GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een les der historie.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een les der historie.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het kerkelijk, evengoed als in het staatkundig leven, komen telkens oogenblikken voor, dat men, na elkaar een tijdlang bestreden te hebben, de wapenen over en weer neerlegt en tot een compromis komt, omdat een hooger belang daartoe dwingt.

Eerst stond men dan lijnrecht tegenover elkander.

De beginselen, die over en weer beleden werden, werden in hun worteivezelen nageplozen en tot in hun verste consequentiën doorgetrokken.

Er scheen geen verzoening mogelijk. Het ééne beginsel sloot onverbiddelijk het andere uit. En beginselen mogen niet worden prijsgegeven.

Maar tenslotte dwong de nood der kerken, het belang .'van Gods Koninkrijk of de vijand, die de veste belaagde, de broeders, om hun strijd een wijle te staken.

Het bleek, dat er nog hooger beginselen, nog gewichtiger belangen waren, dan die waarvoor" zij het zwaard hadden aangegord, en dat die belangen door den ouderlingen strijd ernstig werden bedreigd.

Zoo kwam men dan saam en zocht naar een accoord.

Men liet de beginselen, die onverzoenlijk waren, rusten en vroeg naar de practijk. Het bleek, soms op verrassende wijze, dat met eenige concessies over en weer het geschil te verhelpen viel.

En al eischte het van de „voormannen, " die zulk een zaak te leiden hadden, groote stuurmanskunst, om het scheepke behouden binnengaats te brengen, tusschen al de zandbanken der beginselen door, — wanneer de broederband maar v/eer trok en het onderling wantrouwen week, dan was het compromis er eer men het wist.

Zoo ging het ook in 1619 op de Synode van Dordt,

De broeders daar vergaderd, waren het lang niet op alle punten eens.

Er waren „rekkelijke" en „preciese" Calvinisten. Voorstanders van de episcopale en presbyteriale kerkregeering. Infra-en supralapsariërs. Maccovianen en Lubbertisten.

Over geen enkel punt was men het volkomen eens, en telkens brandde dan ook op de Synode de strijd onder de broederen los.

Er was geschil over de zaligheid der jong gestorven kinderen.

Er was geschil over de beteekenis en waarde van Christus lijden en zoendood.

Er was geschil over de oorzaak der verwerping.

Er was geschil over de orde der besluiten en het voorwerp der verkiezing. Soms liep de strijd zoo hoog, dat enkele balsturige leden der Synode zich zelfs aan de vergaderingen onttrokken en als Achilles in hun tent gingen zitten.

En het is niet, dan ten koste van de grootste inspanning en de uiterste voorzichtigheid geweest, dat het aan den vroeden Bogerman, die de vergadering praesideerde, ten slotte gelukt is, de Canones zóó te stellen, dat alle leden der Synode deze teekenen konden.

Vooral heeft het moeite gekost, de zoogenaamde Infra-en Supralapsariërs te bevredigen. Waren de eersten verreweg sterker in getal op de Synode vertegenwoordigd, de tweeden telden mannen, wier naam van den verst reikenden invloed was, als: Gomarus, Hommius, Trigland, die in den strijd met de Arminianen vóóraan hadden gestaan.

Natuurlijk hebben de Arminianen hun uiterste best gedaan, om deze broeders tegen elkaar in het harnas te jagen. Ze zouden in hun vuistje hebben gelachen, Epicopius en de zijnen, wanneer deze twistappel, door hen op de synodale tafel geworpen, de broeders onherroepelijk had doen uiteengaan. Het Arminianisme was dan met den buit gaan strijken.

Gods genade heeft dat gevaar toen afgewend.

Na lang wikken en wegen, is er een formule gevonden, waarbij Infra-en Supralapsariërs zich konden neerleggen. Het is onjuist, wat men gewoonlijk zegt, dat de Infralapsariërs hun gevoelen in de Canones hebben doorgedreven en de Supralapsariërs het onderspit hebben gedolven. De Supralapsariërs hebben zelf in een stuk, dat op de Synode is ingediend, op de formuleering, die thans in de Canones staat, aangedrongen, omdat alle partijen zich daarin konden vinden. En Gomarus, wien toch niemand van beginselonvastheid beschuldigen zal, heeft niet alleen de Canones tijdens de Synode onderteekend, maar nog kort voor zijn dood een plechtige verklaring afgelegd, dat in de Canones niets stond, wat met zijn overtuiging streed. Wie dan ook het standpunt van Gomarus niet van hooren zeggen, maar uit zijn werken kent, en nagaat, wat in de geheime conferentiën bij de concipieering der Canones besloten is, begrijpt waarom Gomarus zoo spreken kon.

