VU Magazine 1974 - pagina 425

m

magazine

pen de dupe worden van een vermindering of een ombuiging van de groei. Wanneer er een relatieve of absolute produktievermindering optreedt zal de overheid er een regulerende taak bij krijgen op die punten waar zulks tot sociaal onaanvaardbare consequenties leidt. De overheid zou zich kunnen inspannen om 'maatschappelijke kostencalculaties' ingang te doen vinden en daar zelf ook gebruik van kunnen maken. De verslechtering van ons leefklimaat is nooit in het nationaal inkomen of de economische groei verdisconteerd geweest. Het is zaak methodes te vinden om de kosten te berekenen van zaken als wateren luchtverontreiniging, gebruik van grond en groei van de bevolking en van die berekeningen een goed gebruik te maken. Er zullen maatstaven dienen te worden ontwikkeld om de kosten van economische groei vast te kunnen stellen. In die maatstaven zullen ook toekomstige kosten moeten worden opgenomen. Het is reeds te lang gebruik geweest dat latere generaties de gevolgen moesten dragen van het optimisme van voorgaande generaties. De overheid zal zich tot taak dienen te stellen een ieder te stimuleren zich bezig te houden met een nieuwe basis voor ons voortbestaan. Het zal tot een herwaardering van onze prioriteiten moeten komen, zodat een eerlijke(r) verdeling tot stand kan worden gebracht van wat beschikbaar is. Impopulaire maatregelen zullen daarbij waarschijnlijk onvermijdelijk zijn. In het bewustzijn van haar verantwoordelijkheid zal geen overheid zich meer door korte termijn electorale overwegingen mogen laten leiden. Bij velen bestaan twijfels omtrent de effectiviteit van het overheidsapparaat. Waar nodig dient het apparaat te worden aangepast om sneller, efficiënter en slagvaardiger te kunnen functioneren om de groeigrensproblemen te kunnen keren. Anderen vragen zich af of de overheid wel in staat moet worden geacht de problemen tot een oplossing te brengen. Zij wijzen daarbij op de toenemende belangenvervlechting tussen overheid en bedrijfsleven, die tot een voor de samenleving als geheel ronduit gevaarlijke besluitvorming aanleiding kan geven. Een wederzijdse afhankelijkheid van overheid en bedrijfsleven valt inderdaad niet te ontkennen. De overheid heeft het bedrijfsleven nodig omdat het de produkten levert die de overheid zelf niet produceert en omdat het werkgelegenheid schept. Anderzijds heeft het bedrijfsleven baat bij een gunstig investerings- en belastingenklimaat en heeft het de steun nodig van de overheid als het gaat om de financiering van zeer geavanceerde technologische projecten. Wat er echter ook is af te dingen op de effectiviteit en de onafhankelijkheid van de

overheid, zij is niettemin het aangewezen orgaan om alle acties aangaande een nieuwe aanpak van economische groei en welvaart te coördineren en te initiëren. Daarbij valt te denken aan initiatieven om te komen tot een meer reële berekening van onze welvaart. Aan maatregelen om een rechtvaardige verdeling van minder snel greiende of zelfs verminderende materiële welvaart te bewerkstelligen en aan maatregelen ter vergroting van ons welzijn. De overheid zal zich moeten bezinnen op mogelijkheden voor de bevordering van een nieuwe milieumentaliteit bij de individuele burgers. Onderwijs en vorming zullen daarbij een strategische plaats kunnen gaan innemen. Ook het wetenschappelijk onderzoek zou zich, meer dan tot nu toe, moeten richten op de grensproblematiek. Tenslotte trachten we aan te geven welke de rol van de overheid zou kunnen zijn op structureel niveau. Het sturen van onze huidige groei in een andere richting zou een grote mate van centralisatie van beslissingen kunnen vergen. Dat kan strijdig zijn met de wens om tot meer inspraak, meer democratisering, te komen. De burgers hebben het recht te beslissen over die zaken die niet per se op het hoogste niveau afgehandeld behoeven te worden. Het is mede aan de overheid hiervoor concrete mogelijkheden te scheppen. De keuze tussen een vrije of een geleide economie is in feite reeds gemaakt. De overheid rekent het zich reeds tot taak zorg te dragen voor een goede planning. Waar het vooral om gaat is dat er totaalplannen ontwikkeld worden. De planning van de industriële ontwikkeling, de ruimtelijke ordening, de gezondheidszorg, het verkeer en het onderwijs zijn veel nauwer verweven dan in het verleden wel werd verondersteld. Een verandering in de economische groei zal ongetwijfeld ook leiden tot een benadrukking van de activiteiten in de publieke sector. Het is waarschijnlijk dat de overheid daardoor, nog meer dan nu reeds het geval is, de functie van 'collectief ondernemer' z&l moeten gaan vervullen. Verder kan geconcludeerd worden dat er behoefte is aan een vaststelling op het hoogste niveau van 'spelregels' voor de produktie. Kiest men voor een zekere mate van concurrentie, dan zal de overheid als regulator op moeten treden. En tenslotte zal het waarschijnlijk wel op het niveau van de nationale regeringen zijn dat een beleid voor de aanpak van de grensproblematiek zal worden uitgestippeld. Een wereldregering is voorlopig nog een illusie. Waar nationale overheden wel naar zouden moeten streven is de instelling van internationale organen met een bepaalde deeltaak, maar dan tve/met uitvoerende bevoegdheden. Een voorbeeld zou kunnen zijn een internationale Rijnbeheercommissie, met de bevoegdheid bindende regelingen op te stellen en deze tot uitvoer te (laten) brengen.

Zij heeft't (op z'n frans) reeds gezien! Geef mij maar een goede machine, diegemakkelijk werkt en waar je verder geen omkijken naar zult hebben...

Stencil - Offset en wat daarbij behoort aan reproductieapparatuur. Overtoom 25-Amsterdam Telefoon 020-180901

griep? nisylén

't zijn druppels 't is plantaardig

helpt!

39

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen