GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE GELEERDE SMID.

III.

HlJ BEGINT TK STUDEEREN.

Een enkele maal woonde Elihu een lezing of voordracht door den een of anderen geleerde in het Academie gebouw bij; tot zijn verdriet voelde hij dan altijd weer, dat er zoovele zaken waren, waarvan hij nooit hoorde, en niet veel begreep. Toen nu de winter kwam en vele werklieden afgedankt werden, vroeg Burritt om éen of nauwkeuriger gezegd twee hunner te wezen; want hij had besloten naar New-Htven te gaan en den geheelen winter te stuieeren, daar hij in de verloopen 3 jaargetijden genoeg overhield om zich zelven dit genot te verschaffen.

Burritt dacht echter niet alleen aan zijn eigen genoeg'n hij zond zijn broeder, den onderwijzer, de boeken, welke deze verlangde, en iemand, die bulp bij 't leeren van vreemde talen wenschte kon er zeker van zijn, als hij bij Burritt kwam, dat die hem helpen zou.

Het smidsschootsvel werd aan den kapstok gehangen, en de korte winterdagen zouden nu hun uren alleea voor studie moeten geven. Hij zelf verhaalt ons de verdeeling van zijn dag. „Ik nam mijn intrek in een kosthuis voor werklieden; die stand van menschen is de mijne en hun levenswijs en manieren kwamen met de mijne geheel overeen. Ik stond om 4 uur op en zoo gauw het vuur in de gezelschapskamer brandde kwam ik daar, om ongeveer half 5, met mijn Duitsche boeken, waaruit ik leerde en werkte, tot het ontbijt om half 8 op tafel stond. Zoodra mijn mede-kostgangers, vertrokken waren, haalde ik mijn Grieksche spraakkunst, mijn woordenboek en delllias en zette mij aan den arbeid, tot de tafel voor het middagmaal gedekt werd. Onder die bezigheid en het binnenkomen van de kostgangers en van hen, die alleen kwamen middagmalen, las ik It^liaansch; dit werkje was beter geschikt om geen aandacht te trekken dan mijn studie van 't Grieksch.

Na het middagmaal wandelde ik een uu en zette mij weer aan het overmeesteren, zonder meester, van Homerus' onsterflijk heldendicht. Welk een trots gevoelde ik op het oogenblik, toen ik mij ten volle bewust was, dat ik de eerste 15 versregels van dat heerlijke gedicht grondig verstond! Ik vierde die eerste overwinning door een extra wandeling van een half uur! Des avonds na de thee zette ik het aanleeren van het Spaansch voort, tot het tijd van slapen werd.

Aan het eind der 3 wintermaanden had ik bijna de geheele Ilias doorgewerkt en flinke vorderingen gemaakt in het Fransch, Duitsch, Italiaansch en Spaansch.

IV

HET HORLOGE.

De vroege lente beleefde Burritt weer in zijn geboorteplaats, New-Britaain, bij dit dorp was metaalwaren fabriek gebouwd, en hij hoopte daar werk te vinden. Hij kon bij zijn goede moeder, en zijn thuis gebleven broeder Jacob inwonen. Het lederen schootsvel werd opnieuw voorgedaan, de moker opgevat en zijn krachtige slagen op een aambeeld in de fabriek verrieden niemand, dat zijn hand gedurende den kouden tijd het gereedschap der geleerden en niet den hamer der arbeidslieden hanteerde. Zijn vrije uren bracht Elihu bij zijn dierbare boeken door.

Praatjes vullen geen gaatjes zegt een spreekwoord, en zij hebben al heel wat kwaads ge­ rouwen, soms evenwel deden praatjes iets goeds. oo althans ging het met de praatjes, zoo toch noemde men de verhalen over BarrittsJ geleerdheid! Enkele verstandige lui uit Colcester gingen Elihu Burritt opzoeken en verzochten hem een Latijnsche school i) in hun woonplaats te beginnen.

Met grooten ijver arbeidde Elihu aan het ontwikkelen en onderwijzen zijner leerlingen, doch vergat daarbij niet zijn eigene kennis te vermeerderen. Ouders en scholieren waren om strijd dankbaar aan den toegewijden, knappen onderwijzer; toch hield Burritt het schoolhouden slechts éen jaar vol. Nooit had hij zoo lang geheele dagen binnen muren doorgebracht; in deze kleine plaats behoefde hij niet zooals in Hartford, enkele jaren geleden, dagelijks verscheidene malen een grooten afstand af te leggen om van zijn eenvoudig verblijf naar de hoogeschool te loopen; hier was zijn woning en de Latijnsche school onder hetzelfde dak gehuisvest en toen het eerste schooljaar om was, moest Burritt wegens zwakte en telkens wederkeerende ongesteldheden het schoolhouden opgeven.

Hij keerde tot het schootsvel en de smidse terug; doch ook tot zijn woordenboeken. Hij besloot zich te gaan toeleggen op de Oostersche talen, met het Hebreeuwsch te beginnen. Eén onoverkomelijk gebrek verhinderde hem dit plan te gaan uitvoeren, nl. het gemis van de noodige boeken. Toen kwam in zijn geest voor het eerst den wensch op om te gaan sparen, niet voor een half jaar studie, maar voor een reis naar Europa, naar het vaderland der klassieke wetenschappen! Allereerst moest hij loonenden arbeid vinden, en intusschen wilde hij alvast beproeven wat van 't Hebreeuwsch of een andere Oostersche taal machtig te worden. Met dit doel voor oogen begaf onze vriend zich naar Boston, geen kleine reis om te voet af te leggen, daar de afstand ruim 37 uur gaans bedraagt.

In Boston, het> Athene van Nieuw-Eogeland, wachtte Elihu een groote teleurstelling; de boeken, die hij verlangde te raadplegen, waren daar niet uit de boekerij te bekomen. Zeer ontmoedigd dwaalde Burritt rond door de straten der toen reeds groote stad, zoo geliefd bij alle echte Amerikanen, als de bakermat hunner vrijheid. In 1630 gesticht, door landverhuizers uit de EngelscQe stad Boston, en naar de^e plaats genoemd, onderscheidden de Bostonianen van Amerika zich weldra door hun ondernemingsgeest en legden zi(; h toe op visscherij en scheepsbouw. In 1740 telde Boston reeds 17000 inwoners, in 1850 herbergde het eigenlijke Boston 136000 zielen terwijl er (de voorsteden medegerekend en daarmee gewoonlijk Groot-Boston genoemd), 292813 leefden.

Van uit zee biedt Boston een grootschen, hoogst schilderachtigen aanblik. Onregelmatig gebouwd wegens den oneffen bodem en de 3 heuvelen op het schiereiland door de kolonisten Trimountains geheeten, is dit schiereiland met de eigenlijke kust en de voorsteden verbonden door lange, 's avonds schitterend verlichte, bruggen; die naar de voorstad Charlestown 134105 Meter lang; die Cambridge, een andere voorstad, met Groot-Boston verbindt heeft slechts een lengte van 1883 Meter. De stad rechtvaardigt in onze dagen haar bijnaam van Nieuw-Engelands Atbeen, door de vele stichtiugen, vereenigingen, inrichtingen en akademies ter bevordering van wetenschappen en kunsten en het mag zeker merkwaardig heeten, dat hier de bevordeiiog van het schoone gepaard wordt aan het najagen van het doelmatige.

1) Latijnsche school heette vroeger in ons land een inrichting waar ongeveer hetzelfde werd onderwezen ah nu op een gymnasium.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 augustus 1910

De Heraut | 2 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 augustus 1910

De Heraut | 2 Pagina's