GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Zending.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zending.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Zending de maatschappij.

Nadeel en winst.

II.

Gelijk we zagen, is gewoonlijk het eerste saamtrefïen van zending en handel allesbehalve voor den bloei der eerste bevorderlijk. Toch is in onze dagen dit saamgaan niet ontwijkbaar.

Nu ligt echter de schuld van zooveel kwaad als vaak wordt gesticht, niet alleen bij den handelaar. Ook de regeeringen hebben schuld. Ja geen zoogenaamd Christelijk volk, dat zich overzeesch gebied verwierf, kan ten deze een steen op een ander volk werpen. En dat zijn meestal juist de naiien, van welke of uit wier midden het heidendom 't Evangelie moet ont­vangen.

Politiek, wereldsch belang, zelfzucht, bederven zelfs het beste, 't Sterkst spreekt misschien het voorbeeld der vroegere Amerikaansche volkplantingen. Een der hoofdredenen bij hun stichting was zending, kerstening der heidensche volken. Daar althans kon men hopen, dat handel en evangelisatie hand aan hand zouden gaan en het schoone denkbeeld van broederschap, dat bij den vromen kwaker W^illiam Pcnn, den stichter van Pennsylvanie leefde, zou worden verwezenlijkt. Doch wat was het einde? Kortweg kan men 't vervatten in wat onlangs een Amerikaan zelf schreef.

»VVe hebben nu in de laatste twee en een halve eeuw drie Heidensche rassen in onze nabijheid gehad om bij hen weldadigheid te doen: de Indianen, oorspronkelijke bewoners des lands; de Afrikanen, de millioenen thans bevrijde negerslaven; de Chineezen, welke in de laatste jaren als werkkracht zoo geduchte mededingers zijn.

»Wij hebben, zegt de Amerikaan, hen allen slecht behandeld, en elk ras weder op een andere wijs. Onze geschiedenis in deze is treurig en schandelijk, 't Zou ons kwalijk passen, anderen Christelijken volken de les te lezen. Maar, voegt hij er bij, wij zijn bereid ons met hart en hand bij hen aan te sluiten om 't beter te maken.''

Ieder die de uitnemende redevoering hoorde van Dr Wijnmalen op het Zendingscongres te Amsterdam (we gaven haar de vorige week bekort wedei) zal toestemmen, dat Nederland reden heeft tot gelijke zelfbeschuldiging als Amerika. Doch juist dat Congres en zooveel meer toonde ook, dat we de laatste verklaring des Amerikaans tot de onze mogen maken : We willen in Gods kracht verbetering.

Het is een troost, als men let op wat door Christelijke volken en naamchristenen tegenover het heidendom is geschied, op te merken, dat vele keiken steeds als zoodanig tegen dergelijke handelingen hebben getuigd en voor zoover 't hun niet wierd belet, het goede voor den heiden zochten. Reeds jaren geleden wees de Heraut op den zendingsarbeid onzer vaderen voor en in Indië. Men denke slechts aan het seminarie van Walaeus. En tal van werken, in den laatsten tijd verschenen, o a. die van Dr. Rutgers en Dr. Grote leveren voor die werkzaamheid in vroeger eeuwen véle en duidelijke bewijzen.

Evenmin mag vergeten, hoe belangloos de Moravische gemeenten zich de belangen der Indianen en Amerikanen, en de heidensche volken in onze West aantrokken. Bij hen was zelfs geen gedachte aan stoffelijk belang bij eigen koloniën te onderstellen. Evenzoo kunnen we, om een voorbeeld uit den laatsten tijd te noemen, wijzen op een man als den Engelsch-Episcopaalschen bisschop Patteson, die in letterlijken zin stierf als »boetend voor de zonde van gewetenlooze menschendieven van Europeeschen bloede".

Nu eenmaal staatkundig en handelsbelang meer en meer den zendingsarbeid omgeven, voorbereiden of volgen, is het echter goed tevens op te merken, hoe al deze wereldsche invloeden althans in onze dagen na korten tijd blijken ook der goede zaak ten bate te komen. Op het meestal ruwe en forsche geslacht der baanbrekers volgt een ander. Kooplieden uit Europa vestigen zich in nieuwe streken, en, zoo al niet voor zich zelf, dan toch voor hun kinderen stellen zij prijs op een zedelijke, geordende omgeving. De zendeling wordt niet langer verachtelijk bejegend, maar ontzien, ja veeleer als vriend, raadsman, bemiddelaar en helper ondersteund. De zonde en ongerechtigheid treden minder openlijk op. Er ontstaat door den invloed der nieuwgekomenen een geordende maatschappij, een toestand die het mogelijk maakt kerken en scholen op duurzamen grondslag te vestigen. Natuurlijk is dat de stoffelijke zijde der zaak, doch we er\faren telkens in onze Oost van wathoog belang zij is.

San Francisco, op de Westkust van Californië is een dier jonge steden, waaraan Amerika zoo rijk is. Vóór vijftig jaren nog een dorp, is het thans reeds een der grootste steden in 't westen, waartoe haar ligging in het goudland veel bijdroeg. Er is, tijdens de stad in haar op komst was, een tijd geweest, dat er de grootste bandeloosheid heerschte en ieder deed wat recht was in zijn oogen. Hoe schafte men raad? De welgezinde burgers wisten niet beter te doen dan naar de Sandwich eilanden te zenden. Vandaar kwam een zen deling over, zelf een Amerikaan, die nu uit het land der heidenen moest terugkeeren, om onder de zoogenaamde Christenen in zijn vaderland te beproeven een gemeente te stichten, en zoo een dragelijken maatschappelijken toestand te scheppen. Nog merkwaardiger misschien was, dat zelfs kroeghouders behoorden onder hen die den zendeling riepen, want, zoo verklaarden zij, zonder kerk en Christelijke instellingen is niemand zijn leven zeker.

Dergelijk verschijnsel nu is overal opgemerkt. Onze eeuw heeft herhaaldelijk ontdekkingen van goudvelden beleefd, met al de gewone gevolgen. Steeds was de eerste aanraking der nieuwe bevolking met de oude, 't zij heidensche of Christelijke, van ongunstigen invloed. Doch het was slechts tijdelijk. Zoodra in den chaos orde werd gebracht, doordat de begin selen, in elke Christelijke maatschappij toegepast, ook hier tot hun recht kwamen; zoodra het Christelijk gezin zijn invloed deed gevoelen en daarna de kerk en naast haar de school optraden werd het kwaad ingeperkt, betoomd, en diende ten slotte wat eerst verderfelijk scheen om naar 's Heeren raad nieuwe streken te openen, hen met het Evangelie in aanraking te brengen, de woestijn te herscheppen in een bewoonbaar en bewoond land. Kortom, ook hier werd gezien hoe de stoflTei lijke factoren de geestelij Se dienden en deze laatste op hun beurt den eersten onmisbaar bleken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 februari 1890

De Heraut | 4 Pagina's

Zending.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 februari 1890

De Heraut | 4 Pagina's