Uit de pers.
In het jongste ^d!z«/«-nummer bespreekt ook Prof. Dr. Bavinck de Gymnasiale opleiding, waaromtrent we lezen:
Jaren lang is er in de Christ, Geref. kerk reeds uitgezien naar een Geref Gymnasium. De Synode heeft er eemaal pogingen toe aangewend, zag deze zelfs aanvankelijk met een goeden uitslag bekroond, maar liet helaas dien gewichtigen arbeid ter halver wege varen. Eene Commissie, die.zich later vormde en het plan tot oprichting van een Geref Gymnasium overnam, was veel minder gelukkig in hare pogingen en liet nu reeds eenige jaren niets meer van zich hooren.
En toch neemt de behoefte aan zulk eene inrichting met den dag toe. Het aantal zonen, dat uit onze kringen de Staatsgymnasia bezoekt, vermeerdert ieder jaar. Onder de studenten, - die jaarlijks aan de Theol. School worden ingesdireven, vormen de gymnasiasten een steeds grooter getal. Van de vijftien studenten, die bij den aanvang van den nieuwen cursus aankwamen waren er niet minder dan acht, die het Gymnasium hadden bezocht en het eind diploma hadden verkregen.
Dat verschijnsel verdient onze opmerkzaamheid. Het heeft ons veel te zeggen. Allereerst spreekt zich daarin w uit, dat tal van gezinnen in onze Kerk de voorberei k dende studie aan de Theol. School onvoldoende achten m en de litterarische vorming aan de Gymnasia, zelfs in weerwil van hun door en door ongeloovige richting, hooger schatten dan die aan hun eigene Kweekschool. o Ten tweede zegt ons dit verschijnsel, dat de tijd voorbij is, waarin men eerst op gevorderden leeftijd, gelijk P vroeger veelal, tot de studie en tot den predikdienst kwam; de keuze om leeraar te worden geschiedt op veel jeudiger leeftijd, en de opleiding er toe begint g reeds van kindsbeen af. Ten derde worden wij door dit verschijnsel voor het droeve feit geplaatst, dat tal t van toekomstige dienaren des Woords een lang en g belangrijk gedeelte van hun leven opgevoed worden k in een geest en richting, die geheel buiten de belijdenis van den Christus omgaat of, erger nog, aan die n belijdenis beslist vijandig is. En ten vierde doet dit verschijnsel het volstrekt niet denkbeeldige gevaar ont t staan, dat er in de studentenwereld en later ook on g der de predikanten eene scheiding komt tusschen hen die trotsch zija op het het genot eener Gymnasiale t opleiding, en hen die dat voorrecht hebben gemist. v
Om al deze redenen, wier gewicht niemand ontkennen kan, is het dringend noodig, dat er verandering kome. Zóó mag en zóó kan het niet lang meer blijven. De Christ. Geref. kerk zou het zich dan te laat beklagen. De gevaren zijn veel ernstiger dan menigeen denkt. De meeste jongelingen, die de Gymnasia bezoeken, brengen, van deze, misschien wel geen afwijkende gevoelens, maar dan toch, een algemeenen geest, eene zekere vorming van hoofd en hart mede, die door latere studie aan de Theol. School moeilijk geheel kan overwonnen worden, en dan nawerken blijft en van de ernstigste gevolgen worden kan voor heel de toekomst der kerk. Daarom is het noodig dat de Christ. Geref. - kerk bij tijds de l^akens verzette, eer het getij verloopt. J v s S v D s t s t
Den stroom keeren kan zij niet meer. Zij kan geen verbod uitvaardigen tegen het bezoek der neutrale Gymnasia. Dat zou ook niet baten. Zij kan dien wassenden stroom evenmin tegen gaan, als waarschijnlijk over eenige jaren de nu reeds zich openbarende en zonder twijfel toenemende begeerte, om niet aan eene Theol. School maar aan eene Universiteit de opleiding te ontvangen Het moet komen tot een Gymnasium en tot eene Universiteit. De teekenen wijzen er heen. De tijden roepen er om. En het zou ontrouw wezen aan hare roeping, als de Christ. Geref kerk daarop geen acht gaf en daarmee geene rekening hield. o b v b v
En dan laat hij zich aldus uit over de middelen, om betering in den toestand te brengen: v
Nu heeft Ds Bootsma het denkbeeld geopperd om eene ondersteuningskas op te richten voor zulke be hoeftige jongelui, die het Christelijk Gymnasium te Amsterdam of te Zetten bezoeken. En dat is uitne mend. Maar het is niet genoeg. Zoo worden slechts enkelen geholpen. Maar a/onze aanstaande predikanten moeten voortaan eene Gymnasiale opleiding ontvangen. Het onderscheid in voorbereiding mag niet be stendigd worden De ongeloovige geest der Gymnasia mag niet in onze predikanten na-en doorwerten. En daarom is tweeërlei noodig: een eigen Gymnasium waar al onze aanstaande leeraren worden opgeleid èn eene ondersteuAings-kas voor hen, die de kosten der studie zelven niet kunnen betalen.
Gaarne wenschte ik, dat deze regelen gelezen, overdacht en ter harte genomen werden door onzen Kerkeraden en kerkelijke vergaderingen. De aandacht dient er in heel onze kerk op gevestigd te worden. Het moet eene zaak van bespreking worden op onze Classes en provincies, tot op de Synode van het volgend jasr toe. En deze dient er dan toe over te gaan, om óf de litterarische en theologische studie aan' de Theol. School volkomen te scheiden en dan de eerste om te scheppen in een Gymnasiale opleiding, die, wijl chistelijker, daarom ooit degelijker, is dan aan onze Overheids-gymnasia; óf formeel een band aan te knoopen met de bestaande Christelijke Gymnasia te Zetten en te Amsterdam en de litterarische studie der Theol. School daarheen te verleggen. Maar wat men ook doe. er moet verandering komen. Nu is het nog tijd. Nu is het de tijd. Dat de Christ Geref kerk dan toone, hare roeping te verstaan en deze naar eisch te beliarfigen!
Ongetwijfeld zal deze stem weerklank vinden. Al begrijpt men toch ten volle, dat de Christ. Gereformeerden in den eersten tijd van nood en beperkte middelen, roeien moesten met de riemen, die zij hadden, toch liet zich nimmer verhelen, dat er aan den gang van het Hooger Onderwijs in hun kring iets ontbrak.
Want wel hebben de Congregationalisten, Methodisten en Baptisten van allerlei aard in Engeland zich, krachtens hun beginsel, de gymnasiale opleiding minder aangetrokken, en hebben ook de Free Church en andere Gereformeerde vrije kerken ten deze hun voetspoor gedrukt. Maar toch valt niet te ontkennen, dat het Gereformeerde beginsel andere éi%c!a& T stelt, waaraan alleen op de wijze door Dr. Bavinck aangegeven, kan worden voldaan.
Ook wat deze aangelegengeid betreft zou vereeniging van alle Gereformeerden in den lande zoo zeer gewenscht zijn.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 12 oktober 1890
De Heraut | 4 Pagina's