagende positie b i n-

nen „het oude" verband, maar een voortzetten van het oude verband, maar dan nu zonder zijn eigenmachtige schenders en verkrachters.

Het was óók geen „klagen" (doleeren) tegen de overheid, om gebouwen of zoo, want we hielden ons recht doodgewoon vast. En we deden geen moeite om 4e processen, die in 1886 verloren zijn, nog eens aan de orde te stellen.

Het was ook geen in ons plan t ij d e 1 ij k e breuk met de heengegane, d.i. van de accoorden zich los makende personen. We stonden precies zoo ervoor als vóór 1944: we hadden den plicht en de roeping tot het zoeken van eenheid met allen die met ons op éénzelfden bodem willen staan.

Dat is ook dadehjk uitgesproken. Er is ook naar gehandeld. We begonnen met de Chr. Gereformeerden. Op hun antwoord wachten thans wij; misschien straks zij dan weer op het onze; in elk geval: we zijn bezig. Anderen hebben eveneens de aandacht.

De synodoeraten hebben natuurlijk óók de aandacht. Het ongeluk is evenwel, dat zij nog pas bezworen hebben, dat ze met ons niet MOGEN staan op denzelfden grondslag: de onze was kettersch en revolutionair. We herinnerden ons, dat zij die het zeiden, wel vaker improvisaties hielden, in den vorm van rapporten en zoo, die niet te handhaven waren, maar gopd, we moesten toch met de feiten rekenen. Toen ze dus zeiden: eens praten? zeiden we: best. Maar dan even een paar zinnetjes op papier zetten: nog geen half velletje, waaruit bUjke, óf praten zin heeft, m.a.w. of ge uw kersversche eeden toch niet heelemaal zoo ernstig meent, als we wel moesten denken.

Een ieder weet, dat ze die paar regels schrift niet wilden geven. Wat natuurlijk aan ónze bereidheid niets afdoet, zoodra zij weer eens wilden overgaan tot het schrijven van dat halve velletje papier, nog maar va»> , deputaten!

Maar nu moet niemand, die de feiten niet meer ziet, achteraf zeggen: het was maar een tijdelijke breuk. Want dat is nooit gezegd. Hoe lang het duren moet, eer kerkverbandverbrekers en grondslagveranderaars zich veranderen, weten we niet. Soms gebeurt het; meestal gebeurt het nooit.

De vrijmaking was eerst negatief: niét niét dat besluit aanvaarden. dit, en

Daarna werd ze positief: toen men geen vrij-•making duldde, en geen doleerende kerken, doch die vervloekte en uitsloot, toen werd de vrijmaking positief: een blijmoedig, wijl niet eigenwillig, aanvaarden van \iet erfgoed der voorgaande' geslachten. Voorspellerskunstjes haalden we niet uit: , , het is maar tijdelijk": dat moet de Heere beslissen.

En inplaats van te doleeren met Rachel (die haar tranen almaar blijft vergieten. Gen. 35, Jer. 31, Matth. 2) willen we nu eens met Israël en Sara gaan lachen: noem het kindje niet Ben-Oni, doch Ben-Jamin en Izaak, zoon van den lach. We zijn geen doleerende maar juichende kerken; en wie niet het positieve meer ziet, die moest maar daarover doleeren. Wij allen moeten doleeren, maar dan over onze zonden. Niet over ons recht en plicht.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 25 februari 1950

De Reformatie | 8 Pagina's

„Doleerend”.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 25 februari 1950

De Reformatie | 8 Pagina's