GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

OLAF DE NOOR.

V.

Teleurgesteld.

Aldus tegen wil en dank in zee gestoken begrepen de aanvoerders en Olaf zelf allereerst, dat het hoog tijd werd te beraden wat him te doen stond, waarheen zij gaan zouden.

Allereerst, dit zagen zij, was het zaak zich buiten 't bereik van vervolging te stellen. Nu, dat ging niet moeilijk, want de zee was wijd; des konings schepen konden zich niet lang bezig houden met opsporen, en eindelijk was »de Draak" vooral nu zij zulk een flinke bemanning had, allen te snel. Reeds den tweeden dag duchtte men dan ook vooreerst geen gevaar meer.

Doch waarheen ? Dit was moeilijker, vooral wijl men klein in getal was.

Gingen ze aan land op dichtbevolkte plaatsen, dan kon dat hun allen 't leven kosten. Zoo besloten ze dan naar de Schotsche kust te stevenen en te zien of daar wellicht gelegenheid was om door geweld of list iets buit te maken. Want Olaf en de zijnen waren zoo goed roovers als de andere zeeschuimersi Ze beschouwden dit vreemde handwerk echter volstrekt niet als iets kwaads en meenden dat zij de vijanden van hun godsdienst, de Christenen, zooveel mochten bestrijden en berooven als ze maar wilden. Vandaair dan ook dat al die vecht-en plundertochten geheel en aanstonds zijn opgehouden, toen de Noren zelf Christenen werden.

Zoo stevende men dan westwaarts en na eenige dagen was de Schotsche kust in 't gezicht. Hier zou men nu beproeven aan land te gaan.

Vroeg in den morgen liep het schip een inham binnen en weldra bevonden zich de meeste Noren, welgewapend, op den oever. Die was eenzaam en onbewoond. Ze gingen een eindweegs voort, tot bij een plek waar eenige lage boomen stonden. Een der mannen klom er in en riep weldra den anderen toe dat hij in de verte een toren zag en huizen. Men besloot daarheen te gaan.

Behoedzaam slopen de zeeschuimers voort, doch hoe voorzichtig zij 't ook aanlegden, er waren nog slimmer schepselen dan zij, te weten — de Schotsche honden. Deze , zeer felle en woeste dieren vond men overal in die streken, waar ieder wist hoe licht men overvallen kon worden. Zoodra waren de Noormannen niet in 't gezicht der huizen, of de honden hieven een luid geblaf aan en renden grimmig op de vreemde indringers aan. Nu zouden deze zich daarom minder bekreund en zeker den welkomstgroet der viervoetige wachters behoorlijk beantwoord hebben, als er niet nog iets was gebeurd. Op 't geweld dat de honden maakten, kwamen namelijk de dorpelingen aanstonds in menigte te voorschijn. Blijkbaar waren zij op alles voorbereid, want allerlei wapentuig, als bogen, zeisen, speren, messen en zwaarden, voerden ze met zich. Hoe moedig de Noren nu ook waren, ze begrepen dat het dwaasheid zou zijn den strijd te beginnen tegen een troep menschen tweemaal zoo sterk als zij. Dus bleef Olaf en den zijnen niets over dan heil te zoeken in een overhaaste vlucht.

Door het ongeval niet afgeschrikt, besloten Olaf en zijn makkers verderop hun geluk nog eens te beproeven. Zij waren bovendien wel verplicht om een of andere wijs te voorzien in de behoefte aan mondvoorraad. Want de teerkost en het drinkwater raakten op.

Den eersten keer echter dat zij weer poogden op den vasten wal aan land te gaan, bleek hun reeds dat de kans verkeken was. Wel gelukte het hun in een veld een paar schapen buit te maken, wier vleesch zeer welkom was, doch toen zij verder doordrongen, bespeurden zij, hoe men hen van allen kant bespiedde. Tegen den avond vlamde plotseling van een bergtop een hoog vuur; een oogenblik later op een andere hoogte een tweede, waarop weldra een derde > volgde.

»Wat zou dat beduiden? " vroeg een der jongeren uit het scheepsvolk, die voor 't eerst een grooten zeetocht maakte.

»Dat beduidt, " antwoordde een, die meer ondervinding had, »dat een gewichtige boodschap wordt gebracht. Dat doen ze hier altijd op die wijs.''

»En welke boodschap dan nu? "

«Begrijpt ge dat niet? Dat wij er zijn, en elk op zijn hoede moet wezen."

Zoo bleek het ook te zijn. Overal waar de zeeschuimers wilden landen, en iets te kapen viel, stond het volk — altemaal forsche en soms zeer woeste lieden — gereed hen juist niet liefelijk te ontvangen, 't Begon er voor de Noren kwaad uit te zien; er kwam aan alles gebrek.

»We moeten het op de eilanden beproeven", sprak Sigurd eindelijk. »Daar is wel niet veel te halen, maar zooals nu kan 't niet langer gaan".

Dat begreep Olaf ook en weldra zette men koers naar de westelijke eilanden, de Hebriden.

AAN VRAGERS.

Op de vraag of het woord »bakvisch" ook een zot of waanwijs mensch kan beduiden, zou ik haast antwoorden, dat men zot moet wezen, om dat te gelooven. Wel bestaat er in het Duitsch een woord »Backfisch", dat zoo iets aanduidt, schoon nog juist geen zot, maar in onze taal zeker niet. Misschien heeft de vriend, die dit vraagt, het dan ook gevonden in een boek uit het Duitsch vertaald, want dit geschiedt veelal zeer slecht. Maar ook zelfs in het Duitsch wordt dat woord alleen voor vrouwen gebruikt. In 't Nederlandsch is een bakvisch alleen een visch, geschikt om gebakken te worden.

HOOaENBIBK.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 april 1890

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 april 1890

De Heraut | 4 Pagina's