GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Pers.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onder de Pers nemen we ditmaal uit de Boodschapper een schrijven van Ds. Sikkel op, door hem gericht tot hen, die in de kerk van 's-Gravenhage op het punt staan toegang tot het heilig Avondmaal te zoeken.

Dit schrijven luidt aldus :

In deze weken, waarin het borgtochtelijk Hjden van den Heere Jezus Christus weder aan zijne Kerk, die Hij met zijn bloed gekocht heeft, verkondigd wordt, bereiden velen van de gedoopte kinderen der Gemeente zich voor, om belijdenis des geloofs af te leggen, en straks voor de eerste maal in hun leven aan het Heilig Avondmaal des Heeren dood te verkondigen en de gemeenschap. met Christus en zijne Gemeente te eten en te drinken.

Bijzonder werden in deze dagen mijne gedachten daarbij bepaald, en zwaar woog mij de verplichting op de ziel, die naar mijn ambt op mij rust, om deze jongelingen en jongedochters, om hunne vaders en moeders te bezoeken on met hen over deze gewichtige zaak te sprikta, h«B te vermace» «H te waarschuwen, dat zij toch weten mogen, wat zij doen, en in ; .. , ; .« w^^zij den toegang tot het Heilig Avondmaal zoeken.

Sommigen van hen zijn mij bekend, daar ik hen ccnigen tijd in de catechisatie mocht onderwijzen. Anderen echter, en immers het grootste gedeelte, zijn mij geheel onbekend. Hoe zal ik hen, ontmoeten? En waar vond ik den tijd, om met hen naar den eisch der zaak te spreken? Ik bedoel hier hen. die niet naar den regel onzer Gereformeerde Kerkenorde, maar overeenkomstig de Reglementen der Synodale Organisatie tot het Avondmaal willen komen.

Toch zal hun bloed ook mede van mijne hand geeischt worden. En het is onder deze overtuiging, dat ik met innig smartgevoel over de breuke Sions, waardoor dienstknechten van Christus Jezus zelfs tegenover hun mededienstknechten moeten optreden, geen anderen uitweg ziende, aan de redactie van de Boodschapper vriendelijk verzoek, deze regelen te willen opnemen. Ik doe dit onder gebed tot den Heere, dat Hij dezen eenigen weg, welke voor mijn oog overblijft, niet sluite, en dat Hij zijnen belijders, die de Boodschapper lezen, hunne roeping doe gevoelen, om deze woorden, door de liefde Christi gedrongen, onder de aandacht van de betrokken jongelingen en jongedochters benevens van hunne ouders en voogden te brengen.

Daar ik in mijn verzoek aan de Boodschapper bescheiden moet blijven, kan ik slechts zeer kort zijn.

Allereerst dan moet ik herinneren, dat het H. Avondmaal een sacrament is van het Genadeverbond. Wie belijdenis af wil leggen, bedenke dit. Hij mag niet bedoelen, door die belijdenis Jid te worden van een menschelijke vereeniging, van een menschelijk genootschap, maar hij moet bedoelen te erkennen, te aanvaarden Gods Verbond, tot hetwelk het zaad der kerk reeds van de geboorte af behoort, waarom het dan ook gedoopt is en met alle kinderen Gods in eenig heid des waren geloofs tot het Heilig Avondmaal hihoort te komen. Wie belijdenis des geloofs af wil leggen, die verklaart daarmee dan ook den God des Verbonds als ssijn God te belijden en in gemeenschap te willen leven met allen, die van Gods Verbond zijn, d.i. met zijn Kerk, met zijn volk, met al Gods kinderen in eenigheid des waren geloofs. Wie niet het afleggen van geloofsbelijdenis iets anders bedoelt, die wil op een menschelijk genootschap de rechten overbrengen van het Genadeverbond! Het Heilig Avondmaal is een sacrament van het Genadeverbond. Niets anders.

