GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Acta van het Zending-Congres - pagina 114

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Acta van het Zending-Congres - pagina 114

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

96 overige in eetwaren en huishoudeliike dingen '), en 100 daarenboven, indien zij in eene vreemde taal predikten. Een predikant op Amboina ontving in waarde / 2320 en in de Mohikken ƒ 2370 a / 2380 voorts was geene bezoldiging beneden de ƒ 2000. 2) Sinds 1738 werd onder de pre-

ƒ

;

dikanten van Batavia nog boven hun gewone tractement jaarlijks 2250 Rijksdaalders meer gegeven uit ') de interessen van een gedeelte der nalatenschap van den Heer Jubels. Bovendien waren de schriftelijke en mondelijke beloften der Compagnie, aangaande de eere, waarin zij de predikanten gehouden wilde hebben door hare ambtenaren, vrij vele. Maar dit alles kon niet baten om ,,deugzame en bekwame predikanten of proponenten" te krijgen, ..die genegenheid hadden het Evangelie aan de zuchtende Kerk in het Oosten te verkondigen." '; In 1781 beliep het gewone tractement f 'ill'i baar geld en bovendien 288 pond boter (HoU.) a ƒ 115; •144 kan Zecgwijn ü f 108. In 1787 kregen de predikanten voor den Zecgwijn 120 Rijksdaalders in 't jaar of IG vaten bier: '24 kan olijfolie il f 27; 48 kan azijn k f 14.40; 06 pond waskaarsen a f 81.60; '/j last rijst ;i f 360; 6 pond specerijen a f 39 60; drinkwater (3 stuivers daags) i f 54; 18 vademen brandhout a /' 152.50, Wel is waar ontbrak het ook hier niet aan klagers, die zeiden, dat er geen verhouding was tusschen loon en werk, tusschen uitgave en inkomste (die ook vaak uit natuurgaven z. a. rijst enz. bestond, welke vaak hoog getaxeerd werd). Zelfs heeft de Kerkeraad van Batavia bij de N -Holl. Synode aangedrongen bij de HH. XVII verhooging van tractement te vragen, opdat de predikanten ook wat voor den ouden dag zouden kunnen oversparen. Maar hierop is door de N. H. Synode van 1754 terecht geantwoord: „wel eenen goeden uitslag dienaangaande te wenschen, maar daarom niet te kunnen accordeeren, dat schaarschheid van tractement verachting over den heiligen dienst en de voortplanting van het Evangelie kan brengen, dewijl de dienst van den Zaligmaker en de Apostelen, hoe veracht en armoedig naar de wereld, desniettegenstaande zeer voorspoedig en gezegend is geweest. En wat aangaat de zorg, om een kleinen stuiver voor den ouden dag op te leggen, dat men daaromtrent de vermaning van den Zaligmaker wel diende in acht te nemen, van niet bezorgd te zijn tegen den morgen, dewijl de morgen voor het zijne dat ook het vertrouwen geloovig dient zorgen zal, geoefend te worden, omtrent hetgeen de man van Gods zaad betuigt, dat hij nooit den rechtvaardige heeft zien verlaten, noch zijn zaad zoekende brood: dat men wel wil toestemmen, dat een arbeider :.ijn loon waardig is, en dat de gewichtigste diensten de mildste belooningen eischen maar dat ofschoon de loon voor den dienst, die men aan het Koninkrijk van Christus bewijst, hier niet groot is, dezelve echter naar toezegging van onzen grooten Heere, namaals zeer gioot zal zijn in de hemelen." Bovendien was het tractement voldoende, als alle weelderigheid werd afgesneden. ') Het weduwenpensioen beliep voor Batavia f 428 en de Buitenbezittingen een groote / 50 minder. ') Voor uitrusting naar Indië kon den predikant zells tot f 1000 gegeven worden.

;

De Kerken

Nederlanden konden niemand Maar wat weerhield dan de Dienaren des Woords, om naar Indië en onder de Heidenen en Mohammedanen te gaan? Zeer zeker sommiger liefde tot het vaderland en de familie, alsmede de vrees voor de zee; maar meer dan deze lagere beweegredenen moeten voor de ijverigsten gegolden hebben. Ook de behandeling, die de predikant en op schepen van de kapiteins hadden te verduren, en de vrees, van gerekend te worden tot dezulken, die om slecht gedrag naar Indië gingen, kan enkelen afgeschrikt hebben. Zwaarder moet bij de besten gewogen hebben de moeielijkheid, om de Indische

dwingen

in de

om

te

gaan.

te leeren, maar vooral de willekeur, waarmee zij van de eene plaats naar de andere konden gezonden worden, of ook wel onverhoord

talen

geschorst en afgezet door de politieke ambteTernauwernood kon dan een leeraar naren. zich soms in een vreemde taal uitdrukken en tot Mohammeda^nen en Heidenen spreken, of zij werden elders heen verzonden naar eene plaats, waar hun de aangeleerde taal niet baatte en ze dus een nieuwe moesten beginnen te leeren.

')

En wat

de schorsing en ontzetting betreft, de kwaden konden er soms langer voor bewaard blijven dan de trouwen. Een enkel voorbeeld. In 1626 ging de predikant ('andidius naar de Molukken. Hij vond er een zeer gedeformeerd Christendom bij hoogere en lagere ambtenaren. Ieder hunner bijna had zijne bijzitten. Had Candidius' voorganger deze zonden door de vingers gezien, (als de Gouverneur in de Kerk was, mochten de 10 geboden niet gelezen worden), Candidius deed anders. Met ijver be.strafte hij het kwaad en trachtte het te verdrijven. Maar den Gouverneur beviel dit niets. Nog in hetzelfde jaar zond hij den leeraar naar Batavia, onder beschuldiging van meesten. ,, Diezelfde landvoogd," zegt Hofstede, ') „wiens ergerlijk leven den voortgang van hei nieuw opluikende Christendom onder heidenen en Mohammedanen merkelijk verminderde, vergenoegde zich niet met een enkel predikant te vervolgen, maar ook als een andere Ismaël, zijn ') BalJeus klaagt 11. H'2 hierover sprekende van eenen predikant, B. Heyting, die ,.in t Malabaarsch goede diensten te zijner tijd gedaan zou hebben, nu met een slinger op (lale geworpen, alwaar nu inplaats van zijn Malabaarsch te onderhouden, van nieuws zal moeten Cingaleesch leeren, 't welk beklaaglijk, verdrietig, ellendig en zeer nadeelig is voor Gods Kerk; deze wegrolling der dienaren heeft zoolang geduurd op die plaats, dat het buicen twijfel haast den hemel zal verdrieten, want zoo mag men nu met recht en reden leeren zeggen:

Oleum 2)

et

operam

LI. bl.

107.

perdidi."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890

Abraham Kuyper Collection | 142 Pagina's

Acta van het Zending-Congres - pagina 114

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890

Abraham Kuyper Collection | 142 Pagina's