GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vervallenverklaring.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vervallenverklaring.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Modernen geraken door wat te Schiedam is geschied, wel eenigszins in de knel.

In 1886, en volgende jaren, hebben de Modernen trouw de Ethisch-Orthodoxen geholpen, om de Gereformeerden »van het lidmaatschap der Hervormde kerk vervallen

te verklaren, enkel op grond, dat deze getoond hadden, niet meer tot die kerk te willen behooren."

Thans overkomt hun te Schiedam hetzelfde.

, De kerkeraad schrapt hen in het boek, constateerende dat ze getoond hebben zich af te scheiden.

Verdiend loon, zouden we zeggen.

In de Haagsche Synode, in het Provinciaal kerkbestuur van Noord-Holland, hebt ge over de Gereformeerden te Amsterdam in 1886 gelijk besluit genomen.

Hodie mihi eras tibi.

De heeren ondervinden er nu al het pijnlijke van.

Het pijnlijke vooral daarin, dat ze, op hun standpunt, toen zoo dom hebben gehandeld.

Een kind toch kon vooruit berekenen, dat, waren de Gereformeerden eenmaal onschadelijk gemaakt, de uitdrijvende kracht zich tegen hen zou keeren.

De Hervorming gemak. is dan ook niets op haar

Geen minder dan Prof. Van Manen mengt zich in het geding, en klemt zich nog aan Dr, Bronsveld als aan een stroohalm vast.

Eerst geeft hij het oordeel van de Nieuwe Sprokkelaar en de Amst. Volksbode, die Schiedam bijvallen, en gaat dan aldus voort:

De Vaderlander stemt met het oordeel niet in, vindt het Schiedamsche Besluit skras" en twijfelt of het juist is, bij besluit als gold het een bestuurszaak — iemand te vonnissen. Een beroep op hetgeen in de dagen der Doleantie is geschied, zou niet mogen worden toegelaten, omdat toen het hoogste kerkelijk gezag had gesproken : wie zoo en zoo handelen, toonen zich te hebben afgescheiden van de Kerk, Wat hier den doorslag zou moeten geven, en waarom toch nog zou kunnen worden gesproken van een zichzelf plaatsen buiten de Kerk is de gruwel der doopsbediening! Omdat de Doop een sacrament is f Neen, want in dat opzicht staat de plechtigheid op één lijn met het Avondmaal. Maar — men kan het met zooveel woorden lezen in het nommer van 1.1. Zaterdag - — 1. omdat de Doop alleen mag bediend worden in een lokaal, door den Kerkeraad aangewezen; 2. omdat de Avondmaalgangers niet en de gedoopten wel in een Register worden ingeschreven; 3. omdat men door den Doop een kind inlijft in een anderen kring !!

De kwade man is voor Prof. Van Manen dezelfde Dr. Vos, die in 1886 door de Modernen als redder der kerk werd begroet en ingehaald.

Deze schreef namelijk over deze zaak dit:

De Afsnijding., d. i. de zoogenaamde groote ban, is wel in Art. 3 van ons Algemeen Reglement opgenomen, maar is, voor zoover steller dezes bekend, nooit toegepast geworden. De Afsnijding is die daad van de Kerk, waardoor zij iemand verklaart voor verworpen als een verdoemde, van alle geestelijk goed uitgeslotene, van Christus zelven uitgestooten ziel; ook zoo eenig lid in de schatting onzer Kerk zou geworden zijn als een Heiden en een Tollenaar, daar wil zij hem nog telkens wijzen op de poort der genade.

Gansch iets anders is de in 't zelfde Artikel genoemde en van de Afsnijding, of vervallenverklaring, duidelijk onderscheidene Afscheiding. De Afscheiding is een werk van den bedoelden persoon zelven; de Afsnijding is een daad der Kerk alléén. Men kan zich afscheiden door zelf een woord van dien aard te spreken; men kan dat ook enkel door eene daad doen. Natuurlijk berust het oordeel over de strekking van dat woord of van die daad bij het bevoegde Bestuui', d. i. bij den Kerkeraad, waardoor de Kerk haar lidmaatschap schenkt, de lidmatenregisters doet houden, enz.

Dat de Kerkeraad, en door haar de Kerk, afhankelijk zou zijn van het goedvinden der leden, is eene stelling, die overal, elders dan bij verstandige menschen t'huis hoort, Eene staatkundige partij bijv, heeft iemand in haar midden die hare belangen tegenwerkt, maar die toch lid van haar blijven wil: zou het Bestuur of anders de vergadering zelve, zoo iemand niet buiten de partij verklaren te zijn ? Moet alleen de Gemeente des Heeren zich onderwerpen aan de onredelijkste en onzedelijkste dingen, aan deze bijv, dat men den woorde zegt: -tik wil blijven"., maar met ter daad verklaart, te zijn heen gegaan i' Mag de Kerk van hem die de waarheid is zulk een tastbare onwaarheid goedkeuren ? Zulk een Farizeïsme?

De Kerk heelt die bevoegdheid in geen enkel artikel met zooveel woorden uitgesproken —zij zou erger dan monnikenwerk verricht hebben! want het spreekt vanzelf, dat zij die bevoegdheid bezit en gebruiken moet. Zij heeft in 1890, gelukkig! waarborgen tegen het misbruik er van aangebracht (in de toevoegselen bij het Regl. Opzicht en tucht enz.)

Hierop nu antwoordt Prof, Van Manen:

AUoo: Dr, Vos erkent: De Kerk heeft de bevoegdheid, waarnaar werd gevraagd, »in geen enkel artikel uitgesproken, "

Die verklaring is voldoende. Al het andere noodelooze omslag; s monnikenwerk", dat overal dan bij verstandige menschen thuis hoort." Natinirlijke bevoegdheden zijn misschien in sommige omstandigheden heel aardige doekjes voor het bloeden, maar zij hebben, gewogen op de schaal van het Recht, geen waarde. Kerkeraden en alle andere Besturen ontleenenhun bevoegdheid om handelend op te treden niet aan praatjes en beschouwingen, niet aan wat dezen en genen «natuurlijk" voorkomt, maar eeniglijk ' ? . alleen aan de kerkelijke reglementen.

Let er op, hoe hier het standpunt wordt ingenomen, dat alleen de Reglementen kerkelijke rechten en bevoegdheden verleenen.

En ook, hoe Dr. Vos, die althans nog andere bevoegdheden kent, deze noch aan de Schrift noch aan den Koning der kerk, .maar aan het natuurlijk recht van elke vcreeniging ontleent.

Maar vooral let op deze contradictie in wat Dr. Vos schrijft.

Hij kent bannen en constateering van afscheiding.

De ban nu wordt zelfs op den meest beslisten loochenaar van den Christus niet toegepast.

Nog altijd vergadert Dr. Vos broederlijk met zijn ambtgenoot Berlage.

Naief zegt hij dan ook, dat de ban nog nooit is toegepast.

Ge verklaart alleen, dat iemand niet meer van de kerk te zijn.

Eilieve, alsof de ban dan ooit iets anders ware, dan een kerkelijk oordeel dat iemand getoond heeft niet tot de kerk te behooren, hetzij door hetgeen hij als zijn overtuigingf belijdt, hetzij door zijn kerkelijke en zedelijke gedraging.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 april 1896

De Heraut | 4 Pagina's

Vervallenverklaring.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 april 1896

De Heraut | 4 Pagina's