GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Franhpijk. De Synode van Sedan. De officieuse Synode der Evangelische Gereformeerde kerken is eenigen tijd geleden te Sedan vergaderd geweest.

In zijn welkomstgroet werd door den predikant van Sedan er op gewezen, hoe weleer de kerk van Sedan een krachtige kerk was, in wier midden eene Academie gevonden werd. Predikanten en professoren zorgden er met de uiterste nauwgezetheid voor, dat de belijdenis der reformatoren ongeschonden werd gehandhaafd. Hun krachtig geloof had het vermogen, oin aan de Roomsche kerk de helft harer aanhangers te ontnemen.

In de tweede plaats wees de spreker de stichting van prins Robert van de Marck, die, met advies van Calvijn, eene vereeniging van jonge meisjes stichtte, die, terwijl zij in het huis harer ouders bleven, eene vereeniging vormden, waarvan de leden dezelfde kleederdracht hadden, en zich tot taak hadden gesteld, de armen te bezoeken en de zieken te verzorgen. De kerk van Sedan heeft de groote eer aan de wereld de nobele type van Christelijke liefde, de liefdezuster, te hebben laten zien, waardoor Vincentius di Pauli geïnspireerd werd.

IB het voorbijgaan zij opgemerkt, dat ook in Duitschland de arbeid der Luthersche diakonessen is voorafgegaan aan dien der Roomsche liefdezusters.

De groote quaestie, die door de Synode van Sedan behandeld werd, was het voorstel van de liberale partij, om eene broederlijke conferentie met haar te houden, ten einde aldus te geraken tot officieele Synoden. Natuurlijk moesten die officieele .Synoden dan louter administratief werk verrichten, en zich zorgvuldig onthouden van alle bemoeienis in zake de leer.

Een telegraphisch bericht uit Se'dan meldde:

In zake de verzoening is eene lange discussie gevoerd.

De voorstanders van de verzoening hebben nadruk gelegd op een brief door de officieuse Synode van 1879 aan de kerken gericht, waarin stond uitgedrukt: »dat de strenge uitvoering door tusschenkomst der overheid van alle besluiten van de Synode van 1872, in alle Gereformeerde kerken, zedelijk niet mogelijk is, omdat zij een soort van wettig geweld zou eischen, dat de meerdetheid der kerk evenmin zou willen laten uitoefenen, als dat de minderheid het zou willen ondergaan of de Staat het zou willen uitvoeren." De , Synode nam hierop de volgende motie aan:

»De Synode, zonder de rechten van een officieele Synode te laten gelden, herhaalt de verklaring der officieuse Synode van 1879 met betrekking tot het gebruik van de declaration de foi bij de bevestiging van predikanten, maar overwegende, dat men alle dubbelzinnigheid behoort te vermijden, verklaart zij, dat volgens haar de zedelijke erl kerkelijke autoriteit der Synode, voor hen die deze aanvaarden, in zich sluit de persoonlijke, duidelijke en loyale instemming met de »declaration de loi" van 1872, en gaat over tot de orde van den dag."

Deze resolutie werd aangenomen met 80 tegen 5 stemmen, terwijl 2 blanco stemden.

Nader werd getelegrafeerd:

ïDe Synode neemt het beginsel van eene conferentie, bestaande uit 208 atgevaardigen van Consistoriën, predikanten en gemeenteleden aan; met dien verstande, dat van de zijde der Evangelische afgevaardigden ter Synode, de geloofsbelijdenis van 1872 en de werking van het régime der officieuse Synoden, krachtig zullen gehandhaafd worden.

De oplossing door de Synode aanbevolen is, »dat de permanente commissie der, officieuse Synode en die der liberale déle'gatie zich zullen verstaan omtrent die administratieve quaestiën, welke eene gemeenschappelijke actie noodzakelijk zouden maken."