2. Wie belijdenis des geloofs wil afleggen, om tot het Heilig Avondmaal te komen, die heeft er dan ook op te letten, met wie hij tot het Avondmaal nadert, met wie hij de gemeenschap des Genadeverbonds zoekt. De eerste vraag is niet: bij welken predikant ga ik ter Avondmaal, maar in welke gemeenschap. Het sacrament is geen teeken en zegel van de gemeenschap tusschen u en uw predikant! Dit is een neer onheilig misbruik! Neen, het Sacrament is teeken en zegel der gemeenschap van het Genadeverbond, d. i der gemeenschap tusschen u als bondgenoot en den Drie eenigen God, en daarom ook der gemeenschap tusschen u en hen met - wie gij ter Avondmaal gaat. Gij aanvaardt met het Heilig Avondmaal de gemeenschap met alle pi e dikanten, die onder denzelfden regel Avondmaal houden Gij aanvaardt daarmee de gemeenschap met allen die die naar denzelfden regel ter Avondmaal worden toegelaten. Gij erkent geheel die gemeenschap als de ge meenschap van het Verbond der Genade. En allen, die uit die gemeenschap zijn uitgesloten door afzetting of tucht, die erkent gij als iiitgeslotenen uit de gemeenschap van het Genadeverbond Daarom waarschuw ik u, om des Verbonds wille, dat gij niet het Heilig Avondmaal zoekt, volgens de Reglementen der Synodale Organisatie. Dan toch treedt gij door de voordeur in de gemeenschap met verachters en verwerpers van het Genadeverbond, die door de achterdeur binnenkomen, en gij maakt u mede scliuldig aan de verbreking der gemeenschap met zoovele kinderen Gods. die door dezelfde Regie menten, welke u toelaten van het Avondmaal zijn uitgesloten. Die Reglementen bedoelen ook volstrekt niet u toe te laten tot het tweede Sacrament des Ver bonds, maar tot een godsdienstige plechtigheid, waar aan ieder zijn eigen verklaring geven mag - Dit is de aanranding en verkrachting van de instelling van Christus, en daarom, wie aldus onwaardig eet en drinkt, die eet en drinkt zichzelven een oordeel, niet onderscheidende het Lichaam des Heer en.

Vraagt gij: «Maar hoe zal ik dan heiiiglijk Avondmaal houden ? " Wij antwoorden u, dat gij van de belijdenis des waren geloofs bij uw medeavondmaalgangers verzekerd behoort te zijn, eer gij hun den schotel met het gebroken brood en den drinkbeker als teeken der gemeenschap aan het lichaam en bloed van Christus kunt toereiken. En daarom behoort gij den toegang tot het Avondmaal slechts te vragen bij zulk een kerkeraad, die van alle Avondmaalgangers instemming met de belijdenis des waren geloo / s eischt, en aan niemand die deze belijdenis aflegt en haar met zijnen wandel niet weerspreekt, het sacrament wei gert. In de harten lezen kunt gij niet; maar van de belijdenis des Genadeverbonds behoort gij verzekerd te zi(n Wij wenschen met een innig verlangen der ziele met allen, die van de Kerke Christi zijn. Avondmaal te vieren, doch slechts onder deze voorwaarde. Opdat het Verbond Gods niet ontheiligd worde, en zijn toorn nier over de gansclie Gemeente worde verwekt. (Zie Catech. Zond. 30. Vraag 82).

Wacht u voor den eersten stap! 5, . Zoo gij volgens de Reglementen der Synodale Organisatie tot het Avondmaal toegelaten wilt worden, moet gij openlijk gehoorzaamheid beloven aan de verordeningen der Nederl. Herv. Kerk.

Ik bid u toch, voordat gij in zulk een gewichtig oogenblik uws levens hiertoe besluit, dat gij bedenken moogt, wat gij doet.

Zegt gij: Ik versta onder de - Dverordeningen der Ne derl. Hervormde Kerk" niets anders dan de eenigewet t/ge Kerkenordening, loélke door onze gadvreezende va deren in de wettige Nationale Synode, het laatst in 1619 is vastgesteld en daarna nimmer op eenige wettige wijze is veranderd-" dan ben ik het geheel met u eens, en heb ik tegen uwe belofce geen bezwaar, daar deze Kerkenordening alle besluiten, welke, in strijd zijn met Gods Woord, ongeldig verklaart. Maar dan volgt hieruit ook onmiddellijk, dat gij den kerkeraad, die zicii aan deze Kerkenordening houdt, als' uw wettigen kerkeraad behoort te erkennen, en aan dien ker keraad toelating tot het Heilig Avondmaal behoort te vragen welke u, naar uw recht, gewis zal worden toegestaan, onder de voorwaarde van belijdenis des geloofs.

