GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Zending.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zending.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

leti nalezing'.

Zeer opmerkelijke dingen hebben de laatste tijden op het gebied door ons besproken gebracht.

»Toen Belgiës koning, ongetwijfeld met goede en eerlijke bedoelingen, den Congo Staat had gesticht, kwamen, zegt het aangehaald geschrift, vertegenwoordigers van Europa's Staten bijeen, in naam om over de belangen van het nieuwe rijk te spreken; naar de uitkomst te oordeelen, hoe, zonder het met elkaar te kwaad te krijgen, het haantje te plukken, o, Hoe deftig werd daarbij de schijn van edelmoedigheid bewaard! En toch, »de handel", de »volkomen vrijheid van in alles handel te drijven'' was, alsof zij als beschaafde Arabische slavenhalers bijeen Waren, de Alpha en de Omega van al hunne beraadslagingen. Dachten de onder het voorzitterschap van Prins Bismarck bijeen zijnden er ook maar een oogenblik aan, om in een hun niet behoorend land in het belang van den armen Afrikaan als wetgevers op te treden ? Immers neen ! Van de 14 leden van het congres waren er niet meer dan vier, en tot hunne eer en de eer van hun land blij ve het gedacht, die toonden voor de bevolking hart te hebben. Zij waren : John. A. Karsen, voor de Vereenigde Staten ; Graaf de Launay, voor Italië; Sir Edward Malet voor Groot-Brittannië, en Graaf van der Straten, vertegenwoordiger van Koning Leopold, voor België.

Nederland, dat de eerste handelsstaat geweest is, die zijne handclschepen tot het stelen van negers als slaven leende; dat in onze West-Indiën den Hernhutters enkel invloed toeliet op de slaven voor zooveel dit't belang hunner eigenaars was, maar als Staat noch Kerk ooit iets voor zijn slachtoffers deed; dat in Noord-Amerika het voorbeeld gaf, om door zijn vuurwater de onnoozelen te onderwerpen en uit te roeien; dat na het Duitsche keizerlijk het meest misdadig is in het verwoesten van Afrika door een drank zoo slecht en giftig, dat hij den naam van »doodkistenvernis" heeft verkregen ; heeft door zijn vertegenwoordiger Van der Hoeven, al was het minder onbeschaamd dan Duitschlands vertegenwoordigers dit deden, zich enkel-bezorgd voor beperking van zijn drankhandel getoond.

Hoe van Duitsche zijde gepleit werd, toone één voorbeeld. »De drankhandel moest volkomen vrij zijn, in spijt van al het verzet en de beden der Inlandsche vorsten, als ... het gereede middel om den negers de waarde en beteekenis van den handel te leeren.'' Wondei is het, dat de afgevaardigde er als opheldering niet bijvoegde: »evenals in onze Christelijk beschaafde landen de bordeelen aan jonge menschen de waarde en de beteekenis van het huwelijk leeren kennen!" Deze toelichting, al was ze voor onze Christelijke beschaving niet vleiend, zou, wie kan het ontkennen, volkomen juist en logisch zyn geweest.

Van hunne woordenpraal ontdaan, beteekende het dringend advies der vertegenwoordiging van Nederland, Duitschland en Frankrijk: »dat hunne regeeringen, (helaas, in overeenstemming met den geest van Staat en Kerk), ongezind waren, om zich in 't minst te laten beperken door eenige wetgeving of verdrag, die hun drankhandel perken stelde of daardoor toezicht verkreeg."

Wie zal in het algemeen lofredenaar van Engelands Staatkunde willen zijn ; maar bij deze gelegenheid was zij onberispelijk en had in Sir Edward Malet een vertegenwoordiger, wiens woord zijn vaderland en niet minder hem zelven tot blijvende eere is.

Toen de eerste zitting door Prins Bismarck (in Duitschland door zijne branderijen een zeer belanghebbende in den kring, die jaarlijks meer Hamburgsfoesel naar Afrika zendt dan alle andere landen te zamen i) stond Sir Malet op en zeide : „Ik moet na het gehoorde opmerken, dat het feit niet uit het oog mag worden ver^ loren, dat naar het oordeel der Britsche regeering de belangen van eigen handel niet het uitsluitend onderwerp der beraadslagingen dezer Conferentie behooren te zijn.

«Terwijl het een gewenschte zaak is, dat de Congostreek een veilige wereldmarkt worde, mag het belang der inboorlingen niet buiten rekening gelaten.

»En nu zouden de inboorlingen ontegenzeggelijk meer verliezen dan winnen, indien de handel, zonder eenige redelijk toezicht, tot het metst willekeurig bedrijf kon ontaarden. Ik voed het vertrouwen, dat zulke maatregelen zullen worden beraamd, die allen wettigen handel beschermend niet minder de beschaving der inlanders en de uitroeiing der gruwelen van den slavenhandel zullen bedoelen.

i> Ik jnoet met nadruk wijzen op het feit, dat de inboorlingen op deze Conferentie niet vertegenwoordigd zijn, en dat, niettegenstaande niemand als vertegenwoordiger hunner belangen in ons midden is, nochtans de besluiten van deze vergadering voor hen van de hoogste aangelegenheid (lees: belang) zijn.

»Het beginsel, waarbij op de goedkeuring en steun van hare Britsche Majesteit kan gerekend worden, zal zijn het bevorderen van een wettigen handel, met waarborg der gelijkstelling van alle natiën en van de welvaart der inboorlingen."

o, Hoe weinig was er in de overige beraadslagingen te bemerken, dat te Berlijn belijders samen warsn van Hem, die zeide gekomen te zijn om het vorlorene te zoeken, en die scheidende zijnen discipelen beval: Predikt het Evangelie (de blijde boodschap) aan alle creatvnen" (en creaturen zijn toch ook Afnka's inboorlingen; zie ook Gal. 3:27, 28 en Col. 3: I.) Het was te Berlijn niet een pogen om God en den Mammon te gelijk, maar om enkel en bij uitsluiting Bacchus en den Mammon te dienen."

Ook op het door ons vermeld schrijven des Emirs van Nupe vestigt dit geschrift de aandacht, dat voor wie begrijpt wat dezer dagen geschiedt en voorbereid wordt uitnemende wenken bevat, al spreekt het hier en daar wellicht wat al te sterk. Verdere uitweiding gedoogt ons bestek niet. Wat we opmerkten is trouwens voldoende gestaafd. Er is een strijd begonnen, waarin de sterke drank en het Evangelie tegenover elkander komen te staan. Daarmee h eeft elk die in de Zending arbeidt, te rekenen, tenzij dan dat hij zijn planting gedood, de verwachte vrucht wil vernietigd zien.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 maart 1890

De Heraut | 4 Pagina's

Zending.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 maart 1890

De Heraut | 4 Pagina's