Den volgenden dag werd geseind:

ïDe discussie over de vraag, welken gang men had te volgen bij de deliberation der te houden conferentie, is hervat. De Synode spreekt den wensch uit, dat, om de toekomstige herstelling van de traditioneele en wettige werking van het synodale régime niet te beletten, de conferentie afsnijde zoowel de zoogenaamde «administratieve Synode" (deze paragraaf werd aangenomen met algemeene stemmen, met uitzondering van 6, als de Synode met beperkt mandaat, (aangenomen met 11 stemmen tegen), als zelfs alle centrale raad, die door de conferentie zou verkozen worden.

De vergadering is van oordeel, dat het beste middel om tot overeenstemming te komen hierin bestaat, om een soort van familieraad te beleggen. Door periodieke vergaderingen van de permaftenta commissie der officieuse Synode en de liberale delegatie moet men er toe komen een comité te vormen, om de gemeenschappelijke belangen der Gereformeerden te behartigen."

Deze laatste paragraaf werd met 11 stemmen tegen aangenomen.

Deze uitslag bedroeft ons zeer.

Wanneer er geconfereerd wordt tusschen Evangelischen en liberalen moest het alleenzijn, om te komen tot eene finale scheiding, omdat men althans van orthodoxe zijde er van overtuigd was, dat men niet meer een huisgezin vormde. Als men liberalen en modernen nog blijft beschouwen als Gereformeerden en men met hen als zoodanig wil onderhandelen, blijkt daaruit, dat men principieel de Gereformeerde beljjdenis heeft laten varen.

Geen wonder, dat onder zulke omstandigheden de Gereformeerde kerken steeds achteruit gaan. Het getal van gedoopten wordt overtroffen door het aantal van hen, die in het bijzijn van een predikant eener Gereformeerde kerk werden ter aarde besteld, of op een Gereformeerd kerkhof werden begraven. Wanneer men de belijdenis loslaat is dan ook de kracht, om zich tegenover Rome te handhaven, gebroken.

Engeland. Het Pan-presbyteriaansch Concilie te Glasgow.

Van den i7den tot den 26sten Juni is onder het praesidium van Dr. W. H. Roberts, uit Philadelphia, het Pan-presbyteriaansch Concilie te Glasgow gehouden. Dit concilie wil de samenwerking van alle kerken bevorderen, die volgens presbyteriaansche regelen geregeerd worden.

Reeds meermalen hebben wij betoogd, dat het ons voorkomt, dat, wanneer er vergaderingen gehouden worden om samenwerking te verkrijgen tusschen verschillende kerken, wanneer een internationale Synode niet mogelijk is, althans niet de vorm der kerkregeering, de gemeenschappelijke belijdenis het vereenigingspunt moet zijn.

Eene weinig belangrijke quaestie kwam aanstonds op het tapijt, die ons deed denken aan het uitzijgen van de mug en het doorzweigen van den kernel. Eenige afgevaardigden uit Amerika gaven te kennen, dat zij het concilie zouden verlaten, indien het zingen op die vergadering met begeleiding van een muziekinstrument niet weid nagelaten. Zij hadden in deze eene juist omschreven opdracht van de kerken uit wier naam zij gekozen waren. Het comité, dat de vergaderingen leidde, stelde voor om aan den eisch der afgevaardigden, die tegen het zingen met begeleiding van een orgel zijn, toe te geven, ten einde te voorkomen, dat eene minderheid de vergadering niet meer zou bijwonen. Na een stormachtige discussie werd daartoe besloten.

Een correspondent uit Zwitserland, die de vergadering bijwoonde, meende, dat men op het Concilie de beteekenis van den ouden Catechismus b. V. van Westminster, van Calvyn en van Heidelberg overdreef. Daartegenover staat, dat de vergadering zeer verwonderd was over het feit, dat men zich in de Gereformeerde kerken in Zwitserland en Frankrijk weinig aan die oude leerboeken gebonden achtte, al houdt men die ook voor eerwaardige monumenten van het verleden.