Erkent gij echter een kerkeraad die deze eenige wettige Kerkenordening en allen die haar volgen ver werpt, en zich aan de onwettige Reglementen der Synodale Organisatie houdt, zoo erkent gij daarmee ook die Reglementen als de verordeningen der Kerk, en belooft gij gehoorzaamheid aan die Reglementen.

Zult gij dat beloven? Moogt gij dat beloven?

Kent gij die Reglementen? En indien niet. moogt gij .dan maar lichtvaardig zulk eene belofte afleggen? o. Ik zelf deed het ook eenmaal! Niemand waar schuwde mij. Maar daarom juist op grond van eigen ervaring, gevoel ik mij gedrongen en verplicht, u ernstig te waarschuwen: Leg deze belofte niet af, zonder goed te weten wal gij doet.

Die Reglementen zijn onwettig. Zij zijn middellijk oorzaak van al de ellende, in deze eeuw over onze kerken gekomen. Zij handhaven tegelijk het geloof en het ongeloof. Zij dwingen tot erkenning der ongeloovigen in de Kerk Zij dwingen des Heeren dienstknechten tot zonde. Zelfs zonder onderzoek kunt gij dat aan schouwen in de vele ongeloovige predikanten, valsche leeraars, die krachtens die Reglementen immers ongehinderd in de Hervormde Gemeenteri kunnen pre diken. Zij dwingen u, oin alle ongeloovigen in Ne derland als wettige Avondmaalgangers te erkennen.

Zij dwingen tot uitwerping van allen, die voor het recht van Gods Woord in de Kerk opkomen.

Zult gij dan die belofte afleggen in de ure, waarin gij belijden gaat den Heere als uw God te erkennen en te gehoorzamen? o, Doet het niet! Komt niet voor Gods aangezicht met een leugen in uwe rechterhand 1 Gij doet het niet ongewaarschuwd! Veel zou ik hier nog kunnen bijvoegen; maar ik moet mij beperken.

Mocht de Heere dit weinige gebruiken, om u te brengen tot een heilig onderzoek voor zijn aangezicht.

Zij het u te doen om God en om zijn Verbond. Dan zult gij iiTimers mij niet verachten, maar dit woord overwegen. Om Gods wille. Om zijn Kerk. Om uzelven.

En zoo u wijsheid ontbreekt, begeert ze van Hem, die mildelijk geeft en niet verwijt.

De Heere verheerlijke zijn Naam! Aan zijn Genade bevele ik u.

Uw Dienaar om Christus' wille n J C. SIKKEL w Dienaar des Woor ds in de Nederduitsche Hervormde (Gereformeerde) ge? neenie te V Gravenhage, 's-Gravenhage, 14 Maart 1889. h

Op dit schrijven vestigen we daarom de aandacht, omdat het o. i. een eerste teeken van leven is voor de bewerking van wat achterWéef.

Dat tijdelijk aan wie niet ineêging niet veel te doen viel, lag in den aard der zaak. Niet alles kan opeens geschieden. En zoolang men zelf zijn tente nog moet opslaan, valt er zooveel te organiseeren en te beredderen, dat het alle kracht uitput.

Vooral waar het aantal Dienaren zoo klein is.

Toch is het verblijdend, dat er nu reeds een teeken van leven kwam. In de dorpen was dat reeds meer gezien. Maar in de grootere kerken deinsde men terug voor de massa.

Ds. Sikkel deed daarom een goed werk. Slechts moeten we vragen, vvaarom ging dit stuk niet van den kerkeraad uit ?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 april 1889

De Heraut | 4 Pagina's

Uit de Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 april 1889

De Heraut | 4 Pagina's