De Canones van Dordt waren dus ook op dit punt een compromis, waarin, ter wille van den gemeenschappelijken vijand. Infra-en Supralapsariërs tot een akkoord gekomen zijn. Geen van beide droeg de zege weg. Noch het infra-noch het supralapsarisme werd veroordeeld. En ook, al hebben schijnbaar de supralapsariërs het meest moeten toegeven, zij konden, het doen, omdat ook naar hun overtuiging, in een kerkelijke confessie, de zaak niet anders kon worden voorgesteld en hun eigen beginsel ongeschonden bleef.

Juist daarom is het zoo diep ergerlijk, dat in later tijd de Infralapsariërs van dit accoord m.isbruik hebben gemaakt, om Gomarus op zijn ouden dag aan te klagen, met behulp van Groningen's Staten hem het zv/ijgen hebben opgelegd, en Maresius, Gomarus opvolger, na diens dood hem publiek heeft beschuldigd van onrechtzinnigheid.

Er is dan ook maar één kreet van ergernis over dit feit door heel het land opgegaan. Niet alleen de Supralapsariërs, als Voetius en de zijnen, wisten geen woorden scherp genoeg, om dit bedrijf te brandmerken, maar zelfs de nobeler figuren onder de Infralapsariërs zooals de beroemde hoogleeraar Rivet te Leiden, keerden zich met verachting van dit bedrijf af.

En terecht.

Waar een compromis gesloten wordt, daar brengt broedertrouw en eerlijkheid mede, dat geen van beide partijen zich achteraf de overwinning toekent en misbruik maakt van het getroffen akkoord, om te beweren, dat zijn tegenpartij ongelijk heeft gekregen.

De aard van een compromis ligt juist daarin, dat ^ZQÏ\ van beide partijen zijn beginsel doordrijft, maar dat men over en weer concessies doet. En de sterke zal daarbij, naar het woord des apostels, altijd genoodzaakt zijn het meest toe te ge­ ven, om de •zwakheid van den onsterke te dragen.

Er is dus bij een compromis noch een overwonnene, noch een overwinnaar.

Er is een broederband, die over alle bezwaren heen is uitgestoken, om te zien of men tot een gemeenschappelijk resultaat komen kan.

Het kwam ons voor, dat deze les der historie ook voor onze dagen niet te onpas was.

i) In zijn brochure Theologische School en Vrije Universiteit in 1899 uitgegeven, schijnt Dr, Bavinck eenigszins terug te zijn gekomen van het bezwaar, door hem als Rapporteur in i8g6op de synode van Middelburg ingebracht. Althans de formule in Art.

2 gekozen en in 1896 door hem verdedigd tegen de bezwaren van de heeren Lindeboom c. s. wordt in deze brochure als onvoldoende afgekeurd en het voorstel gedaan om als grondslag te kiezen deH.-Schrift naar de verklaring der Gereformeerde belijdenisschriften. Toch blijft Dr. Bavinck ook hier nog de mogelijkheid erkennen, dat er Gereformeerde beginselen zijn, die nog niet in de belijdenis staan uitgedrukt en wil hij dit bezwaar ondervangen, door niet alleen de belijdenisschriften, Waar ook het Woord Gods uitdrukkelijk te noemen, waarin alle beginselen voor de wetenschap te vin den zijn. De vraag of deze formuleering inderdaad oet bezwaar ondervangt, laten we in het midden. Het is ons genoeg, dat Dr. Bavinck in 1899 het ? tandpunt van Dr. Bouwman nog niet deelde en If ^^ Confessie alleen dus geen voldoenden waar-'"oi'g voor het Gereformeerd karakter van het onderwijs vond.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 oktober 1901

De Heraut | 4 Pagina's

Een les der historie.

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 oktober 1901

De Heraut | 4 Pagina's