De heer Gautier trachtte de vergadering te overtuigen, daarbij sprekende uit naam van zijne Fransch sprekende ambtgenooten, dat, al gebruikte men de oude leerboeken niet meer, toch de geest, welke de nieuwe Catechismussen bezielt, dezelfde is als die het werk der ouderen bezielde.

Zoo spreken zij, die van de belijdenis der kerk afwijken, altijd. Ja, in de vorm is men wat anders geworden; de verouderde vormen heeft men verworpen; een nieuwen vorm heeft men aangenomen; doch de geest en hoofdzaak van het geloof der vaderen heeft men behouden. Telkens blijkt het echter, dat zulke woorden slechts phrasen zijn of bloemen, waarmede men het grai der ontkenning onkenbaar tracht , te maken.

Wij betreuren het, dat over deze quaestie niet eene ingrijpende discussie ontstond. De afgevaardigden of vertegenwoordigers der Zwitsersche en Fransche Gereformeerde kerken moesten met ernst gewezen zijn op het gevaarlijke standpunt, waarop zij zich bevinden.

RusSand. Hoop op vrijheid van conscientie.

Sedert de kroning van den Russischen Czar is meer dan ooit bij hen, die niet tot de Gneksche kerk hehooren. de vraag aan de orde, of zij ooit vrijheid van conscientie zullen genieten ? De hand van den Czar drukte tot hiertoe zoo loodzwaar op allen, die meenen van de staatskerk te moeten afwijken. Aan Roomsche gemeenten wordt eenvoudig het vernieuwen van hare kerkgebouwen, de vermeerdering harer kerspelen en van het getal harer priesters geweigerd, terwijl het ook den Roomschen priesters niet eens vrij staat, om hunne gemeenteleden te bezoeken! Het gebeurt^ dat een Roomsch pastoor door de Overheid verboden wordt het t z. g. sacrament der stervenden te gaan uitreiken. In Luthersche kringen schijnt men meer optimistisch gestemd. Het Evangel. Sonntagsblatt van St. Petersburg schrijfc, naar aanleiding van de gratie, die aan de Luthersche predikanten, welke om de uitoefening van hun ambt vervolgd werden, verleend werd bij het kroningsmanifest, het volgende: »de vertegenwoordigers onzer Luthersche kerk, bisschop Freifeldt en de generalsuperintendent v. Everth, zijn bij de kroningsfeesten op eene manier geëerd, gelijk het te voren nauwelijks voorkwam.

Met innigen dank moet erkend, dat de keizerlijke hand tot de geheele Luthersche kerk werd uitgestoken, hetgeen ook te kennen gegeven werd door de amnestie, die zonder uitzondering verleend werd aan alle hare dienaren in de Oostzeeprovinciën, welke in de uitoefening van hun ambt met de staatswetten in conflict waren gekomen. De toespraken, door de metropolieten in de Uspenski-kathedraal tot het keizerlijk echtpaar gehouden, ademden een Christelijken geest en men vond er niets in, dat op kwetsende zinspelingen en niet-Grieksche belijdenissen geleek.

Wij begroeten dit alles met hartelijk genoegen en met den innigsten dank jegens den Allerhoogste, die ook de harten der vorsten in Zijn hand heeft, en wij zullen des te inniger de zegeningen Gods op de dierbare hoofden van ons geliefd Keizerpaar afsraeeken en de gevoelens van innige liefde jegens ons Keizerhuis zoeken aan te kweeken en te verbreiden."

Een Duitsch tijdschrift teekent hierbij evenwel aan: Dit Evangelisch-Luthersch tijdschrift, dat de Russische cencuur moest passeeren, kon en mocht niet anders schrijven als het schreef, wanneer hel niet geheel wil zwijgen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 16 augustus 1896

De Heraut | 2 Pagina's

Buitenland

Bekijk de hele uitgave van zondag 16 augustus 1896

De Heraut | 2 Pagina's